[Biografieën]
Ronald Besemer (1969) studeerde Nederlands aan de Universiteit van Utrecht. Publiceerde artikelen en recensies in Vooys. Is redacteur van Stichting Bébert en Stichting Perdu.
Paul Bogaert (1968) houdt zich vrijwillig en professioneel bezig met teksten. In 1996 verscheen zijn debuut Welcome Hygiene.
Isaäc da Costa (1798-1860) studeerde in Amsterdam en Leiden. Promoveerde in de Rechten en de Letteren. Verwierp in navolging van zijn grote voorbeeld Bilderdijk, de vader van het ‘Réveil’, het liberalisme in Bezwaren tegen den geest der eeuw (1823).
Jacques Derrida (1930) is als hoogleraar filosofie verbonden aan de École des Hautes Études en Sciences Sociales in Parijs. De in deze Parmentier opgenomen bijdrage schreef Derrida oorspronkelijk voor de rubriek ‘Che cos'è la poesia?’ in het Italiaanse tijdschrift Poesia.
Nico Dieteren (1962), studeerde Nederlands en Filosofie aan de Universiteit van Nijmegen.
Peter Holvoet-Hanssen (1960) wil in vorm en inhoud de geslepen dynamiek der tuimelaar betrachten. Publiceerde gedichten in Yang, Dietsche Warande & Belfort, De Vlaamse Gids en Optima. In april 1998 verscheen bij Prometheus zijn debuut Dwangbuis van Houdini.
Pieter Lemmens (1966), studeerde Biologie en Filosofie aan de Universiteit van Nijmegen.
Mark Manders (1968) studeerde enkele jaren geleden af aan de Hoge School voor de Kunsten, Arnhem. Exposeert sindsdien in binnen- en buitenland. Wordt vertegenwoordigd door de Zeno X Gallery, Antwerpen. Is de Nederlandse afgevaardigde naar de Biënale 1998 in Sao Paulo, Brazilië.
Rob Moolenaar (1959) publiceerde verscheidene artikelen over het werk van Jacques Derrida en hij bereidt een proefschrift voor over ‘politiek en deconstructie’.
Brenda Mudde (1963) is vertaalster.
Marjorie Perloff (1934) is als ‘Sadie Dernham Patek Professor of Humanities’ verbonden aan Stanford University. Belangrijkste publicaties: The Poetics of Indeterminacy: Rimbaud to Cage (1981), The Dance of the Intellect: Studies in the Poetry of the Pound Tradition (1985), The Futurist Moment: Avant-Garde, Avant-Guerre, and the Language of Rupture (1986), Poetic Licence: Studies in Modernist and Postmodernist Lyric (1990), Radical Artifice: Writing Poetry in the Age of Media (1992) en Wittgenstein's Ladder: Poetic Language and the Strangeness of the Ordinary (1996). Binnenkort verschijnt Poetry on and off the Page: Essays for Emergent Occasions.
J.H. de Roder (1958) is redacteur van Parmentier en schrijft vooral over moderne literatuur. Daarnaast bereidt hij een proefschrift voor over S. Vestdijk en de moderniteit.
Erik Spinoy (1960) doceert Nederlandse letterkunde aan de Universiteit van Luik. Is voorts dichter, essayist, drijver van de wekelijkse rubriek ‘De binnenstaander’ in De Standaard en sinds begin 1998 hoofdredacteur van De Vlaamse Gids.