Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1992 (nrs. 57-60)

[p. 64]

Melchior de wolff
Onheil

Het formaat is minder belangrijk. Het kan er een van tien, het mag er ook een van vijftien centimeter zijn. Twintig wordt te veel. Verder is het nodig toe te zien op een scherp uiteinde, want onregelmatigheden - nog erger: bramen - zullen het oppervlak onherstelbaar beschadigen. Zorg voor voldoende pakkingringen; liever een op het oog nog onbeschadigd exemplaar vervangen dan over twee maanden de hele boel opnieuw. Neem nimmer de ringen van een 2000 voor een 2400 of 2500: ze lijken misschien hetzelfde, maar rampen moeten bij een onoordeelkundige of toevallige verwisseling niet worden uitgesloten.

De drukkasten van de compensator. Gebruik hiervoor nimmer een tang, maar neem altijd de voor dit doel bijgeleverde ketting en kies de juiste borgschakel, daar anders onherstelbare schade aan de schroefdraad van de hulzen kan worden toegebracht. Ledig de hydraulische circuits aan voor- en achterzijde, alsmede het controleventiel op de centrale druk-regulator. Verwijder de hulzen en reinig eventueel de binnenzijde met een in wasbenzine gedrenkte katoenen doek. Op latere modellen: vervang de binnencapsule aan de onderzijde van het controleventiel.

Controleer de kogelverbindingen door de trekstangen voorzichtig op en neer te bewegen. Indien daarbij uitzonderlijk veel speling optreedt, of indien de stofkeringen gebarsten zijn, dienen keringen en trekstangen vervangen te worden. Bij handbediende modellen: controleer tevens de hoek waaronder de trekkabels aan de trekstangen bevestigd zijn. Gebruik de juiste separatoren. Een verschil van 0,5 mm is toelaatbaar. Reinig en smeer de excentrieken.

Verwijder de vacuiimleiding. Maak de toe- en afvoerslangen los, reinig de aansluitingen. Zorg bij het afnemen van de steunklemmen (alleen in diagonale volgorde) voor voldoende ruimte en verwijder daartoe de bovenzijde van de smoorklep. Reinig vervolgens de binnenzijde en verwijder stof en olieresten uit de toevoeropeningen. Vervang de borgpennen van de hefboom aan de toevoerzijde. Volgorde van montage is omgekeerd aan demontage. Let bij modellen van vóór 1977 op mogelijke de-naturatieschade aan toe- en afvoerslangen. Vervang zo nodig de wartels.

Indien de drijfstangen ook bij normale snelheden absurde trillingen

[p. 65]

vertonen, en indien deze verschijnselen ook na toediening van verse smeermiddelen aanhouden, draai dan de borgmoeren van de stabilisatorstangen aan de bovenzijde van de draagarmen los. Verwijder de koelwaaier van het remsysteem en gebruik een universele kogelverbindings-verbreker teneinde de lagere kogelverbinding en de draagarm te ontkoppelen. Draai het stuurwiel tegen de klok in en trek de drijfas uit de naaf. Zo nodig kan hierbij een bijl of hamer worden gebruikt.

Indien bij modellen van vóór 1989 welke uitgerust zijn met centrale deurvergrendeling het kofferdeksel ineens niet geopend blijkt te kunnen worden, dienen linkshandige eigenaars het linker- en rechtshandige eigenaars het rechterachterlicht in te slaan. Men tracht via de aldus ontstane opening de overbrenging van slot naar afsluitpositie in orde te brengen. Dit kan meerdere uren in beslag nemen.

Is het voertuig niet op reguliere wijze in beweging te brengen terwijl de startmotor normaal functioneert, controleer dan de nokkenas door de motorolietoevoerdop te verwijderen en te bestuderen of zij beweegt. Is dit niet het geval dan is met honderd procent zekerheid de distributiesnaar gebroken en zijn kleppen en mogelijk ook cilinderkoppen verwoest. Hoort men bij het optrekken in de eerste versnelling een hoog, schril geluid dat slechts een fractie van een seconde aanhoudt, dan is de verbinding tussen krukas en versnellingsbak verbroken. Bij nieuwere modellen zal in dit geval niet alleen de zuigerstang, maar ook de complete versnellingsbak vervangen dienen te worden. Vormt zich onder het voertuig onverwachts een enorme plas olie, dan is vermoedelijk een van de zuigers door de bodem van het carter geslagen. Bij de vroegste diesel-modellen van het type 2500 Turbo 2 is zulks reeds gebruikelijk tussen ongeveer 20.000 en 25.000 kilometer. Verwijder de motor. Op alle modellen dient een spontane lekkage in de benzinetank niet te worden uitgesloten; deze is immers van kunststof. Laat in een dergelijk geval het voertuig nimmer onbeheerd achter. Beter is het net zo lang te blijven rijden tot de gehele voorraad brandstof is uitgeput, waarbij oponthoud (stoplichten, etc.) vermeden dient te worden.

Aanslepen dient te allen tijde te worden ontraden, zeker niet nadat het voertuig langer dan een uur zonder draaiende motor heeft stilgestaan. Al na enige tientallen minuten zal de compressie in het hydraulisch systeem zodanig zijn teruggelopen dat de rembekrachtiging niet langer functioneert, waardoor op het plotseling remmen van de auto die u aansleept een adequate reactie zal uitblijven.