Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1997 (nrs. 77-80)(1997)– [tijdschrift] Raster– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 181] [p. 181] Erik Menkveld Vier gedichten Een onvermoede lekkernij Van de stilte vervuld en van het leven in een theehuis zitten op een dag die nagenoeg windstil begint (de zon houdt de overhand over een paar kleine stapelwolken) en na het eten van de eierstok van een geslachtsrijpe zeester de levensstijl opgeven die met theedrinken gepaard gaat. [pagina 182] [p. 182] Lente In het nog vochtige bos loopt een oud-zeevarende de aanschaf te overwegen van een boiler met membraan. Enkele veren van zeearenden uit de Duitse deelstaat Mecklenburg-Voorpommeren doen hem op de mosplaat even door de knieën gaan. Drie teken, die al weken aan de twijgen van een ribes hingen te verkommeren laten zich als één man vallen en steken hun zuigsnuit diep de huid in van respectievelijk zijn balzak, linker knieplooi en lies. In een nabijgelegen vossenhol begint precies op dat moment het strekken van de stramme leden en het inleidend duwen met koude neuzen tegen gevoelige plekken. Een nerveuze pimpelmees hoog in de dennen wil al eieren gaan leggen terwijl haar partner - een beste balts, maar vorig jaar geen doorslaand broedsucces - nog moet gaan zoeken naar geschikte nestgelegenheid. [pagina 183] [p. 183] De stoomvaart Bijna alle Zuidoost-Aziatische vissen kapot doordat we dagen vertraging opliepen. Veertig tot zestig procent van de exotische edelzangers de pijp uit voor we de haven verlieten. En ook nog eens de onderste laag zeldzame hagedissen in onze overvolle hutkoffers tot moes gedrukt. Het enige commentaar van de kapitein: de kolen waren niet op, de kolen waren ziek. [pagina 184] [p. 184] De sympathieke schotten U vaart tegen het gunstige seniorentarief. Jong en oud genieten van de feestelijke diner- en ontbijtmogelijkheden. Na aankomst in het groene landschap kunt u meteen op pad. U leert: het graasgedrag van de hooglanders vereist beperkt aanvullend maaibeheer. En verder gaat het over stille wegen en door oude plaatsjes. Ik hoef u niet te vertellen wat u daar wacht. Op elke straathoek staan ze te blazen, in identieke houdingen, al hebben ze soms de ruggen naar elkaar: voor een witte ruwcementen muur met geblindeerde ramen en voor een blinde muur van grote rechthoekige stenen; op een bordes met schamel hekwerk voor een deur die nooit open gaat. Opvallend zijn de beenbekleding, de spreidstand, de kwasten aan de buiktas, de spierwitte bottines op verwaarloosd wegdek waarin plassen. Een enkeling verdwijnt net om de verste hoek. Een ander staat op het punt dat te doen. Loopt het hier tegen de avond? Of brengen deze sympathieke Schotten een aubade? Vorige Volgende