Raster. Jaargang 5

[p. 540]

Franci Zagoricnik
les tourbillons

O: ik gaf terug wat ik kreeg
F: wat heb je gekregen

: wat gaf je terug

O: ik weet niet wat het was
F: hoe zo weet je niet wat het was

O: ik weet niet wat het was

: ik begreep niet wat het was

F: hoe zo dat je het niet begrepen had

: je zag wat het was

: ze hebben het je verteld

O: ik begreep niet wat het was

: hoewel ze het verteld hadden

F: je bent vergeten wat voor iets het was

O: ik weet niet wat voor iets het was

: ik zei

: dat je geen geld kon geven

: daarna gaf ik iets terug

F: dat is waar

: dat heb je goed gezegd

: dat halen we nooit

O: twee hebben ze naar huis gestuurd

: een zei dat hij het vergeten had

: de ander dat ze het hem niet gegeven hadden

F: maar wat was het voor een ding

: denk eens na

O: weet ik niet
F: waar dient het voor

: wat was het voor iets groot klein

[p. 541]

 

O: weet ik niet

 

F: was het om te eten waar was het voor

 

 

 

O: weet ik niet groen was het

 

F: goed hoe groot was het

 

O: zo iets van ijzer was het

 

F: was het om op te hangen

 

 

 

O: weet ik niet

 

F: wat deden de anderen met dat ding

 

O: niets ik heb niet gezien dat ze er iets mee deden

 

F: twee hebben ze naar huis gestuurd dacht je

 

 

 

O: twee hebben ze naar huis gestuurd

 

: een heeft het vergeten

 

: de andere hebben ze het niet gegeven

 

F: jou hebben ze niet naar huis gestuurd

 

 

 

O: ik heb goed kunnen antwoorden

 

: ik zei dat je het niet kon

 

F: klopt dat was een goed antwoord voor dat kreng

 

O: twee moesten naar huis

 

: ik hoefde niet

 

 

 

F: de anderen hebben het allemaal meegenomen

 

O: allemaal

 

F: alleen jij hebt het niet meegenomen

 

O: alleen ik heb het niet meegenomen en die andere twee