Raam. Jaargang 1967
(1967)– [tijdschrift] Raam– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 56]
| |
2Met vette handen
het differentieel
tussen voorjaar en winter
tussen man en vrouw
uiteenschroeven
een losgelopen moer
verwijderen beschadigde
tandwielen vervangen
en vergenoegd luisteren
naar het geluid
van de genezen motor.
| |
[pagina 57]
| |
3Het deksel lichten
van iedere put die stinkt
en het gouden nat
in een zilveren vat uit-
rijden tussen 2 buien door
over het gras
onder de regenboog
van Jahwe die
met lichtblauwe
neusgaten zacht
dondert van wolk
op wolk.
| |
4Zitten met een big
op z'n rug
tussen je benen
in een stolp
in een groot schreeuw-
bereik van angst
in elke vuist
een achterpoot
van pijn zitten
en vasthouden
niets zeggen
niets doen aan
het drama
medeplichtig zijn.
| |
[pagina 58]
| |
5Bezig zijn bij
geboren worden
met de boer wachten
op de nageboorte
achter de geboorte aan.
| |
6Het dagelijks brood
schrijven diep
in de voren
van het bestaan
ploegen eggen
mesten en wachten
op de eerste warme dag
en dan landwaarts tijgen
met een zak vol zaad.
| |
[pagina 59]
| |
7Met een harde hand
zacht strelen
de boerin bekennen
met een ruige baard
haar zachte buik verkennen
van altijd voorjaar
en in het witte veld
van de vertedering
de haas opjagen
van de ontroering
schichtig dier
harde lange lopers
oren als antennen.
| |
8Daarom: een dichter
moet alles voelen
alles zeggen
met de harde hand
met de droge lippen
van de buitenman
de kleinste
de blondste
de warmste
van alle akkers
achterover leggen
open leggen
voor zon
en zaad.
|
|