4
Er geschiedde een wonder: uit de monden van de kanonlopen begonnen kinderen te groeien, allemaal meisjes, en al bij hun geboorte waren ze bedekt met dik glanzend haar. In twee weken bereikten ze de puberteit en toen ze de vormen van een vrouw kregen en volwassen schenen te zijn, trippelden ze uiterst elegant naar het paleis van de opperbevelhebber, verkrachtten hem zestigduizendmaal, beten zijn halsslagader door en zogen zijn bloed uit. De andere mannen in het land zagen iets symbolisch in deze vrouwen, maar de vrouwen zeiden dat ze geen symbolen waren, maar vrouwen van vlees en bloed; toen de mannen dat inzagen begonnen in het land op natuurlijke wijze kinderen geboren te worden. Maar de natuur werkt zo wonderbaarlijk, dat in de eerste twee jaar alleen dochters geboren werden, bedekt met dons en wonderschoon.
Voor de harige vrouwen en hun donzige dochters zijn heel wat liederen geschreven, zoals Het vuur flikkert op haar heupen en Jij, blauw-groene, bent van mij. Maar de elegie ter herinnering aan de op één na laatste harige vrouw beschouwt men als het mooiste; dit is in fragmenten bijna volledig bewaard gebleven in de historie der harige vrouwen. Na de dood van de laatste donzige dochter verlieten de dichters het land.