met iedereen speelde omdat hij wat kon, zonder dat hij teveel kon en iedereen voor de voeten ging lopen.
Later zou hij zeer zeker op een gerenommeerd label, bijgestaan door allemaal coole gasten, een prachtige plaat als muzikaal leider opnemen, zo verwachtte iedereen. Geen weirde grooves, maar een paar ballads, twee standards, één nummer van Parker en vier eigen composities. Op de hoes zou een lachende Joe te zien zijn, gekleed in een rood-wit geruit overhemd, met als achtergrond de fris geboende pier van Huntington Beach.
Zou bij Jules bij de C in de kast moeten staan, van Contemporary, of de P van Pacific Jazz, want dat waren de labels voor de Westcoast-cats.
Moest Joe natuurlijk niet dood gaan. Handen aan het stuur en uit je doppen kijken.
Hou je eigen shit vast, Joe. Laat je niet omver blazen.
Die verhalen dat Joe aan ernstige depressies leed, werden pas na zijn dood verzonnen - net zoals na zijn dood iedereen zich een vriend van Joe noemde, want als dooie raakte hij pardoes in de mode.
Maar zelfmoord? No way José. Geen denken aan.
Joe dacht: Life is an ocean of love with a kiss on every wave.
Een zelfmoordenaar houdt niet van de oceaan en ziet zeker geen zoentjes op de golven drijven. Een zelfmoordenaar loopt geblinddoekt de oceaan in en omarmt de dood.
Joe niet
Vraag het aan Frank Sinatra, die wist toch ook dat Joe niet zo'n soort gozer was. Vertelt hij vast dat verhaal over hoe hij tijdens de opnames voor Sinatra and Swingin' Brass op 10 april 1962 de zaak stillegde omdat hij door Joe werd afgeleid. Hij droeg sandalen tijdens de sessies en bewoog gedurende het nummer ‘Goody Goody’ permanent één teen.
Kap ermee Joe, zei Frank.
Iedereen uit de scene kende die verhalen dat Joe bij de laatste noten van zijn optredens zijn lul tevoorschijn toverde. Of al die muzikanten die nu nog rondbazuinen dat hij hen uit San Quentin wist te houden door een goed woordje voor ze te doen. En vergeet niet dat Joe voor zijn maten gigs in derderangs Hollywoodse stripclubs regelde, zodat ze brood op de plank hadden.
Joe mekkerde nooit. Joe was geen zeiksnor. Aan Joe had je wat.
Joe worstelde met de dope - dat was zijn gevecht. Op de middelbare school en als jonkie on the road met bigbands, was hij er al mee bezig. Het kostte hem zijn diploma en op het nippertje bleef hij uit de bak. Vanwege overmatig drugsgebruik kwam hij later anderhalf jaar in het Federal Hospital in Lexington terecht.
Nadat hij van de Eastcoast naar de Westcoast verhuisde om een leven zonder dope te leiden en zich los te maken van Parkers dodelijke omarming, viel hij snel terug in zijn oude gewoontes.
In een nachtclub ontmoette hij stand-up comedian Lenny Bruce. Ze vormden het hart van een groep muzikanten, onder wie drummer Philly Jones en trompettist Jack Sheldon die hun existentialistische beatnik-blik verlevendigden met vrachtladingen geestverruimende middelen. Het was Joe die de eerste naald met heroïne in de arm zette van Lenny, die in 1966 aan een overdosis overleed.
Dat Joe de pensioengerechtigde leeftijd zou halen, lag niet voor de hand. Maar de wijze waarop het een en ander voltrokken werd, was toch een onvermoede manoeuvre.
Op 6 mei 1964 had Joe een gig gehad in de nachtclub Mardi Gras. Na het optreden zette Joe het met de andere muzikanten op een zuipen. Bij saxofonist Ray Graziano werd er verder gedronken. In de tot appartement verbouwde garage van Graziano lag een pistool op tafel. Zijn vriendin had een tijdje geleden een vreemd groot dier in de steeg gezien en Ray leende een wapen.
Joe is nooit bang, zei Joe. Hij pakte met een wild gebaar de 22-millimeter van tafel en speelde ermee alsof het een knijpkat was.
Joe was totaal Joe. Zijn ogen stuiterden in de kassen. Alle deuren in zijn hoofd stonden wagenwijd open. Hij wilde glas eten en blootsvoets over spijkerbedden rennen.
Hij zette het wapen tegen zijn hoofd en raakte eventjes de trekker aan. Kom op, voor de grap, dit ding is toch niet geladen.
Joe was niet te stoppen, omdat Joe niet kon stoppen. Het leven is een spelletje-spelletje en Russisch roulette balletje-balletje.
Op de lokale radio was 7 mei 1964 te horen dat altist Joe Maini zichzelf op 34-jarige leeftijd in Los Angeles had doodgeschoten.
Zou Jules nooit doen. Zo veel te erg Joe is Jules niet.
Hij heeft zijn eigen shit, het enige wat je hebt.
Hij blaast, en nooit met alle winden mee.
(Met dank aan Joost Broere en zijn platenkast)