Passionate. Jaargang 4(1997)– [tijdschrift] Passionate– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] De Dichter aan het Werk. De avond is geen nacht, als de situatie zich verslechtert en eertijds bedwongen karaktercellen - de beschamende behoefte aan troost het vruchtbaar voordeel van wereldleed - spontaan en buiten zijn beheersing om vermenigmenigvuldigen. Zijn lichaam als gevolg van ontkenning valt uiteen, zijn aandacht bijt zich vast in de wil der fragmenten van geheugen en onderbewustzijn. Het is het zicht op een sprakeloos verbond na het uur nul en vóór het rumoer van vroege tram en arbeidsvitamine. Het is De kans op een schijnbaar oneindig moment van verstaan wanneer geen letter waar is als de adem die de kamer vult wanneer het knagend gebrek aan mysterie bevredigd wordt door een simpel keren van de klok. Het is de kans, het idee, de gedachte De herinnering aan een vertrouwd ideaal die hem afhoudt van domme daden van het volwassen onvermogen om te zien en niet verder te zien. Het is de nacht waarin hij zich verdiept in Liefde, Waarheid en Geweten het dubbelzinnig drietal van zijn serieus bestaan. [pagina 31] [p. 31] Het Vijfde Seizoen De lucht is bleek als huid, verborgen Door een kledingstuk. Geen zon Of maan doorschijnt het grijs De straat, de gevel van het huis. Geen schaduw geeft het dagdeel aan De zin, de naam van het seizoen. Geen hoge maan of lage zon Is van plan en ook in staat Om dwars door steen en apathie Jouw ver en vreemd gezicht Dit afgerond profiel Zijn scherpte terug te geven. Echter, jouw zeef is nog de mijne niet. Ik weet, jij was niet wie je bent Je zag veel meer dan jij nu ziet. Neutraal, dit woord bleef onbekend Geen lust hield zich aan een limiet. Maar áls jij nu de kracht ontkent En als in jouw moderne ogen Liefde niet is toegestaan Laat dan de tijd, uit mededogen Voor de slaap die ik verloochen Laat heel de vreugde en de traan Als woord, als poëzie bestaan. [pagina 32] [p. 32] Liefde's Ongehoorzaamheid Men zegt, er zijn enkel fragmenten Maar vóór mij zie ik het geheel. En wat het teweegbrengt is schaamte Is woede en angst voor bedrog. Wat is, is het nu en het wás geen Tragedie maar eerder een klucht. Geen spel zonder regels, een afspraak De twijfels als hoogmoed verpakt. Ook zelf ben ik zeker niet foutloos Maar waarom gaat Eros vrijuit? Was hij met een bijrol tevreden Op afstand, als derde partij? Kom pak nu de glazen en kom toch Je zei: ‘Je bent sterk en ik hou...’ De kleding als last weggeslingerd En voordat moraal of verstand Luidruchtig de liefde bedreven. De schrik, en de lach, en de haast De lippen kapot van het zoenen Een glas en een bruisend tablet. De koffie, de eigen routine Ach laat maar, het heeft geen belang. De wroeging na al te lang zwijgen Op straat werd het vuilnis verbrand. De kachel, de boeken, de kamer Een mug op de muur, nu een vlek. Het raam is kapot maar wel goed zo Eén risico minder is veel. Wat is, is het nu en het heden De tafel, de foto, de fles. De onrust. Het niet meer begrijpen. De stofwolken onder het bed. Peter Swanborn Vorige Volgende