De Revisor. Jaargang 3

Hans Magnus Enzensberger

Doorstrepen wat niet van toepassing is

wat je stem zo vlak maakt
zo dun en van blik
dat is de angst
iets verkeerds te zeggen

of altijd hetzelfde
of te zeggen wat allen zeggen
of iets onbelangrijks
of versletens
of iets dat verkeerd begrepen zou kunnen worden
of de oppervlakkige lieden zou bevallen
of kitsch
of iets reactionairs
of iets stoms
of iets dat al geweest is
iets ouds

Ben je het nu niet beu
van louter angst
van louter angst voor de angst
iets verkeerds te zeggen

altijd het verkeerde te zeggen?

Vertaling: W.D.T.

‘Nicht Zutreffendes streichen’. Uit: Text + Kritik nr. 49, jan. 1976.