Princesse Liet-boec
(2007)–Willem Reyers de Lange, Anoniem Princesse Liet-boec– Auteursrechtelijk beschermd[Perseus en Andromeda] [editie]Perseus tot Andromeda,
op de melodie van Schoon liefken uyttermaten Wat zie ik daar nou toch?
Dat vraag ik me echt af!
Ik denk dat ik voor de gek word gehouden,
wat heb ik hier voor me?
| |
[pagina 58]
| |
Is het een jonge vrouw met goede manieren,
die hier vastgebonden staat
om door een wild dier verslonden te worden
terwijl ik haar blonde haar nog zie wapperen?
Het is werkelijk een vreselijk gezicht!
Ze huilt dikke tranen,
dat doet me veel verdriet.
Zeg me, jonge dochter,
waarom sta je hier vastgebonden,
wat heb je voor kwaads gedaan?
Zulke zware boeien
horen niet om je mooie witte handen.
Het zou fijner zijn om
jou in plaats van in die boeien
in Venus' strikken te leggen,
daar heb je meer aan!
Bedek je gezicht toch niet,
o prachtig mooie vrouw,
zeg me toch
waarom je zoveel verdriet hebt?
Hoor je me, mooie liefste,
ik wil je wel verlossen,
maar mag ik dan je minnaar zijn?
Prinses
Prinses, nooit zag ik iets akeligers
dan wat er nu voor mijn ogen gebeurt.
Daar komt een beest aangezwommen
om je in stukken te bijten!
Maar ik zal niet zomaar toestaan
dat je wordt opgegeten hoor,
ik zal je liever zelf veroveren!
Andromeda beantwoordt Perseus,
op de melodie van Eylaes schoon lief verheven Dappere ridder, zal ik je
mijn droevige verhaal vertellen?
Ik ben zo machteloos,
het is mijn moeders schuld
dat ik dit moet ondergaan,
ze heeft zichzelf boven
| |
[pagina 59]
| |
de godin Juno verheven.
De zeer machtige Cepheus, dat is mijn vader
en de krachtige Cassiope
is mijn lieve moeder.
Het prachtige Ethiopië
dat is zijn rijk,
de scepter en kroon
draagt hij daar in vrede.
Zelf sta ik hier helemaal alleen
te wachten op een wrede dood!
Als jij me kan bevrijden
dan zal je het heel goed krijgen
en leven als een edelman.
Een rijk zal je hebben,
een kroon van rood goud
en mijn liefde als beloning.
De fraaie Andromeda,
edele ridder, dat is mijn naam
hier op aarde,
heb toch alsjeblieft medelijden.
Beste ridder,
verlos je allerliefste
van deze kwelling!
Ach, ik zucht en ik klaag
mijn nood bij je, trotse prins,
en ik moet ervan huilen.
Daar komt het wilde dier
om mij op te eten!
Begin toch met je aanval
alleraardigste liefste,
als je van me houdt!
|
|