Het prieel der gheestelicker melodiie
(1617)–Anoniem Het prieel der gheestelicker melodiie– AuteursrechtvrijOp de vvijse: O Koninginne vroet.
KOmt schepper Heylich Gheest,
Wilt ons herte dalen,
Ontsteeckt dat aldermeest
Met uwe stralen. Ontsteeckt, etc.
Want ghy waerachtich zijt
Een vier en Godt almachtich
Die ons siele verblijt
Met liefden krachtich. Die ons etc.
| |
[pagina 10]
| |
Ghy zijt die schoon fonteyn,
Oorspronck van alle deuchden,
Vol van ghenuchte reyn,
En Godt der vreuchden. Vol, etc.
Door v liefde verwermt
Ons hert tot alle stonden,
Soo worden wy beschermt
Van alle sonden. Soo, etc.
Verdrijft van ons het quaet,
Blijft ons by vroech en spade,
Gheeft gracye, hulp, en raet,
Door v ghenade. Gheeft, etc.
Aensiet ons in dit dal,
Met v bermhertigh’ ooghen,
Wilt druck en tranen al
Met peys afdrooghen Wilt, etc.
Op dat wy toch hier naer
V met den Vader bouen,
En Godt den Soon eenpaer
Eens eeuwich louen. En Godt, etc.
|
|