Hendrik Andriessen
Philomela
De aanhef van Philomela's lied in de eerste acte van onze opera, koos ik ter gelukwens van de dichter die in deze ‘aria’ de lof gezongen heeft van de muziek. Voor de muzikaliteit der verzen behoefde Engelman zich geen geweld aan te doen, want de aard zijner poëzie is zoo echt muzikaal, dat de componist de klank dezer woorden naar hun natuur kon aanwenden.
Men moet natuurlijk het gehele gedicht lezen om gedachte-en-sentiment te waarderen. Ik getuig hier gaarne van mijn bewondering voor de muzikaal-begaafde poëet.
met de zusters van den dauw;
tot een veld van witten rouw;
in het maatloos hemelblauw,
dat een enkle stem doorgloeit,
en het zingt hoe alles vloeit.