In den beginne
Na een jaar lijkt burgemeester Peper dan toch zijn zin te krijgen. In september verschijnt het nulnummer van het cultureel-politieke tijdschrift waaraan de eerste burger van Rotterdam zoveel waarde hecht. Het tijdschrift heeft de naam Transito meegekregen, een naam die door Peper zelf is bedacht. Of de redactie ook door een decreet van de keizer in het leven is geroepen, blijft in het ongewisse, feit is dat de leden reeds bekend zijn. Hoe de sollicitatieprocedure in zijn werk is gegaan is onduidelijk, maar wat dat betreft heeft deze stad sinds kort een bedenkelijke reputatie hoog te houden.
Naast een voorpublikatie van de nieuwe biografie van Ivens zie ik halsreikend uit naar een scherpzinnige analyse van het referendum over de stadsprovincie. In haar onbedwingbare machtshonger ging gans bestuurlijk Rotterdam buiten haar boekje door een zeer laakbare advertentiecampagne te voeren. Overheidsgeld werd aangewend om de burgers op te roepen om vooral ‘eens’ te gaan stemmen. Zeer eenzijdige informatie in de bewuste advertenties versterkte de indruk dat de regenten een propagandamachine in werking hadden gesteld die ongewild aan de gang van zaken in de voormalig communistische staten deed denken. Op televisie, in tramhokjes, op paginagrote advertenties in kranten, overal werd je door zo'n deelraadvoorzitter op je plicht gewezen het grote belang te dienen. Er vond een verstrengeling van economische en politieke macht plaats die in een democratische rechtsstaat not done is. Politieke partijen prijzen zichzelf aan op die groene borden die bij het naderen van verkiezingen als paddestoelen uit de grond schieten. Affiches in tramhokjes zijn voor commerciële produkten bestemd en niet voor politieke partijen, net zo min het wenselijk is dat Shell een fractie in de gemeenteraad vormt.
Voor de deelraadvoorzitters is het natuurlijk wel een beetje sneu. Moet u voorstellen wat een hard gelag het is wanneer je er op rekent eindelijk iemand te worden. Ach u kent dat wel, vroeger gepest op school, weinig succes bij de meisjes, maar altijd hard gewerkt om verder te komen in het leven. Opgeklommen tot secretaris van de postduivenvereniging en later zelfs tot voorzitter van de damclub in de wijk lijkt het burgemeesterschap plotseling binnen handbereik. En dan weigert dat gepeupel, dat domme stemvee, te doen wat je wilt.
giel van strien