Raster. Nieuwe reeks. Jaargang 1979 (nrs. 9-12)

[p. 46]

Konrad Bayer-Gerhard Rühm •
Een misdaadstuk •

vandaag lijkt er voor een keer weer eens rust te heersen.

uit de luidspreker klinkt gedempte barmuziek.

jazeker.
het is een oude man, al meer dan twintig jaar bij mij in dienst en boven
elke verdenking verheven.
en de paarden?
u bewerkt zielen met een stuk gereedschap?
onderhand is het half mei juni juli augustus en half september..
heel geregeld.
ik hoop het.
naar model geschilderd?
wij kennen elkaar al nietwaar?
menselijke gewoon menselijke aangelegenheden.
ik houd ervan snel te eten.
hoe bedoelt u dat?
het is akelig warm hier.
dat vermoed ik ook.
bijzondere waarde hecht ik aan het gadeslaan van een man van gevorderde leeftijd die vermoedelijk een donkergroene bril draagt.
tot kijk over vier dagen.

vier dagen later.

achter uw dialect verbergt zich ternauwernood de openlijke hoon.
spreek op of ik sla de botten in uw lijf kapot.
reikt u mij het touw aan.
schatrijk maar uiteindelijk toch alleen maar achter de mannen aan net
als allemaal.
kon ik die merkwaardige eenzijdige kunst toch maar overnemen van u.
naar u kijken maakt mij zenuwachtig.
en u heeft het niet gedaan?
ik zonder parels en briljanten maar in de strijd om het leven steeds voor
mijzelf borg staand.
heeft u dat pas van mij moeten horen?
klein schaap.
en doet u nu wat u wilt.
u raakt een teer punt.
doet het erg pijn?
dat zou best eens kunnen.
ik houd niet meer van je.
ik ben niet hierheen gekomen om te genieten.
wat wenst u verder van mij te weten?
er is vandaag toch al geen sfeer.
tot mijzelf kwam ik later.
daar zullen ze het lijk van de in het kanaal gevonden jongeman identificeren.
althans voorlopig.
wie is er bang ik bang?
je bent een brave jongen.
u ziet dat men mij hier nodig heeft.

intussen was het mei geworden.

[p. 47]

 

was het dan niet koud in de sneeuw?

 

uiteraard.

 

op het bureau heeft die dag duizend mark in biljetten van vijftig mark gelegen.

 

waarom laat u het hoofd zakken?

 

nee die bril draagt hij niet meer.

 

daarvoor is die prijs waarachtig niet te hoog.

 

u moet niet zo vreselijk schreeuwen we zijn niet doof.

 

in alle kanalen zijn de patrouilles volgens plan naderbij gekomen.

 

tussen drie uur dertig en vier uur in de ochtend.

 

maar dat is brood!