Raster. Jaargang 4
(1970-1971)– [tijdschrift] Raster– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 243]
| |
De Bibliografie van de Nederlandse taal- en literatuurwetenschapIn een lezing voor de Koninklijke Vlaamse Academie voor taal en letterkunde (1968) is door R.F. Lissens opgesomd welke achterstand de Neerlandistiek heeft op het gebied van documentatie en bibliografie.Ga naar voetnoot1 Met betrekking tot de bibliografie stelde hij toen vast dat deze vrijwel volledig ontbrak. Wel beschikken we over een klein aantal gespecialiseerde bibliografieën, zoals persoonsbibliografieën en tijdschriftbibliografieën, maar een overzicht over wat er in de loop van een bepaald jaar verschenen is ontbreekt. In vergelijking met wat op dit terrein in het buitenland gedaan is, vertoont de Neerlandistiek een grote achterstand. In Vlaanderen heeft men tenminste nog de beschikking over een aantal tijdschriftbibliografieën, waarvoor het initiatief genomen werd door wijlen R. Roemans, aanvankelijk in samenwerking met mejuffrouw H. van Assche opgezet en nu door haar alleen voortgezet. Bovendien stelt E. Willekens jaaroverzichten samen van wat er zoal binnen ons vakgebied verschijnt en publiceert deze in Spiegel der Letteren. In Noord-Nederland werd door Raster een poging gedaan een overzicht te geven van de meest recente publikaties op het terrein van taal- en literatuurwetenschap. Naar volledigheid werd hierbij niet gestreefd. De bedoeling was de belangrijkste publikaties te signaleren. Het is duidelijk dat dit slechts beperkte middelen zijn om te voorzien in een ernstige lacune. Het werd dan ook hoog tijd dat er iets ondernomen werd om de achterstand in te lopen.
Enkele jaren geleden werd onder auspiciën van de Algemene Conferentie der Nederlandse Letteren een Werkgroep voor de Documentatie van de Nederlandse Letteren in het leven geroepen. Deze werkgroep was samengesteld uit Noord en Zuidnederlandse leden die op verschillende manieren reeds te maken hadden met bibliografisch werk. In september 1969 gaf de Werkgroep voor de Documentatie van de Nederlandse Letteren aan een subkommissie uit haar midden opdracht de noodzakelijke stappen te zetten voor een samenwerkingsverband waaruit een lopende bibliografie zou kunnen resulteren. Bovendien vervaardigde een kleine kommissie een uitgebreide en verfijnde systematiek voor deze bibliografie, ervan uitgaande dat deze systematiek - wanneer ze voor de lopende bibliografie bruikbaar zou blijken - ook voor een retrospektieve bibliografie als grondslag zou kunnen dienen. De Werkgroep voor de Documentatie van de Nederlandse Letteren streeft er naar om ongeveer in juni van dit jaar de eerste aflevering van de lopende bibliografie in de handel te brengen. Hierin zullen dan de publikaties die verschenen zijn vanaf 1 januari 1970 tot en met 31 maart 1970 opgenomen worden. Het ligt in de bedoeling elke drie maanden een aflevering te laten verschijnen. Deze zullen dan worden gekumuleerd in jaaruitgaven, die op hun beurt zullen resulteren in een vijfjaarlijkse kumulatie. Voorlopig ligt het in de bedoeling de bibliografie te publiceren als een co-produktie van de beide Koninklijke Bibliotheken ('s-Gravenhage/Brussel), het Nederland Letterkundig Museum en Documentatiecentrum ('s-Gravenhage) en het Archief en Museum voor het Vlaams Cultuurleven (Antwerpen). De bibliografie zal worden samengesteld door een groot aantal medewerkers uit Noord- en Zuid-Nederland. Het materiaal dat deze medewerkers op systematische manier zullen verzamelen, zal worden verwerkt bij de Koninklijke | |
[pagina 244]
| |
Bibliotheek in 's-Gravenhage. Ook het redaktionele werk zal vooral in 's-Gravenhage geschieden. Als ‘centraalpost’ voor de Zuidnederlandse medewerkers zal de Koninklijke Bibliotheek te Brussel fungeren. De werkgroep streeft er óók naar om de werkzaamheden in verband met de bibliografie zo snel mogelijk te institutionaliseren. Er is goede hoop dat in 1971 een speciaal bureau met de bibliografie en daarmee samenhangende werkzaamheden belast zal kunnen worden, zodat een aantal beroepskrachten zich volledig aan deze taak zal kunnen wijden. De Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen, afdeling letteren, blijkt zeer geïnteresseerd in de bibliografische aktiviteiten en overleg over de financiering van een dergelijk bureau begint nu op gang te komen. Willen de werkzaamheden voor de bibliografie uit de huidige vrijblijvende en incidentele sfeer getrokken worden, dan zal een dergelijk bureau er op korte termijn moeten komen. De kansen daarvoor zijn m.i. nog nooit zo gunstig geweest. Intussen zal hiermee het bibliografisch overzicht in Raster niet overbodig worden. De door de werkgroep ondernomen bibliografie zal uitsluitend publikaties over Nederlandse taal- en letterkunde vermelden. Scheppend werk en publikaties over algemene taalwetenschap, die niet speciaal op de Neerlandistiek gericht zijn, blijven buiten beschouwing. G.J. van Bork
De eerste aflevering van de Bibliografie van de Nederlandse taal en literatuurwetenschap verschijnt ongeveer in juni 1970. Een jaarabonnement kost f35,- (voor studenten f 20,-, waarbij de vijfjaarlijkse kumulatieve uitgave niet is begrepen). Men kan zich abonneren bij: Het Nederlands Letterkundig Museum en Documentatiecentrum, Juffrouw Idastraat 11, 's-Gravenhage. Voor België: Het Archief en Museum voor het Vlaams Cultuurleven, Minderbroederstraat 22, te Antwerpen. |
|