Over Multatuli. Jaargang 25. Delen 50-51
(2003)– [tijdschrift] Over Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 40]
| |
Kanarie -In Multatuli's werk wordt een aantal keer de kanarie genoemd. In twee gevallen zingen die kanaries liedjes: ‘In een tredmolentje heb ik een oude kanarie, zonder slagpennen. Zy loopt, loopt... den gansen dag, en fluit: “En avant, marchous!”’ (Max Havelaar aan Multatuli, vw i: 451f) en ‘Liwi was 'n jeugdige kanarievogel, die partant pour la Syrie floot’.Ga naar eind1 (Ideën, eerste bundel, vw ii: 639) Multatuli had zelf ook kanaries, waarvan er een Zenobia of Nobbetje heette die ‘op 'r woord van eer’ binnenshuis vrij rondvloog, maar 's avonds vrijwillig in haar kooitje terugkeerde. (Brief aan G.L. Funke van 24 december 1875, vw xviii: 136.) Toen ze uiteindelijk een keer door het open raam verdween liet ze vier weesjes achter, waarvan er een Van Speyk werd genoemd. (Brief aan G.L. Funke van 29 oktober 1876, vw xviii: 479.) Hoewel kanaries al vanaf de zeventiende eeuw in Europese huishoudens voorkwamen, was het houden ervan tot in de achttiende eeuw vooral een elitaire bezigheid. Halverwege die eeuw werd het echter steeds populairder. Dat kwam enerzijds doordat de vogeltjes steeds meer opdoken in koffiehuizen in heel Europa waar ze met hun gezang de klanten aantrokken en ook is bekend dat er reizende kanariehouders waren die hun vogeltjes in herbergen lieten optreden. Doordat zo veel mensen met de beestjes in aanraking kwamen werden ze op het idee gebracht ze als gezelschapsdier te nemen. Aan de andere kant zijn het de boeken over kanaries die een belangrijke rol hebben gespeeld in het kanariehouden als hobby. In Nederland verschenen in de late achttiende eeuw diverse handboekjes voor het fokken en houden van kanaries, die vele drukken beleefden. Deze handboeken verschenen naast vele andere hobbyboeken, bijvoorbeeld voor het kweken van rozen of het verzamelen van fossielen of stenen. Al dit soort bezigheden konden zich verheugen in een steeds groeiende belangstelling. Zelf verzamelen, kweken, fokken, uitproberen, bestuderen leidde bij de verlichte burgerij tot een groeiende belangstelling voor de dingen om haar heen. De kanarierage werd zo groot dat rijke kanariehouders zelfs kanariefluiters aan huis lieten komen om de vogeltjes fluitcursussen te geven. De door Multatuli genoemde kanaries kan hij dus best ergens hebben zien optreden. Of hij zijn eigen kanaries geprobeerd heeft liedjes bij te brengen is niet zeker, maar dat Van Speyk, een van zijn kanaries, wel het schrijven van Multatuli leerde is zeker. Nadat Van Speyk voor wat inktvlekjes op het briefpapier heeft gezorgd schrijft Multatuli aan Funke: ‘dit doet 'n kanarie, die zoo tam is dat-i me de letters uit de pen pikt. Ik zal 'm op 't letterzetten doen’. (Brief aan G.L. Funke van 29 oktober 1876, vw xviii: 479.) Of Multatuli zich echt met het fokken van kanaries heeft beziggehouden, weten we niet. Wel is bekend dat Multatuli en Mimi naast kanaries ook schild- | |
[pagina 41]
| |
padden en vissen hielden en dat Multatuli kippen fokte en zelfs een broedmachine uitvond, die uiteindelijk echter niet bleek te werken.
Jos van Waterschoot |
|