Over Multatuli. Jaargang 21. Delen 42-43
(1999)– [tijdschrift] Over Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 47]
| |
Dik van der Meulen
| |
[pagina 48]
| |
raal), oud-minister van Koloniën, die natuurlijk betere papieren had dan de berooide bestuursambtenaar. Desondanks publiceerde Dekker, hoewel hij geen kandidaat was voor de opengevallen zetel, op 14 december bij uitgever J. de Ruyter zijn Brief aan de kiezers te Amsterdam, omtrent de keuze van een afgevaardigde, in verband met Indische specialiteiten en batige saldo's. Dat geschrijf bleef niet onopgemerkt. Het weekblad Asmodée publiceerde op 14 december onder de kop ‘Een nieuwe Kladderadatsch onder de Indische Specialiteiten’ een ironische beschouwing over Dekker: De nieuwe gouverneur-generaal van Nederlandsch Indië is gevonden! ... Waarop het blad een spottende samenvatting liet volgen van Dekkers lofrede ‘op wijlen Harmen Kladderadatsch Stolte, den droog-komieken volksvertegenwoordiger’. De Indische Specialiteit Eduard Douwes Dekker schijnt ons toe even droogkomiek te zijn als onze vriend Harmen, en wat wel het opmerkelijkste is: even als deze heeft hij, volgens zijne eigene verklaring, op eene balie-balie zijne ondervinding opgedaan... Hij kan dus ook meê spreken van de mooije meisjes van Pekalongan! De week daarop stond er in Asmodée opnieuw een stuk over ‘Onze Candidaat voor de Tweede Kamer’. Inmiddels was duidelijk geworden dat ook Baud zich niet kandidaat zou stellen voor de conservatieven. Maar wie zijn plaatsvervanger | |
[pagina 49]
| |
ook zou worden, deze zou een geduchte tegenkandidaat vinden in de rechtsgeleerde J. Heemskerk Azn., die op 16 december door de liberale kiezersvereniging tot kandidaat werd gekozen.Ga naar voetnoot3 Maar Asmodée opperde dat Dekker misschien toch nog voor een verrassing kon zorgen. Daartoe het onze bij te dragen, achten wij een dure pligt, en daar wij weten van hoeveel invloed het bij de Amsterdammers is, wanneer zij weten, dat iemand met kapitalen speelt, deelen wij hun in vertrouwen mede, dat een regtsgeleerde te dezer stede in het bezit moet zijn van eene vordering ten laste van onzen kandidaat Eduard Douwes Dekker ten bedrage van f 24.000. En dus, zo besloot het weekblad, ‘een titel te meer voor onzen kandidaat Douwes Dekker op de stemmen van Amstels ingezetenen’.Ga naar voetnoot4 Nog een paar keer verschijnt Dekker in deze tijd in de kolommen van het satirische tijdschrift. Zo staat hij temidden van een aantal bestaande en verzonnen personen voor een nieuw te vormen kabinet: tussen ‘Aaltje de zuinige keukenmeid’ (Buitenlandse Zaken), A.J. de Bull (Binnenlandse Zaken) en ‘Mottige Gerrit’ (Justitie) wordt hij genoemd als minister van Koloniën.Ga naar voetnoot5 In dezelfde aflevering figureert hij in een stuk over ‘Indische Specialiteiten’. En tenslotte is hij in het nummer van 7 maart te vinden met een ingezonden brief, naar aanleiding van de verkiezingen voor twee Kamerzetels en een aanslag van Borneose verzetslui op een raderstoomboot. Een gefingeerde brief, wel te verstaan, want het is ondenkbaar dat de echte Dekker deze regels zou schrijven: proclamatie | |
[pagina 50]
| |
Men heeft niet voor niemendal op eene balie-balie school gegaan, even als wijlen vriend Harmen... Dekkers Brief aan de kiezers te Amsterdam trok ook de aandacht van de ‘serieuze’ pers. Het Algemeen Handelsblad besprak de publicatie een dag of vijf nadat deze was verschenen. ‘De brief is aardig geschreven even als andere stukjes van denzelfden schrijver die onlangs in de dagbladen zijn verschenen,’ aldus de krant. De hoofdstrekking van Dekkers open brief was, zo vat het Handelsblad samen, dat er een ‘Indische specialiteit’ naar de Kamer zou worden gestuurd. Maar de recensent vroeg zich wel af wie of wat Dekker zich daarbij voorstelde, daar die specialisten het - zie de zich eindeloos voortslepende discussie over vrije arbeid - maar zelden met elkaar eens waren. Wij willen hiermede niet te kennen geven, dat het in sommige omstandigheden niet wenschelijk kan zijn, eene Indische specialiteit ter Tweede Kamer af te vaardigen, maar dan moet die specialiteit dezen naam niet enkel verdienen door een korter of langer verblijf in Indie, en over het algemeen gelijke waarborgen aanbieden als andere candidaten, die op een gegeven tijdstip in aanmerking komen.Ga naar voetnoot7 Op de stukken in Asmodée heeft Dekker niet gereageerd; ook niet op de beschuldiging dat hij bij iemand 24.000 gulden in het krijt zou staan. Mogelijk heeft hij ze nooit gelezen. Maar het Algemeen Handelsblad las hij wel, en hij antwoordde met een ingezonden brief. Omdat de brief nooit herdrukt is (evenmin als de meeste artikelen uit Asmodée en de bespreking uit het Handelsblad) volgt hij hier integraal: ingezonden stukken | |
[pagina 51]
| |
aldus met een paar pennestreken te doen in het oog vallen, hoe weinig tot nog toe half- of volbloed Indische afgevaardigden tot heil van Indie hebben uitgewerkt. Is het om dit redactionele naschrift geweest dat hij van zijn voornemen heeft afgezien? Van het aangekondigde vlugschrift is niets bekend. Dat zegt niet alles, want van zijn Brief aan de kiezers te Amsterdam is ook maar een enkel exemplaar overgeleverd. Maar deze heeft hij, net als twee van zijn ingezonden brieven, later overgenomen in zijn oproep Aan de stemgerechtigden in het kiesdistrikt Tiel. Bovendien werd die open brief geannonceerd in de dagbladen.
De ingezonden brief in het Handelsblad was voorlopig zijn laatste publieke optreden. Van deelname aan de verkiezing voor een Kamerzetel kwam in december | |
[pagina 52]
| |
verder niets meer terecht. De strijd zou gaan tussen de liberaal Heemskerk en de conservatief Willem Poolman. De laatste was inderdaad een ‘specialiteit’. Toch was Dekker met de gang van zaken niet gelukkig, toen hem duidelijk werd dat Van Lennep Poolmans kandidatuur steunde.Ga naar voetnoot9 Maar Poolman moest het afleggen tegen Heemskerk, die later drie kabinetten zou leiden. Toen er in maart wederom een Kamerzetel voor Amsterdam was, hield Dekker, die weer terug was in Brussel, zich (met moeite) afzijdig. Wel volgde hij de verkiezingsstrijd in de krant. Bij deze gelegenheid werd Poolman alsnog gekozen. Dekker over de verkiezing van deze functionaris der Nederlandsche Handel-Maatschappij: Na zich te hebben volgezogen aan de misbruiken, zal hij geroepen worden ze te bestrijden. Dat noem ik God en den Mammon dienen! Zulke menschen moesten te vreden zijn met hun geld.Ga naar voetnoot10 |
|