Passionate. Jaargang 9
(2002)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 48]
| |
[pagina 49]
| |
‘Mijn naam is M.L. Lee. Ik ben een meisje van de straat.’ Zo begon de brief waarmee Alex Boogers drie jaar geleden enkele uitgeverijen benaderde. Het leidde tot de publicatie van de debuutroman van ‘de jonge schrijfster M.L. Lee’. Inmiddels heeft Boogers een vervolg geschreven, en staat hij op het punt zijn pseudoniem af te leggen. Daarmee neemt hij afscheid van zijn zelfgekozen anonimiteit. De wil om op eigen voorwaarden schrijver te zijn is echter onverminderd.
Alex Boogers (Vlaardingen, 1970) is niet het type schrijver dat zegt van jongsaf aan te hebben gedroomd van het schrijverschap. Boogers: ‘Herman Brusselmans heeft eens gezegd dat dergelijke uitspraken voor homo's en mietjes zijn. Spot, sarcasme, misschien, maar in die opvatting herken ik me wel. Als jongen deed ik de dingen die jongens doen. Niks literatuur. Ik hield me bezig met meisjes, met rondrijden op mijn brommer, met voetballen op straat, met het geweld en het avontuur. Ik vocht op straat, ik raakte er bedreven in. Later werd ik lid van een sportschool. Niks om hysterisch over te worden. Op mijn kamer, als het stil was op straat, schreef ik wel eens wat, maar ik sprak er met niemand over. Zoiets deed je niet. ‘Later realiseerde ik me dat literatuur net zo gewelddadig kan zijn als de vechtsporten die ik beoefende. Mijn ouders namen me mee naar een voorstelling van J.A. Deelder, en dat was een openbaring voor me. De razendsnelle manier van praten van Deelder, dat vlammende ritme. Het is bijna geweld met woorden. Dat is wat ik zoek in literatuur: woorden die zo dwingend zijn dat ze je meesleuren. Ik zoek naar het ritme en de cadans. Tempo. Snelheid. Ik zoek die snelheid in films, in cabaret, in muziek, en natuurlijk in de literatuur. Ik hou van het werk van J.D. Salinger, die uitstoot van woorden, zijn gelijktijdige walging en bewondering voor de mensen en dingen om hem heen. Of Charles Bukowski, met zijn zwartgalligheid maar ook zijn humor. De grilligheid van het leven moet erin zitten.’ | |
Geen auteurNa zijn middelbare schooltijd begon Boogers aan diverse studies, waaronder Nederlandse taal- en letterkunde in Leiden. De wetenschappelijke benadering van literatuur sprak hem echter niet aan; na twee weken haakte hij af. In 1997 besloot Boogers zich fulltime aan het schrijven te gaan wijden. Hij werkte aan een manuscript dat tot zijn eerste roman moest leiden, maar liep ermee vast. Uiteindelijk zou dat via een omweg tot zijn debuut leiden. Boogers: ‘Ik had een ideetje en dat begon ik uit te werken tot een kort verhaal. Dat werd steeds langer en uiteindelijk had ik een korte roman, maar ik was niet van plan er iets mee te doen. Waarom zou ik? Ik dacht dat het een vingeroefening was. Ik begon weer aan een ander verhaal, in de vorm van een brief van de hand van een schrijfster. Mijn vriendin vond dat ik die brief naar een uitgever moest sturen. Toen realiseerde ik me dat ik in die brief de schrijfster van mijn korte roman had gecreëerd. Vervolgens heb ik de brief naar vijf uitgevers gestuurd, zonder de roman meteen mee te sturen.’ De brief begon als volgt: ‘Mijn naam is M.L. Lee. Ik ben een meisje van de straat. U kent waarschijnlijk niet veel meisjes van de straat. Ik ben geen hoer of iets dergelijks, als u dat soms denkt.’ In de rest van de brief legt Lee uit waarom zij niet meteen haar manuscript wil aanbieden. Ze spreekt haar afschuw uit over de grachtengordelmentaliteit van de literaire uitgeverijen. Het bastion van macht dat ze vertegenwoordigen. Boogers: ‘Alle uitgeverijen wilden het manuscript ontvangen, en vervolgens bleken vier ervan geïnteresseerd het uit te geven. Ik heb voor uitgeverij Podium gekozen omdat die het meest zakelijk reageerde. Zij gingen in op het manuscript, en niet op M.L. Lee en de inhoud van haar brief. Podium stemde er ook in toe het boek onder de naam M.L. Lee uit te geven. Moedig, want het betekende dat er geen auteur was om interviews te geven of de roman aan te prijzen.’ | |
[pagina 50]
| |
ProjectHet boek Estee verscheen eind 1999. De roman gaat over de jongen Remy van Sand en zijn oudere zus Estee, die op zoek is naar een zuivere manier van leven. Informatie over de auteur werd tot een minimum beperkt; de achterflap maakte slechts gewag van ‘de jonge schrijfster M.L. Lee’. Boogers: ‘Ik wilde zien of het boek er op eigen kracht kon komen. Ik wilde niet in het keurslijf van de literaire markt terechtkomen. Aparte eigenschappen van nieuwe schrijvers worden uitvergroot om hun boeken aan de man te brengen. Voor je het weet ga je daar zelf aan meedoen. Het is misschien naïef maar ik dacht: ik publiceer een boek en kijk wat er gebeurt.’ De literaire critici pikten het boek niet op. Wel werd het boek massaal aangekocht door bibliotheken en kwam het ook op menig leeslijst van middelbare scholieren terecht. ‘Nu denk ik: wat kon je anders verwachten. Aan de andere kant, het is toch de taak van critici om boeken te bespreken? Ik ben toch geen zanger die op een podium moet gaan staan? Ik blijf het vreemd vinden dat het blijkbaar nodig is je boek uit te leggen. ‘Toch is het goed geweest dat ik op deze manier ben gedebuteerd. Het pseudoniem M.L. Lee was voor mij een eenmalig project, een oefening in geduld en afstand nemen. Ik weet nu wat me werkelijk beweegt om te schrijven, zonder alle randverschijnselen eromheen. Het is de basis waarop ik nu, onder mijn eigen naam, verder ga als schrijver. Ik zal het spel nu meespelen, op mijn manier.’ | |
Eigen wegGedurende de afgelopen twee jaar heeft Boogers gewerkt aan een eerste vervolg op Het boek Estee; in maart zal Remy uitkomen. Opnieuw draait het verhaal om Remy, die inmiddels zeventien is. Hij is nog altijd aangeslagen door de zelfmoord van Estee, de gebeurtenis waarmee Het boek Estee eindigde. Remy's zus was een meisje dat zich niet wilde aanpassen aan de oppervlakkige, wezenloze manier van leven die ze overal zag. Ze raakte in een depressie en zag uiteindelijk geen uitweg meer. Remy, vervuld van woede en onmacht, gaat op zoek naar de kwaliteiten die hij in zijn zus verloren heeft zien gaan. Boogers: ‘Estee staat voor mij voor puurheid. Ik vind het heel belangrijk dat iemand zich vasthoudt aan het doel dat hij of zij zich stelt. Ik leg ook voor mezelf de lat hoog. Dat geldt voor mijn ambities als schrijver, maar ook voor mijn omgang met mensen, in vriendschappen, relaties. Ik maak me al gauw boos als ik zie dat iemand zich laat afleiden van zijn ideaal en besluit iets anders te gaan doen. Dat is zwak. Jammer ook. Als je iets bereiken wil ga je door tot het bittere eind. Wat betekent verlies nu helemaal? Je stelt jezelf een zuiver doel en daar geef je alles voor. Zo denk ik erover.’ Wie beide romans na elkaar leest, ziet een opvallend verschil in hoe Remy geportretteerd wordt. In Het boek Estee, waarin Remy ongeveer dertien is, is het een rustige, wat laconieke jongen. Vier jaar ouder is hij veel scherper en kritischer in zijn waarnemingen. Boogers: ‘De dood van Estee heeft hem wakker geschud. Hij zoekt Estee overal. In de liefde, maar ook op straat. Zo ontmoet hij Saïd, een vechter en thaibokskampioen. Op een gegeven moment zegt Saïd tegen Remy: “Het leven gaat over jou.” Remy mompelt wat, sputtert tegen. Saïd zegt het nog een keer: “Het gaat om jou.” Gedurende het boek komt Remy erachter dat hij inderdaad zijn persoonlijke strijd zal moeten voeren.’ Remy is nauwelijks voltooid, maar Boogers is al aan de opzet voor een nieuwe roman bezig. ‘Ik ben nog maar net begonnen met wat ik wil zeggen. En over de familie van Sand wil ik nog verschillende boeken schrijven. Als er een publiek voor is natuurlijk. Net als bij mezelf zoek ik de strijd bij anderen. Het is natuurlijk tegenstrijdig. Je wilt je eigen weg gaan en je door niets en niemand laten afleiden. Tegelijkertijd vraag je je af hoe afwijkend jouw kijk op het leven is. Je wilt gelijkgestemden bereiken met wat je doet. Ik ga er tenminste van uit dat die er zijn. We kennen elkaar alleen nog niet.’ |
|