4. Elke keer dat je een klassiek werk herleest, is dat een even grote ontdekkingsreis als de eerste keer dat je het las.
5. Elke keer dat je een klassiek werk leest, is dat eigenlijk een herlezen ervan.
Definitie 4 kan als een logisch gevolg gezien worden van deze:
6. Een klassiek werk is een boek dat nooit alles verteld heeft wat het te vertellen heeft.
Terwijl definitie 5 om een meer explicatieve formulering vraagt, zoals:
7. De klassieken zijn die boeken welke ons bereiken in het spoor van alle keren dat het boek gelezen is voordat wij eraan begonnen, en met achter zich het spoor dat ze zelf achterlieten in de cultuur of de culturen waar ze doorheen gekomen zijn (of, eenvoudiger, in de taal of de gewoonten).
Dat geldt evenzeer voor de antieke als voor de moderne klassieken. Als ik de Odysseia lees, lees ik de tekst van Homerus, maar kan ik niet vergeten wat de avonturen van Odysseus tijdens de eeuwen zijn gaan betekenen, en is het mij onmogelijk me niet af te vragen of die betekenissen al in de tekst vervat waren of dat het om toevoegingen, vervormingen of uitbreidingen gaat. Als ik Kafka lees, kan ik er niet omheen dat ik me af moet vragen of het adjectief ‘kafkaësk’, dat je te pas en te onpas en om het kwartier hoort vallen, legitiem gebruikt wordt of niet. Als ik Vaders en zonen van Toergenjew of Boze geesten van Dostojewski lees, moet ik er wel aan denken dat die personages zich tot in onze tijd zijn blijven reïncarneren.
Het lezen van een klassiek boek moet in zekere mate verrassend zijn, ten opzichte van het beeld dat we ervan hadden. Daarom kun je niet vaak genoeg aanraden om direct de originele teksten te lezen en kritische bibliografieën, commentaren en interpretaties zo veel mogelijk te mijden. School en universiteit zouden moeten aanleren dat geen enkel boek dat iets over een ander boek zegt, méér zegt dan het boek zelf; maar men doet er juist zijn uiterste best om het tegenovergestelde te doen geloven. Op grote schaal worden de waarden omgedraaid: kritisch apparaat en bibliografieën dienen als rookgordijn om te verbergen wat de tekst te zeggen heeft en wat hij alleen zelf kan zeggen, als je hem laat praten zonder tussenpersonen die pretenderen dat ze er meer van weten dan hijzelf. We kunnen daarom concluderen:
8. Een klassiek boek is een werk dat er steeds weer voor zorgt dat het onder het stof van een laag nieuwe, kritische teksten komt te zitten, maar dat voortdurend van zich af schudt.