Paul Beers
Charta 77 - Milosz 53
Charta 77
‘Tsjechen vragen mensenrechten’ (Volkskrant 7-1)
‘Praags manifest leidt tot huiszoekingen’ (8-1)
‘Opstellers manifest opnieuw verhoord’ (12-1)
‘Twaalf Oost-Duitsers nog vast na protest Biermann-besluit’ (14-1)
‘Sovjet-Unie veroordeelde 90 dissidenten’ (14-1)
‘Joegoslavisch dissident Mihajlov ernstig ziek’ (18-1)
‘Poolse dissident Ostrowski in Warschau gearresteerd’ (1-2)
‘Ginzburg vast om rol in steunfonds’ (5-2)
‘Sovjet-dissident Orlov opgepakt’ (11-2)
‘Actie in Roemenië tegen dissidenten’ (19-2)
‘Poolse pers fel tegen dissidenten’ (22-2)
‘Strafcel voor Dr. Stern’ (1-3)
‘Kohout moet huis uit’ (1-3)
‘Sacharov mag niet verhuizen’ (3-3) enz.
Als 't laatste niet om te lachen is, is 't wel om te huilen. Zo staan de zaken er voor in Oost-Europa anno 1977.
In Polen richt een zestien tal intellektuelen in september 1976 het ‘Comité ter verdediging van de arbeiders’ op, tot steun aan diegenen die na de voedselrellen in de zomer van 1976 in de gevangenis terecht waren gekomen.
In Oost-Duitsland verklaart een aantal schrijvers zich openlijk solidair met Biermann, nadat hem verboden was vanuit de Bondsrepubliek naar de DDR terug te keren.
In de Sovjet-Unie plaatst Joeri Orlov zich aan het hoofd van een groeiende groep dissidenten die aandringen op de naleving van de akkoorden van Helsinki.
In Tsjecho-Slowakije ondertekenen enkele honderden personen het geruchtmakende manifest Charta 77 dat een stroomversnelling veroorzaakt in de uitingen van onvrede in alle landen van Oost-Europa.
In Roemenië verklaart een aantal aktivisten zich solidair met Charta 77; gevolg: aanhouding van de schrijver Paul Goma en twee kollega-kunstenaars, plus een felle uitval van president Ceauescu tegen diegenen die ‘hun land willen verraden, die het op alle mogelijke wijze willen vernederen.’
In Bulgarije worden veertig dissidente intellektuelen verhoord en veertien gearresteerd toen in Sofia kopieën de ronde deden van Charta 77.
In Hongarije geeft het partijblad het bestaan van dissidenten toe, ‘tegenliggers’ die denken dat zij ‘bekendheid kunnen verwerven door in de bourgeoispers verklaringen af te steken.’
In Joegoslavië, waar Milovan Djilas en Mihajlo Mihajlov al jarenlang bijna vergeten dissidenten zijn, betuigen eind februari 92 intellektuelen hun instemming met Charta 77, evenals het Poolse ‘Comité’ en 63 Russische dissidenten onder aanvoering van Andrej Sacharov.
De officiële reakties zijn identiek: partij- en staatsapparaat slaan uiterst geprikkeld terug en maken hetzij via de massamedia, hetzij via arrestaties, verhoren, huiszoekingen of ontslagen de dissidenten het leven onmogelijk. Eens te meer blijkt dat het geestelijk klimaat in de Oostbloklanden nog steeds niet om te harden is. Als we ons er dan bovendien rekenschap van geven dat dit niet alleen geldt voor een handjevol ‘kunstenaars en intellektuelen’ (lees: niksnutten en dwarskoppen), maar voor praktisch iedere burger die waarover dan ook een onafhankelijk oordeel heeft én wil uitspreken, dan is het minste dat we kunnen doen ‘vertellen wat er in Praag gebeurt’, zoals Pavel Kohout de Belgische regisseur Walter Tillemans op het hart drukte. Daarom nog dit citaat uit Charta 77:
‘Tienduizenden burgers is het alleen daarom onmogelijk hun beroep uit te oefenen, omdat zij meningen verkondigen die niet overeenstemmen met de politieke lijn. Bovendien worden zij vaak het slachtoffer van diskriminatie en grillen van de kant van de autoriteiten en de maatschappelijke organisaties. Beroofd van elke mogelijkheid zich te verdedigen, worden zij vrijwel het slachtoffer van apartheid.’