Parmentier. Jaargang 15
(2006)– [tijdschrift] Parmentier– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 137]
| |
[pagina 138]
| |
[pagina 139]
| |
Scheren wij stofferen wij onze kadavers ontgroenen ze fleurig temidden
van gritpad en eeuwige lovers. Verstoppen wij biddende stervers in leunende
havens ver van zee die vertelt. Leren wij leren op deun van schaaflust die hout
snijdt. Gehaaide lippenknippers maken meisjes die niet goed zijn beter. Gestroomlijnd
hun vel tot het knap zegt hun hijgen hun kwijnen getoetst aan kreunen
van blaaspop. In wiegen doden spenen zangschreeuw om een ongeschoren hof.
| |
[pagina 140]
| |
[pagina 141]
| |
Ontwaken wij proleten aller landen bevrijden wij werkers van zweet dat hen voedt.
Wij sluiten tot heil van massa's maakpaleizen die armen longen oren slopen
schuiven plicht zich te hullen in stof roet smeer naar pittoreske oorden in het oosten.
Koestert hoesters terneerslaande gevels relieken van knechtschap die adelde karyatiden
onder totale portalen slijten wij monumentale maquetten aan onze wet houdende kameraden.
Voor een schijn schonen wij onder hal waar je kroost zal baden fundamentale bodem.
| |
[pagina 142]
| |
[pagina 143]
| |
Schieten wij pijlen in klei die gebieden wat zal die beboeten met kiezen en ogen
voorzien in wat komt aan schaking van maagden slachtbare schapen en bokken.
Houwen vloeken zult gij niet eer wie u schiep moord echtbreuk laster diefstal en begeerte
zult gij laten mits tenzij behoudens. Drijven wij formules in dozijnen bronzen tafels
die wie niet leest verneuken en verzwijgen dat wie staal smeedt rechter is.
Gedogen wij minzaam wat spekt. Bedekken wij schielijk wat rot met betaalbaar bitumen.
| |
[pagina 144]
| |
[pagina 145]
| |
Besluiten wij hoog spel met achting voor zes die zongen van ontginning boomwol knechting.
Asem blaast as over vaalten doet rinken doet roomblank geweten zich krabben met stinkende scherven.
Frank en bevrijd schellen fel dominante cimbalen van hemel beërvend verbannen aan babylons oevers
essentie verstopt in riet waar wee orgelt een roerdomp die sterft van harde paring met koelwater.
Des te blauwer gierzwanger zwerk. Des te zwarter dampende grond. Des te stampender diesel cilinder.
Bestijgen wij zoevende trappen van zinderend bevende lucht boven asfalt dat smelt van verdrukking.
|
|