Raster. Jaargang 3
(1969-1970)– [tijdschrift] Raster– Auteursrechtelijk beschermdRaster. Jaargang 3. Polak & Van Gennep, Amsterdam 1969-1970
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Raster. Jaargang 3 uit 1969-1970.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (mailto:dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
De eindnoten zijn in deze digitale editie direct bij de bijbehorende nootverwijzingen geplaatst. De volgende pagina’s zijn hierdoor komen te vervallen: deel 1: 27, 93, 94, deel 3: 400, 401, deel 4: 515, 516.
Aan het begin van elk nummer is tussen vierkante haken een kop toegevoegd.
p. 26: noot ‘5’ heeft in de lopende tekst geen nootverwijzing. In deze digitale editie is de noot aan het eind van het artikel geplaatst.
p. 56, 564, 565: de gedichten op deze pagina's hebben een opmaak die in deze digitale versie niet overgenomen kan worden. In deze digitale editie is een afbeelding van de gedichten geplaatst.
p. 135, 184: op deze pagina's staan grote accolades die meerdere regels overspannen. Dit is in deze digitale versie niet weer te geven, daarom wordt op elke betreffende regel de accolade met de woorden die erop volgen herhaald.
p. 161: noot ‘8’ heeft in het origineel abusievelijk nootnummer ‘3’ gekregen. In deze digitale editie is dat verbeterd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1: binnenkant achterplat, achterplat, deel 2: binnenkant achterplat, achterplat, deel 3: 421, binnenkant achterplat, achterplat, deel 4: 593, binnenkant achterplat, achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[Deel 1, voorplat]
RASTER
VOORJAAR 1969
III/1
A. MITSCHERLICH |
GERRIT KOUWENAAR |
JAN G. ELBURG |
IVAN VYSKOCIL |
LIDY VAN MARISSING |
HANS FAVEREY |
AD ZUIDERENT |
FRANS PYTERSON |
J. VAN DER VEEN |
REIN BLOEM |
H.C. TEN BERGE |
[Deel 1, binnenkant voorplat]
Raster
driemaandelijks tijdschrift voor literatuur onder redaktie van H.C. ten Berge
Typografie:
Kees Nieuwenhuijzen
Redactie en administratie:
Athenaeum - Polak & Van Gennep
Keizersgracht 608, Amsterdam
Tel. 22 62 88
Abonnementsprijs per jaargang:
binnenland | f 22,- |
buitenland | f 24,- |
medewerkers, studenten en scholieren | f 18,- |
Losse nummers | f 6,50 |
Betalingen aan:
Polak & Van Gennep
Uitgeversmij. NV,
Afdeling tijdschriften
Postgiro: 1522721
[Deel 1, pagina 1]
Inhoud
pag. 2 | H.C. ten Berge | Raster 69 |
pag. 5 | Alexander Mitscherlich | De vredesgedachte en de menselijke agressiviteit |
pag. 28 | Gerrit Kouwenaar | Gedichten |
pag. 39 | Jan G. Elburg | Verschil in hoogte |
pag. 46 | Ivan Vyskocil | De muur van Jakob |
pag. 51 | Lidy van Marissing | Gedichten |
pag. 58 | Hans Faverey | Leuk licht wordt het |
pag. 62 | Ad Zuiderent | De afstand tot de aarde |
pag. 67 | Frans Pyterson | Broddel uit Breisgau |
pag. 84 | J. Van der Veen | Poëzie en muziek ii |
pag. 97 | Rein Bloem | Roman Polanski: de waarde der waarden |
pag. 108 | H.C. ten Berge | Winter te Praag |
pag. 119 | Dokumentatie (vervolg) |
[Deel 2, voorplat]
RASTER
ZOMER 1969
III|2
D. BETLEM |
FRITS KORTLANDT |
T.A. VAN DIJK |
REIN BLOEM |
KEES FENS |
WALTER BENJAMIN |
JACQUES HAMELINK |
BREYTEN |
JOS RUTING |
ARIE VAN DEN BERG |
AD ZUIDERENT |
LIDY VAN MARISSING |
ERNST VERMEULEN |
F. GOLDSCHEIDER |
[Deel 2, binnenkant voorplat]
Raster
driemaandelijks tijdschrift voor literatuur onder redaktie van H.C. ten Berge
Typografie:
Kees Nieuwenhuijzen
Redaktie en administratie:
Athenaeum - Polak & Van Gennep
Keizersgracht 608, Amsterdam
Tel. 22 62 88
Abonnementsprijs per jaargang:
binnenland | f 22,- |
buitenland | f 24,- |
studenten | f 18,- |
Losse nummers | f 6,50 |
Betalingen aan:
Polak & Van Gennep
Uitgeversmij. nv,
Afdeling tijdschriften
Postgiro: 1522721
[Deel 2, pagina 125]
Inhoud
pag. 126 | D. Betlem: Een korte geschiedenis van de taalwetenschap |
pag. 153 | Frits Kortlandt: Exakte methoden in de linguïstiek |
pag. 162 | T.A. Van Dijk: Taaltheorie en literatuurtheorie |
pag. 183 | Rein Bloem: Filmtaal |
pag. 197 | Kees Fens: De onoverwinnelijke gasfitter ii |
pag. 209 | Walter Benjamin: Linkse melancholie |
pag. 216 | Breyten: Die swart stad & andere gedichten |
pag. 223 | Jacques Hamelink: Drie gedichten |
pag. 227 | Jos Ruting: Natuurzuiver kinderhormoon |
pag. 241 | Arie Van den Berg: Zes fasen van zondvloed |
pag. 247 | Ad Zuiderent: Met gedempt pathos |
pag. 250 | Lidy Van Marissing: Blinde vlekken |
pag. 255 | Ernst Vermeulen: Muzikale afval: Cage en Ives |
pag. 264 | Frantisek Goldscheider: De tsjechoslowaakse film van de 60-er jaren |
pag. 279 | Dokumentatie (vervolg) |
[Deel 3, voorplat]
RASTER
HERFST 1969
III|3
TH.W. ADORNO |
P.C. KUIPER |
J.J.A. MOOIJ |
ERNST VERMEULEN |
FRANS PYTERSON |
W.F. HERMANS |
BEB VUYK |
H.C. TEN BERGE |
BREYTEN |
SYBREN POLET |
[Deel 3, binnenkant voorplat]
Raster
driemaandelijks tijdschrift voor literatuur onder redaktie van H.C. ten Berge
Typografie:
Kees Nieuwenhuijzen
Redaktie en administratie:
Athenaeum - Polak & Van Gennep
Keizersgracht 608, Amsterdam
Tel. 22 62 88
Abonnementsprijs per jaargang:
binnenland | f 22,- |
buitenland | f 24,- |
studenten | f 18,- |
Losse nummers | f 6,50 |
Betalingen aan:
Polak & Van Gennep
Uitgeversmij. nv,
Afdeling tijdschriften
Postgiro: 1522721
[Deel 3, pagina 283]
Inhoud
pag. 284 | Beb Vuyk: Triomf der Verovering |
pag. 296 | Willem Frederik Hermans: Bladen uit: Gitaarvissen en banjoklokken |
pag. 302 | Breyten: Land-verder-as-alle-lande |
pag. 310 | Sybren Polet: Gedichten |
pag. 316 | H.C. ten Berge: Matglas |
pag. 354 | P.C. Kuiper: Bij de dood van Adorno |
pag. 363 | Theodor W. Adorno: De kunst en de kunsten |
pag. 383 | J.J.A. Mooij: ‘Vorm of Vent’ (boekbespreking) |
pag. 402 | Ernst Vermeulen: De tsjechische avantgarde |
pag. 411 | Frans Pyterson: Taalcritiek |
pag. 417 | Dokumentatie (vervolg) |
[Deel 3, pagina 422]
Athenaeum - Polak & Van Gennep
Nieuwe uitgaven najaar 1969
Nederlandse klassieken
M.G. Tengnagel: Verzameld werk
In dit boek zijn de toneelwerken en een aantal pamfletten-in-dichtvorm bijeengebracht van Tengnagel, en van enkele figuren uit zijn omgeving wier schelden roddelverzen aan Tengnagel werden toegeschreven.
De vroegste tekst uit het boek is waarschijnlijk het lange gedicht D'onbekende voerman, dat zich bezighoudt met handel en wandel van de regenten van de Amsterdamsche Schouwburg, in het jaar nadat deze met Vondels Gijsbrecht werd geopend. In een bijlage wordt een analyse van dit paskwil afgedrukt.
De Voerman wordt gevolgd door een aantal, vaak bijzonder scabreuse, lange gedichten, meestal clandestien gedrukt, die zich bezighouden met het leven van 17de-eeuwse Amsterdammers uit soms de hoogste, soms de laagste sociale kringen. Het zijn ‘scandaleuse libellen’ van de bohème, waarin echter niet alleen collegae, maar ook de Amsterdamse magistraat aan de publieke nieuwsgierigheid worden uitgeleverd. Voor een beeld van Amsterdam omstreeks 1640 zijn deze roddelverzen onvervangbaar. Het Verzameld werk bevat verder het lange gedicht Aemsterdamsche Lindebladen (in de trant van Huygens' Voor-hout), met daaraan toegevoegd een bundel losse gedichten (Afgeslagen bloemsel), en de toneelstukken Frik in 't Veur-huys en De Spaensche heidin.
Dit deel van de serie Nederlandse klassieken heeft een inleiding van de verzorger, J.J. Oversteegen, waarin de figuur van Tengnagel en de samenhang van de afgedrukte teksten uitgebreid behandeld worden. Het boek wordt verder gecompleteerd door een lijst van (vermoedelijk) vermelde personen, een gedetailleerde bibliografie van ‘Tengnagels’ werken in de verschillende drukken, en enkele contemporaine teksten die betrekking hebben op Tengnagel zelf of diens onderwerpen.
Gebonden f 69,50
Kleine bellettrie serie
Isaak Babel: Toneel
De Russische schrijver Isaak Babel (geboren in Odessa in 1894, gestorven in een concentratiekamp in 1941) is in de jaren twintig beroemd geworden door zijn korte verhalen over de Russische burgeroorlog en uit het Joodse leven in Odessa, in het bijzonder door de cycli Rode Ruiterij (1926) en Verhalen uit Odessa (1921-1923). Maar als toneelschrijver was hem tijdens zijn leven, anders dan bij A. Tsjechow, geen roem beschoren. En dat ondanks het feit dat hij aan de Russische toneelliteratuur twee stukken heeft toegevoegd, die in de letterlijke zin van het woord een toevoeging, een uitbreiding van die literatuur betekenen.
Gebonden f 17,50
[Deel 3, pagina 423]
H.C. ten Berge: Gedichten
In zijn bundel Gedichten heeft H.C. ten Berge, redakteur van het driemaandelijks tijdschrift voor literatuur Raster, zijn vroegere publikaties Poolsneeuw, Swartkrans en Personages bijeengebracht.
Gebonden f 16,50
J.C. Bloem: Poëtica
De dichter J.C. Bloem heeft niet alleen onvergankelijke verzen nagelaten, maar is ook als criticus werkzaam geweest. Een aantal van zijn theoretische beschouwingen over poëzie en het vertalen daarvan hebben een blijvende invloed op onze letterkunde uitgeoefend. Zij zijn in deze keuze, Poëtica getiteld, bijeengebracht.
Gebonden f 16,50
Elias Canetti: Stemmen van Marrakesch
In 1954 ondernam Elias Canetti een reis naar Marrakesch. Op zijn omzwervingen door de Arabische en Joodse stadswijken ving hij stemmen, geuren, taferelen en beelden op, welke hij onmiddellijk na zijn terugkeer in Londen te boek stelde. Met fijnzinnige penseelstreken laat Canetti de kleurrijke en besloten wereld van deze Marokkaanse stad voor onze ogen oprijzen.
Gebonden f 13,50
Witold Gombrowicz: Met voorbedachten rade
De in 1904 in Maloszycel Opatow geboren Poolse auteur Witold Gombrowicz, beroemd geworden door zijn romans Ferdydurke en De pornografie, is ook de schrijver van een tiental satirische verhalen, gebundeld onder de titel Bakakai. Deze eerste selectie daaruit vormt de bundel Met voorbedachten rade.
Gebonden f 18,50
Omar Khayyam: Rubaiyat
Sinds het begin van de twintigste eeuw ontstond in Nederland belangstelling voor de vierregelige gedichten van Omar Khayyam. J.H. Leopold is de eerste geweest die de kwatrijnen vertaalde, kort daarop gevolgd door P.C. Boutens. Sedertdien heeft het aan Nederlandse bewerkers niet ontbroken, maar de vertalingen van Leopold en Boutens zijn mettertijd klassiek geworden en door latere bewerkingen niet overtroffen.
Gebonden f 17,50
Robert Musil: Drie vrouwen
Robert Musil, in 1942 in vrijwillige ballingschap in Zwitserland gestorven, kreeg bekendheid door zijn eerste publikatie De ervaringen van de jonge Törless (1906) en werkte zijn verdere leven aan de als torso nagelaten roman De man zonder eigenschappen. Daarnaast schreef hij aforismen en enige korte verhalen, waarvan het drietal, gebundeld onder de titel Drie vrouwen ons een diepgaand inzicht verschaft in de levensvisie van de auteur.
Gebonden f 16,50
[Deel 3, pagina 424]
J. van Oudshoorn: Bezwaarlijk verblijf
De schrijver J. van Oudshoorn is tijdens zijn leven niet onopgemerkt gebleven, maar pas sinds de Tweede Wereldoorlog is zijn faam groeiende. Geen ander heeft in het Nederlandse taalgebied op meer aangrijpende wijze gestalte gegeven aan het verschijnsel vervreemding.
De beheerder van het Van Oudshoorn-archief, drs. W.A.M. de Moor, heeft Bezwaarlijk verblijf, een nagelaten, ongepubliceerd gebleven verhaal van de schrijver, geplaatst tegen de achtergrond der daadwerkelijke voorvallen. Een bibliografie en een korte levensschets van de hand van De Moor completeren deze uitgave.
Gebonden f 19,50
J. Presser: Orpheus en Ahasverus
De verzen in de bundel Orpheus en Ahasverus vormen een keuze uit het dichterlijk werk van de Amsterdamse hoogleraar Presser. Voor het merendeel zijn zij geschreven na de wegvoering van zijn jonge vrouw door de Duitsers in maart 1943. Wegens hun zorgvuldige datering treffen zij als een lyrisch dagboek. Een aantal van de gedichten in deze vierde na-oorlogse druk verscheen tijdens de bezettingsjaren klandestien.
Gebonden f 13,50
Arthur van Schendel: Zes vertellingen
De bijzondere plaats die de korte verhalen van Arthur van Schendel binnen diens literaire nalatenschap innemen, is opnieuw zichtbaar gemaakt in deze keuze, gebundeld onder de titel Zes vertellingen.
Gebonden f 13,50
Athenaeum paperbacks
Dr. Karel de Clerck: Uit het leven van P.C. Boutens
Mede door de onderzoekingen van dr. Karel de Clerck valt de laatste jaren een opleving te bespeuren in de belangstelling voor het werk van Boutens, die na zijn dood in 1943 al spoedig in de vergetelheid scheen te geraken, hoewel hij eens na Willem Kloos de meest gevierde dichter van zijn tijd was.
Inmiddels is een nieuwe uitgave van Boutens' volledige lyriek verschenen (1968). In 1970 zal het feit worden herdacht dat de dichter honderd jaar geleden werd geboren.
Paperback f 19,50
Dr. W.E.J. Kuiper: Couperus en de oudheid
Dr. W.E.J. Kuiper, als classicus geboeid door de belangrijke plaats die de Grieks-Romeinse oudheid in het werk van Louis Couperus inneemt, heeft enige van diens werken vanuit die gezichtshoek geanalyseerd. Couperus bleek met deze studie zeer ingenomen en trad met dr. Kuiper in correspondentie. De brieven van Couperus zijn bewaard gebleven en als bijlage van Kuipers' opstel integraal afgedrukt.
Paperback f 10,50
[Deel 3, pagina 425]
Dr. Elizabeth Visser: Couperus, Grieken en Barbaren
In zijn historische romans Xerxes en Iskander heeft Louis Couperus beide malen het konflikt beschreven tussen Hellenendom en Perzen, de laatsten door de Grieken zelf, die hun taal niet verstonden, ‘barbaren’ genoemd.
In Couperus, Grieken en barbaren onderzoekt dr. Elizabeth Visser de bronnen en historische achtergronden, welke Couperus tot leidraad hebben gediend bij het schrijven van zijn beide romans, die respectievelijk bloei en verval van de Helleense samenleving kleurrijk in beeld brengen.
Paperback f 14,50
Literair-wetenschappelijke serie
J.J. Oversteegen: Vorm of vent
In Vorm of vent houdt de voormalige Merlyn-redakteur J.J. Oversteegen zich bezig met de opvattingen over de aard van het literaire werk en over de kritiek in de periode 1916-1940, het tijdvak dus waarin veel van de nu nog heersende denkbeelden over deze onderwerpen geformuleerd werden. Het boek bestaat uit een reeks ‘portretten’ van critici als Nijhoff, Van Ostaijen, Van Eyck, Marsman, Binnendijk, Ter Braak, Du Perron, Vestdijk etc. In het middelpunt staat de diskussie die zich ontspon na de felle aanval van Ten Braak op Binnendijks bloemlezing Prisma, niet omdat die polemiek op zichzelf zo belangrijk was, maar omdat daarmee de auteurs die een jaar later, in 1932, Forum zouden oprichten, ‘acte de présence’ gaven.
Het is Oversteegen niet te doen om een uitspraak tussen de twee partijen die bij de Prisma-diskussie aan het woord kwamen, maar in de eerste plaats om een samenhangend beeld van hun ideeën over literatuur. De konklusie die hij trekt is evenmin polemisch, maar theoretisch. Hij gaat uit van de stelling dat de literatuur bestaat uit een verzameling van eigensoortige uitspraken over het bestaan. Wel acht hij het juist om vóór alles de eigensoortigheid van het literaire werk als taalstudie te bestuderen - zoals de Theologische Literatuurwetenschap dan ook reeds lang doet - maar daarbij mag een tweede, minstens even belangrijke, vraag niet verwaarloosd worden: wat is de bijzondere aard van de uitspraken zelf die door dit bijzondere gebruik van de taalmiddelen mogelijk gemaakt worden? Het is met die vraag dat de, wetenschappelijk inderdaad onhoudbare, positiekeuze van ‘Forum’ in verband gebracht kan worden.
Paperback f 43,50
[Deel 3, pagina 426]
Grote Bellettrie serie
André Gide: De valsemunters
Veel verguisd, haast unaniem voor ‘mislukte roman’ uitgekreten, is Les fauxmonnayeurs niettemin André Gide's meesterwerk gebleken.
Gide heeft in deze roman verschillende in zijn tijd hoogaangeslagen waarden opnieuw geijkt en bovendien een totale vernieuwing in de romantechniek gebracht.
Gebonden f 24,50
Gelijktijdig verschijnt er een paperbackeditie bij De Bezige Bij.
[Deel 4, voorplat]
RASTER
III/4
WINTER 69/70
ESSAYS OVER HEDENDAAGSE POËZIE IN
LATIJNS AMERIKA DOOR J. VIDAL DE LORDA |
VERENIGDE STATEN DOOR G.A.M. JANSSENS |
ENGELAND DOOR KENNETH WHITE |
FRANKRIJK DOOR CHARLES GRIVEL |
DUITSLAND DOOR KARL KROLOW |
JAPAN DOOR C. OUWEHAND |
[Deel 4, binnenkant voorplat]
Raster
driemaandelijks tijdschrift voor literatuur onder redaktie van H.C. ten Berge
Typografie:
Kees Nieuwenhuijzen
Redaktie en administratie:
Athenaeum - Polak & Van Gennep
Keizersgracht 608, Amsterdam
Tel. 226288
Abonnementsprijs jaargang iv (1970)
binnenland | f 22, - |
buitenland | f 24, - |
Prijs van dit nummer | f 8, - |
Zie voor verlenging het inlegvel |
Betalingen aan:
Polak & Van Gennep
Uitgeversmij. nv,
Afdeling tijdschriften
Postgiro: 1522721
[Deel 4, pagina 427]
Inhoud
H.C. ten Berge: | Hedendaagse poëzie in internationaal perspektief | pag. 428 |
G.A.M. Janssens: | Vernieuwing in de Noordamerikaanse poëzie | pag. 431 |
Kenneth White: | Engelse poëzie 1950-1969 | pag. 460 |
Charles Grivel: | Het eigenlijke revolutionaire in (Franse) literaturen | pag. 486 |
C. Ouwehand: | Over naoorlogse, moderne Japanse poëzie | pag. 530 |
Karl Krolow: | Duitse lyriek na 1945 | pag. 544 |
Josefina Vidal de Lorda: | Een blik op de hedendaagse poëzie van Latijns-Amerika | pag. 568 |
Bio-bibliografiese gegevens | pag. 594 |