Kreek Daey Ouwens
Uit: Mama's lied
Ik zou willen kijken als een kind, ik zou willen luisteren als een kind, het geluid van de zee horen in de opening van een schelp. Daar, in het oude huis, heb ik een stuk speelgoed achtergelaten waar een barst in zit. En nu staar ik naar de lucht die blauw over alle huizen hangt. De wind blaast alles voor zich uit. En ik hoor niets. Loodrecht schijnt de zon op de witte muur. Als hij de ramen raakt is het tien uur. Om drie uur schijnt hij op de tafel. Wanneer hij de deur bereikt zal het gauw donker zijn.
**
‘De sterren,’ zei pa, ‘dat zijn de zielen van de ongeboren kinderen. Ze moeten blijven staan, dicht bij de hemel, want in feite kunnen ze nog nergens naar toe. En sommige houden dat niet vol, ze vallen uiteen in kleine glinsterende stukjes, terug op de aarde, en dat is steenkool, dat is wat steenkool is...’
Als alle sterren eens vielen, als alles eens ophield te bestaan. Een toestand tussen waken en slapen. Wegzakken in een droom, of je ogen openen en je bewust worden van je lichaam, het blaffen van honden achter het raam, het trieste van de nacht. Ook de nacht is speelgoed, en de daken die hellen. De lucht is speelgoed, de vogels die zwijgen, en de stilte stelt gerust, de sterren, het verhaal van de sterren stelt gerust, want wat mijn vader eigenlijk zeggen wilde was: ‘Je hoeft niet bang te zijn, jongen. Zolang er sterren zijn is er steenkool en zolang er steenkool is ben ik er en zolang ik er ben kan je niets gebeuren...’
**
Nu weet ik waarom die zomer zo leeg, zo beklemmend was. De zon kwam elke dag. Het huis was stil en warm, als een oude bakkerij in de vroege ochtend, en iets, iets dat niet meer was dan een ademtocht, ging door de leegte van de dagen en nam bezit van mijn moeder. Zonder het zelf te weten trok ze zich terug van ons, van pa en van mij, en tegelijk leek ze zich te openen voor een nieuwe kale ruimte.
Er zijn dingen die pa hem niet vertelt. Dat ziet Wallie. Hij ziet hoe pa mama een kus geeft, een beetje verlegen en onhandig, als een vader die zijn grootgeworden dochter omhelst. Haar hand veegt het haar uit haar gezicht. Wallie ziet het, hij ziet hoe haar hand het haar pakt en verplaatst. Hij ziet mama zitten, haar hoofd achterover, maar met ogen die alles in de gaten houden. Wallie verroert zich niet. Mama, haar handen plat op de tafel, verroert zich evenmin.