Passionate. Jaargang 11
(2004)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 6]
| |
[pagina 7]
| |
Is het nou een jongen? Of dan toch een meisje? De complete redactie van R.A.M, het kunst- en cultuurprogramma van de VPRO, kon er niet echt chocola van maken. Van dat wezen dat filmer Jos van den Bergh had opgezocht in Knoxville, waar regisseur Asia Argenta een paar wezenlijke scènes opnam van haar verfilming van The heart is deceitful above all things. Dat wezen met wonderlijk onaangetast gezicht dat verborgen ging onder een blonde pruik en een bovenmaatse zonnebril. Op de toch nauwelijks heikele openingsvraag wie J.T. LeRoy nu eigenlijk was, antwoordde de vermomde mond al meteen spastisch. Gemurmel. Nog meer gemurmel. Ongemakkelijk gekrab aan armen. Stilte. Weer gemurmel. En dan eindelijk, in een zin die klonk alsof hij eerst een barre tocht door een doolhof had moeten afleggen: ‘I'm a boy.’ Eerst was The heart is deceitful above all things nog gewoon een boek. Een buitengewoon huiveringwekkend boek, dat wel. Nog indrukwekkender dan het nu vertaalde Sarah, dat nog het meest weg heeft van een rechte streep. Alsof de roman in één keer moest worden uitgekotst. Sarah gaat over de avonturen van de twaalfjarige Cherry Vanilla, die een betere prostituee wil worden dan zijn moeder. Hij noemt zich Sarah, naar haar, en raakt verzeild in een even bizarre als authentieke wereld. Na vele omzwervingen hoopt hij uiteindelijk de onvoorwaardelijke liefde van zijn moeder te winnen. Bij The heart... kon je je niet eens voorstellen dat iemand ze had kunnen bedenken, de in tien korte verhalen geschetste lotgevallen van het ongewenste kind Jeremiah. Van foster parents naar echte moeder, via zwaar religieuze grootouders weer terug naar echte moeder, die vaker van echtgenoot of partner wisselt dan dat andere mensen in hun leven boodschappen doen. Het is een pad van louter wreedheden. Het wrange van de verhalen zit niet fundamenteel in wat er gebeurt. Wie niet in staat is zich voor te stellen hoe zwart de wereld zich kan tonen, moet zijn tuinhek maar dicht doen, en er voor altijd het zwijgen toe doen. LeRoy bezoekt niets anders dan ‘the sore place where we all live’, zoals schrijver Tom Spanbauer het steevast uitdrukt. Nee, het zit in het consequent doorgevoerde vertelperspectief: dat van een kind. Een kind dat geen idee heeft wat het te wachten staat. Als lezer ben je getuige van niets minder dan een altijd emotionele, soms fysieke molestatie. Tegelijkertijd sta je aan de zijkant geparkeerd, met de deur op slot. Je krijgt voortdurend het gevoel te moeten ingrijpen, maar dat is onmogelijk. De letters staan er natuurlijk al. Daarbij komt nog dat de schrijver het kind een haast obsceen gevoel voor poëzie heeft meegegeven, als je het in deze context al zo mag noemen. Lees en huiver: ‘“Mmmm-hmmm,” Jackson says, lying next to me, pulling the silver zipper down the middle of his orange jumpsuit like he's ripping himself in half.’ | |
Alles opschrijvenEn toen, nadat Van den Bergh naar Knoxville was geweest, kon The heart is deceitful above all things niet meer gewoon een boek zijn. R.A.M had al sinds begin van het programma, nu twee jaar geleden, getracht J.T. LeRoy te strikken voor een portret, op grond van de literaire kwaliteiten van zijn laatste boek. De redactie wist niet wat ze zichzelf daarmee op de hals had gehaald. Via uitgevers in het buitenland (een Nederlandse uitgever was er destijds nog niet, mede omdat zijn romans vanwege de vele referenties aan hedendaagse Amerikaanse populaire cultuur onvertaalbaar schenen) of de enigszins bizarre eigen website: nul op rekest. LeRoy leek de mystificatie in hoogsteigen persoon. Later bleek zelfs de foto van de schrijver op zijn boeken fake. Die is van een vriend van collega Dennis Cooper, die een tijdlang gold als de mentor van LeRoy. Hoe dan ook, de missie werd afgebroken. Toen Elephant van LeRoy-fan Gus van Sant op het Filmfestival in Rotterdam zou draaien, en LeRoy een belangrijk aandeel in het scenario bleek te hebben gehad, was het een uitgelezen moment nog eens een poging te wagen. En warempel: beet! Via een niet geheel betrouwbare literaire agent. Voor Van den Bergh dreigde de onderneming uit te lopen op een nachtmerrie. Drie dagen Knoxville: als je Minneapolis al het Gouda van de Verenigde Staten vindt dan staat deze stad gelijk aan het saaiste deel van Oldenzaal in het kwadraat. Als je op zo'n moment nog je werk kan doen, is er niets aan de hand. Maar Argenta bleek de Courtney Love van de filmwereld. Op de set mocht niet worden gefilmd. Over welke afspraak hadden we het eigenlijk? En leg nog eens uit waarom zij deze types van de Royal Dutch Television te woord zou staan? Ondertussen was LeRoy in geen velden of wegen te bekennen. Het verlossende telefoontje op de laatste dag van verblijf kwam niets te vroeg: de schrijver was gearriveerd. Tot die tijd konden alle verhalen nog worden afgedaan als sterrengedrag. Bijvoorbeeld dat J.T. LeRoy ooit was uitgenodigd een lezing te geven in Italië, maar bij de aanblik van de overvolle zaal wegkroop onder een tafel. In Knoxville wilde het interview maar nooit op een gesprek lijken. Voor zelfs de simpelste vragen had LeRoy een pijnlijk lange bedenktijd nodig. De auteur bedankte voor de camera zijn therapeut Dr. Terrence Owens, omdat die hem had geadviseerd ‘alles op te schrijven.’ Voorlezen uit eigen werk ging J.T. LeRoy, en dat blijft nog steeds verbazingwekkend, veel beter af. | |
Terloopse overtuigingAlles van het voorgaande spelt: J.T. LeRoy = Jeremiah. Tom Waits kondigde ooit tijdens een concert een liedje aan als een waar gebeurd verhaal. Om er een paar hilarische opmerkingen aan te plakken over films die gebaseerd zijn op echte gebeurtenissen. Alsof dat ze beter zou maken. En vanzelfsprekend mogen we er niet van uitgaan dat alles uit The heart is deceitful above all things echt heeft plaatsgevonden. Maar wat doet bij zo'n gruwelijk boek de gedachte dat dat het geval zou kunnen zijn? Kijk mee naar hoe moeder Sarah de zesjarige kleuter schrik voor de politie probeert aan te jagen, om hem maar niet terug te laten verlangen naar zijn keurige pleegouders. Dreigen met de elektrische stoel is nog te weinig plastisch voor haar. Nee, Jeremiah zal, als hij niet braaf haar volgt, sterven als Jezus aan het kruis. Een verhaal verder begint zo: ‘The ones that buy me candy don't last long. The ones that slap her last longer, but not as long as the ones that beat her with their fists and me with their belt.’ Het verhaal eindigt met Jeremiah in het ziekenhuis. | |
[pagina 8]
| |
uit het VPRO kunst-en cultuur tv-programma R.A.M over J.T. LeRoy (2004)
| |
[pagina 9]
| |
Na seksueel misbruik moet zijn aars worden gehecht. Kun je daarna nog lachen om het feit dat hij zijn grootvader uit onwetendheid in plaats van psalmen ‘Anarchy in the U.K.’ van The Sex Pistols in brabbel-Engels begint voor te dragen? Gelukkig komt hij aan ‘Too drunk to fuck’ van The Dead Kennedys niet toe. Naarmate het boek vordert voel je de weerstand van Jeremiah breken. Zijn onschuld maakt plaats voor het volgen van de gestoorde denkbeelden van zijn moeder - een wanhopige zoektocht naar liefde, zou je kunnen beweren. Maar heel zelden kan Jeremiah het kind zijn dat hij in werkelijkheid is. Om mannen niet af te schrikken moet hij beurtelings de broer of zus van Sarah spelen. Het zusje valt te prefereren: dat vinden mogelijke partners prettiger, denkt zijn moeder. Op een zeker moment plakt hij met Krazy Glue zijn piemeltje vast, om maar meer op een meisje te kunnen lijken. Dat doet hij niet in opperste verwarring, maar met een terloopse overtuiging die een hartverscheurende indruk maakt. | |
Persoonlijke tragiekDat dit alles waar zou kunnen zijn? Die overpeinzing maakt je bij het lezen tot een voyeur van een bedenkelijk allooi. Maar lezen is toch anders dan kijken. Kunst is moeilijk los te zien van tragiek. Ze zijn neef en nicht - trouwen is niet echt een heel goed idee, maar het kan. Een flinke dosis persoonlijke tragiek staat niet garant voor goede kunst, maar als die er is, geeft ze het gebodene wel reliëf. Zo is de tragiek van Brian Wilson, het ongelukkige genie van de Beach Boys, in éen regel samen te vatten: componist van een surfband met watervrees. Het zegt alles, maar het geeft bij lange na niet de ontzagwekkende diepte van zijn dalen weer. Wanneer Wilson tegenwoordig op het podium staat, wekt dat pijnlijke associaties op. De man zelf niet direct. Die staat alleen ongemeen oncomfortabel te zijn, zo'n twee uur lang, terwijl hij is omringd door een leger muzikanten dat hem met veel kunst- en vliegwerk muzikaal staande probeert te houden. Met alle liefde van de wereld voor zijn muziek kun je niets anders constateren dan dat Brian Wilson zijn eigen buikspreekpop is geworden. Compleet met weke poging tot lach die maar nooit echte vreugde wil benaderen. ‘Bang voor mensen, bang voor het leven, bang voor de dood’, merkte hij onlangs op in een interview in de Volkskrant. Dat Wilson in zijn hoogtijdagen de meest harmonieuze muziek van iedereen maakte, verzacht het leed niet. Het benadrukt alleen maar de leugen die eraan ten grondslag ligt. Waarom zou publiek, zonder enige zichtbare gêne, voor zo'n schouwspel enthousiast willen applaudisseren? Is het een behoefte van mensen zich te verwarmen aan een tragedie die niet de hunne is? Verlaten ze daarna opgelucht de zaal, wetende dat ze terug kunnen naar hun doorzonwoning, hun levensgezel, hun kinderen, hun afwas voor mijn part, beseffende dat het met hen in elk geval niet zo is gesteld? De hemel dankend dat zij in elk geval geen genie zijn? Het heeft iets volstrekt barbaars, ongebreideld te kunnen genieten van zo veel zichtbaar en voelbaar leed. Overigens is het met platen van de Beach Boys anders. Dan gaat het om de muziek, niet zo nadrukkelijk om de persoon. Op een podium is die persoon eenvoudigweg nooit over het hoofd te zien. Je kunt moeilijk kijken en niet kijken tegelijkertijd. | |
Een verzameling woordenJ.T. LeRoy is een zielig hoopje mens - er zijn geen andere woorden voor. Maar ondanks het feit dat de schrijver zo zichtbaar verknipt, verminkt en verward uit het leven tevoorschijn is gekomen, staat zelfs zíjn boek niet gelijk aan een mensenleven, hoe autobiografisch het ook is. Boeken zijn een verzameling woorden uit een hoofd gerangschikt op papier. Als Jeremiah de paranoia van zijn moeder volledig absorbeert, zoals in ‘Coal’, dan blijft dat nog steeds een verhaal. En nooit een verslag. Net als het ongelooflijke ‘Meteors’, waarin Sarah Jeremiah tot bloedens toe slaat met een steen ‘net even groter dan een basketbal’, om in het gevlei te komen bij een ranger die zich heeft gespecialiseerd in meteorieten. Een poging die overigens faliekant mislukt. J.T. LeRoy moet voor ons in eerste instantie schrijver blijven. Dan kunnen we pas echt de bittere schoonheid zien van de observatie als Jeremiah's moeder hem voor de zoveelste keer verlaat, dit keer met de auto: ‘I watch the red orange glow grow smaller and smaller until it's all gone.’ Of LeRoy nu een jongen of een meisje is: het doet er niet toe. Zelfs niet of hij (of zij) zelf gelooft of hij (of zij) een jongen of een meisje is. Op een bepaalde manier zal J.T. LeRoy - uit 1980 - altijd dat kindje van zes blijven, de tijd voordat zijn verhaal begon. Het zij zo. In het R.A.M -exemplaar van Sarah heeft hij met maniakale letters geschreven: PLEASE SEND SHOCOLATE. LeRoy heeft ook een eigen band, het opvallend veel als Blondie klinkende Thistle, met zijn surrogaatfamilieleden Astor en Speedie. De nummers zijn, ondanks de harde gitaren, zo luchtig als marshmallows. Met een dunne maar heldere stem zingt de frontman van Thistle: ‘I'm gonna change the world.’ Wat zou hij anders moeten verkondigen? Optreden met Thistle moet voor J.T. LeRoy iets weg hebben van jezelf tentoonstellen op een expositie van gruwelijkheden. Zullen we de verleiding kunnen weerstaan om daar een kijkje te nemen? In de tussentijd mogen wij God, aan wiens genadeloze wreedheden we nooit zullen wennen, danken dat LeRoy in elk geval wel kan schrijven. En dat een boek uiteindelijk toch een boek blijft. ■
David Kleijwegt (1965) was vanaf 1984 popmedewerker van het Algemeen Dagblad. In 1996 won hij, inmiddels ook eindredacteur van VPRO's popprogramma Lola Da Musica, de Pop Pers Prijs. Momenteel is hij eindredacteur van het kunst- en cultuur tv-programma R.A.M (VPRO), en schrijft hij over populaire cultuur in Vrij Nederland. |
|