Passionate. Jaargang 5
(1998)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 64]
| |
[pagina 65]
| |
Tegen het slot van het verhaal heeft de vrouw zich in zichzelf teruggetrokken, een klooster is de omgeving van haar leven. Ze is hard geworden, gebleven eigenlijk, en tegelijk kwetsbaar. In haar veeleisendheid heeft ze vier echtgenoten versleten - en ze vraagt zich af of ze dat ooit gewild heeft. Haar zoon komt bij haar en vraagt welk van haar vier mannen ze het meest heeft liefgehad. Ze omzeilt de vraag, haar zoon dringt aan. Dan geeft ze toe: ‘Ik heb mij het ergst misdragen tegenover degene van wie ik het meeste hield.’ Zij is Gudhrun Osvifsdóttir, de fascinerendste vrouw in de saga's van het middeleeuwse IJsland. Traditiegetrouw geeft de Laxdaela Saga weinig informatie over uiterlijk en karakter - de handeling moet voor zich spreken. Gudhrun is in haar tijd de mooiste vrouw van IJsland en ook de intelligentste, zo wordt ze geïntroduceerd aan het begin van haar tragedie. Een krachtige persoonlijkheid. Wie zich een voorstelling van haar gezicht wil maken, kan nog het best te rade gaan bij haar betbetovergrootvader Ketil met de Platte Neus, een lokale landheer die in het jaar 890 Noorwegen achter zich liet om een van de belangrijkste stamvaders van de IJslanders te worden. Die platte neus intrigeert. Het suggereert Laps bloed, een echo van de Siberische steppen, hetzelfde Siberië dat doorschemert in het gezicht van de fascinerendste IJslandse van de twintigste eeuw, Björk Gudhmundsdóttir, vooral in de Aziatische ogen. De IJslanders zijn niet allemaal blonde reuzen, er stroomt een mengsel van Scandinavisch, Keltisch en Oeralisch bloed door hun aderen. Op de cover van haar derde album Homogenic poseert Björk als extravagante Japanse, maar dat is overdreven. Het zijn Siberische trekken, koud maar niet neerslachtig. Fans met gevoel voor sentiment proberen Björk af te laten stammen van Harald Schoonhaar, de koning met expansiedrift voor wie Ketil Noorwegen ontvluchtte. Maar de IJslandse obsessie voor stambomen is in de loop der eeuwen verwaterd en niemand weet meer wie er afstamt van de anti-feodale Noorse landheren en wie van hun slaven. Björk mag dan zelf een Germaans wipneusje hebben, de lijn van Ketil is veel aantrekkelijker om haar aan te knopen. Gudhrun is het beste culturele anker voor de zangeres wier status van superster definitief gevestigd werd met een optreden bij de MTV-Awards, waar ze vermomd als aardbei het podium betrad. Ondanks de vele knipogen, vooral in haar videoclips, drukt Björk, net als Gudhrun, in de eerste plaats tragedie uit. Haar teksten zijn een optocht van aarzelingen: there's no map/ and a compass/ wouldn't help at all// I play dead/ it stops the hurting/ I play dead/ and the hurting stops// how can you offer me love like that?/ I'm exhausted/ leave me alone// emotional landscapes/ they puzzle me// how can I explain how I feel?
De laatste regel is afkomstig uit ‘Bedtime stories’, het nummer dat Björk schreef voor haar geestverwante Madonna - hoewel Madonna's stijl meer het melodrama is, tragedie op zijn Italiaans. Beide vrouwen hebben met Gudhrun een sterke individualiteit gemeen, een onontbeerlijke karaktertrek voor heldinnen van het drama. De stem van Björk drukt het verlangen van Oedipus en Elektra naar geluk uit, constateert Magnús Thór Jónsson in het boekje bij Gling-Gló, het eerste album van Björk zonder haar band The Sugarcubes. Hij had dichter bij huis kunnen blijven, want Gudhrun is net zo goed een heldin die door een bloedig lot achtervolgd wordt. Al op haar veertiende krijgt ze dromen die het haar aankondigen, maar toch ziet ze geen kans eraan te ontsnappen. Gling-Gló staat vol jazzy musicaldeuntjes, het album is een opmaat, lie- | |
[pagina 66]
| |
felijk van toon, zoals Gudhrun tot het moment waarop ze Gest Oddleifsson vraagt haar dromen te duiden. Maar Björk toont ook al hoe je tegelijk kunt charmeren en schreeuwen. De dromen zitten al in Gudhruns hoofd, ze weet alleen nog niet wat ze betekenen. Liefelijk schreeuwen, het is een kenmerk van het IJslandse landschap, waar nauwelijks iets wil groeien, maar dat zich toch vastzet in de verbeelding, met zijn lavavelden, gletsjers, hete bronnen, fjorden, watervallen en geisers die kleine golven kokend water over hun rand stuwen voor ze tot een uitbarsting komen. De geiser kabbelt en charmeert, maar fascineert pas door de kracht van zijn explosie. De lijn van Gling-Gló trekt Björk, als een geiser van stem, door op Debut, ditmaal met eigen teksten, ritmes en melodieën. In twee woorden vat ze haar karakter samen: violently happy. Maar, voegt ze daar meteen aan toe: violently happy/ I'll get into trouble/ real soon/ if you don't get here. Dezelfde boodschap brengt ze in ‘Big time sensuality’. Geluk vraagt om scherven, het drama loert altijd op zijn kans. Natuurlijk, er zijn excuses genoeg om rond Björk een Eddisch mysterie te weven. Haar naam, die haar een heilige boom (berk) meegeeft. De tatoeage, een kompas van runentekens, op haar linkerbovenarm. Haar zoontje Sindri, dat ze noemde naar de dwerg die Thors hamer smeedde. Maar nodig zijn dergelijke mystificaties niet. Ook Gudhrun is geen heldin van mythische proporties. De Laxdaela Saga is geen verhaal over geesten, kobolden en wraakzuchtige goden, het is geromantiseerde geschiedenis over mensen die proberen even hard te zijn als de tijd waarin ze leven. Het oude IJsland verwacht van vrouwen volgzaamheid, maar toont ook respect voor degenen die niet kunnen zwijgen, zoals Gudhrun, maar ook Aud de Diepzinnige en Hallgerd Hoskuldsdóttir, twee andere nazaten van Ketil die een prominente rol spelen in de saga's. Er loopt een lijn van vrouwen met stemverheffing door de IJslandse geschiedenis. Gudhrun kan niet stilzitten. Ze moet participeren in haar maatschappij, die van dramatische wendingen aan elkaar hangt. Ze manipuleert haar omgeving, begeert, steelt en chanteert. Ze zet haar derde echtgenoot aan tot moord op de liefde van haar leven, omdat die haar te lang wachten liet. Gudhrun is een actieve kracht in de keten van wraak die de saga's tekent. Björk verkent de uiterste emoties vooral op Post, haar tweede solo-album, de neerslag van de meest agressieve en onzekere periode in haar werk tot nu toe. Het enige zorgeloze liedje, ‘It's oh so quiet’, een terugkeer naar de musicaltoon uit de tijd van Gling-Gló, is niet van haar hand. In ‘Hyper-ballad’ gooit ze haar frustraties letterlijk van de klippen en observeert: I follow with my eyes till they crash/ imagine what my body would sound like/ slamming against those rocks/ when it lands/ will my eyes/ be closed or open/ I go through all this/ before you wake up/ so I can feel happier/ to be safe up here with you.
Dit soort zelfoverwinning kent Gudhrun niet, het kost haar al moeite tegenover haar zoon toe te geven dat ze überhaupt emoties heeft. De saga meldt verder alleen dat ze bloost als Gest de doos van Pandora opent door haar de betekenis van haar dromen uit te leggen. Björk kent de halsstarrigheid van Gudhrun ook, maar wil er niet het woord ‘ik’ aan verbinden. Ze laat het merken in ‘Isobel’, een ander nummer op Post. De tekst is vrij obscuur, de schrijfster legde hem uit in een interview: ‘She falls in love with all the wrong people and everybody gets hurt, especially she, because she doesn't know about morality. She backs | |
[pagina 67]
| |
out and decides to isolate herself. That's why she's called Isobel.’ Dan draait Björk de rollen om, laat haar agressie de vrije loop. Waar Gudhrun de rust op zoekt, zich terugtrekt om het psalmboek uit haar hoofd te leren, zint Isobel op wraak. Ze traint een horde motten om de mensheid met monotoon gezoem tot waanzin te brengen. De spiegeling moet toeval zijn, intuïtief aangevoeld door Björk, die in haar interviews niet de indruk wekt veel op te hebben met papieren kennis - hoewel ze Gudhrun ongetwijfeld op school heeft leren kennen. In het tijdperk van Post is Björk nog niet toe aan verzoening of berusting. Het derde album, Homogenic, is intiemer en intenser van toon dan zijn voorgangers, misschien ook volwassener. In ‘Jóga’, dat gewijd is aan haar geliefde en waar af en toe een zweem van Kate Bush in doorklinkt, zingt ze ineens: every nerve that hurts you heal/ deep inside of me. In de videoclip bij ‘Jóga’ figureert de digitaal opengesneden vulcanische bodem van IJsland, als visualisatie van de emotional landscapes die van haar tong springen. Aan het eind van de clip zweeft de camera haar lichaam binnen, waar zich opnieuw het grijsgroene noordse land bevindt. Ze roept de metafoor zelf op. Björk klinkt zelfverzekerder, kan op een vulkaan staan zonder angst te voelen, onzekerheid die op Debut en Post nog nadrukkelijk figureerde. Homogeen is een mooi woord. Toch dringt zich ook Gudhruns tweede droom op, waarin ze een zilveren ring draagt die ze voor altijd wil houden, maar die op een onverwacht moment van haar vinger glijdt en naar de bodem van een meer zinkt - een voorspelling van de verdrinkingsdood van haar tweede man. Gudhrun is violently happy in haar tweede huwelijk, maar ze vreest wat komen gaat. De tol van het drama. Björk houdt er op Homogenic nog voorzichtig rekening mee in ‘5 years’ en in ‘Immature’: how could I be so immature/ to think he would replace/ the missing elements in me?
De Laxdaela Saga zegt weinig over Gudhruns laatste jaren. Er volgt slechts een korte epiloog nadat haar zoon haar bekentenis heeft aangehoord en zegt: ‘Ik denk dat de waarheid nu verteld is.’ Dat Gudhrun IJslands eerste non werd, zegt voldoende. Ze kon haar zelfvertrouwen niet meer aan zichzelf ontlenen en keerde zich voor de missende elementen tot God. Het valt als een verlies aan strijdbaarheid uit te leggen, maar ook als een verovering van de rust. Uiteraard is Björk Gudhrun niet. De Gudhrun van Laxdaela Saga is een fictieve heldin, gebaseerd op de historische Gudhrun, die de overgrootmoeder zou worden van IJslands eerste geschiedschrijver Ari Thorgilsson. Gudhrun is gemodelleerd naar de romantiek van een tijdperk. Björk regisseert haar eigen saga. Ze moet er tenslotte zorg voor dragen dat anderen niet met haar persoonlijkheid aan de haal gaan. Wat Björk en Gudhrun bindt, is de gedrevenheid, de wil iemand te zijn, onverbiddelijk als de omgeving waarin ze zijn opgegroeid. Björks muzikale stijl is dwingend, altijd gewikkeld in stuwende ritmes. Overvloedige orkestraties ondersteunen het formaat van haar emoties zonder kitscherig te worden. Ze schreeuwt en fluistert haar liedjes, ziet kans even charmant als agressief te zijn. Het is het moederland, de klank van de stalen lucht, het gras tussen de rotsen, mos dat omhoog klimt naar de smeltende gletsjer. De koudste vorm van blues.
Christian Jongeneel |
|