van Charms, die trouwens ook zelf een van de nieuwe helden van de boekenmarkt is: er zijn momenteel drie edities van zijn verzameld werk te koop. Over oosterse literatuur gesproken: het is voor mij een leuke ervaring om de Tau-te-tjing van Lau-tse te kopen in de vertaling van Valeri Perelesjin. Het manuscript, dat zich in Leiden bevindt, had ik zelf jaren geleden in fotokopie naar de uitgever gestuurd. Zo'n boek kost trouwens een tientje: niet echt goedkoop voor de modale Rus. Nog meer sinologie: de Russische lezer kan nu ook in vertaling kennis nemen van Robert van Guliks Sexual life in ancient China (1961).
Vlak voor middernacht vertrek ik uit Sint-Petersburg per Rode Pijl naar Moskou. Bij de deuren staat het geüniformeerde wagonpersoneel stram in de houding, alsof de Sovjet-Unie nog bestaat. Het ticket wordt door een blonde ex-schoonheid uit een James Bond-film opgerold en in een speciale etui gestoken waar evenveel gaatjes als slaapplaatsen per wagon in zitten. In de sovjettijd had ik nooit gereisd met deze rode trein met een allure waarbij de Thalys pretentieus speelgoed is. Van gordijntjes, vloerkleden, roeden tot wc-sloten, al dat ingenieurswerk uit de jaren vijftig: alles even perfect en gladgestreken, glanzend en berekend op de koudste winternacht en de zwaarste dronkelap die iets wil losrukken of onder wil smeren. Statig langzaam vertrok de trein. Na enige minuten klonk de bekende middernachtelijke herkenningsmelodie van Radio Moskou over de luidspreker, gevolgd door de sovjet-hymne die door Poetin in ere is hersteld. Ook dat er nog bij! De trein stopte maar één keer en kwam precies op tijd aan.
De esthetiek van dit rijdende restant van het sovjetrijk heeft een eigenaardige, hoogst dubbelzinnige charme. Het is natuurlijk de nostalgie van het oude Oostblok, waar menig westerling ondanks alles de interessantste tijd van zijn leven doorbracht. En uiteindelijk hebben miljoenen mensen die nu als bejaarde sloebers door de straten lopen, ooit blind in sovjetwaarden geloofd. Ik was nog in Petersburg op de ‘Dag van de Overwinning’. En dan komen ze even met grimmige trots boven water, met hun blikken onderscheidingen die ooit voorrang en toegang tot alles gaven, maat die nu de waarde hebben van hondenmedailles. Alleen vraag ik me bezorgd af: glanst de Rode Pijl zo perfect omdat de trein inmiddels wellicht geprivatiseerd is?
Ten slotte de namen van de beste boekhandels van dit moment. In Sint-Petersburg zijn dat de ‘Boekensalon’ van de Filologische Faculteit aan de Universiteitskade, Letni Sad op de Bolsjoj Prospekt in de Petrograd-wijk en Akademitsjeski Proekt in de Rubinsteinstraat. In Moskou gaat men naar Biblio-Globus in de Mjasnitskajastraat (tegenover de kgb), Soglasie tegenover het Toneelmuseum in de Bachroesjinstraat en naar Grafoman in de Eerste Kroetitskisteeg. Dat laatste adres vergt enig zoeken: men moet zijn in de dependance van een klooster. Het devies is overal: kopen, want eenmaal uitverkocht zijn Russische boeken, die vaak een oplage hebben van niet meer dan duizend exemplaren, antiquarisch praktisch onvindbaar.