Over Multatuli. Delen 36-37
(1996)– [tijdschrift] Over Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 60]
| |
L. Engelfriet
| |
[pagina 61]
| |
H. Brugmans en W. Banning zijn mede door Buber beïnvloed.Ga naar voetnoot6 De ex-predikant F. Domela Nieuwenhuis, die Multatuli als aartsketter vereerdeGa naar voetnoot7, verkeerde in de kring van Landauer.Ga naar voetnoot8 De Ligt stond voor zijn overgang tot het christen-socialisme en het anarchisme onder de invloed van de godsdienstwijsgeer A.H. de Hartog. Deze had naar aanleiding van een debat met Domela Nieuwenhuis over de handhaving van de godsdienst door de wetenschap De Middaghoogte opgericht als tegenwicht tegen De Dageraad.Ga naar voetnoot9 De Hartog debatteerde met verschillende vrijdenkers, met A.H. Gerhard en met A. Constandse, waarbij de door Multatuli uitgedragen kritiek op de godsdienst de inzet vormde.Ga naar voetnoot10
Evenals Multatuli, die van de hem bewonderende socialisten en anarchisten in het algemeen niet veel wilde weten, streefden Landauer en Buber naar een humane samenleving. Gustav Landauer (1870-1919) was utopisch socialist en literator. Zijn bijdragen over Multatuli in ‘Die Gesellschaft’ dateren uit 1899 en 1900, toen Landauer als activist al bekendheid genoot. Gelijktijdig met Spohr bracht hij in Tegel enige tijd in de gevangenis door. Daarin bereidde hij een uitgave van de mysticus Meister Eckhart voor. Later zou hij nog een belangrijke bijdrage aan de Shakespeare-studie leveren.Ga naar voetnoot11 De gevangenschap deelde hij met vele geestverwanten, ook Domela Nieuwenhuis onderging dat lot eerder in Nederland. Tussen 1918 en 1923 werd de agressie tegen linksradicale personen veel venijniger: in Duitsland werden toen meer dan 350 radicalen vermoord.Ga naar voetnoot12 De tweede reactie is van de hand van Martin Buber (1878-1965), die toen in Zürich studeerde. Anders dan Landauer is hij sympathisant van de zionistische variant van het religieuze socialisme. Hij is later vooral als dialogisch denker bekend geworden. Bubers bijdrage dateert uit 1901, als hij behalve enkele kleine opstellen, onder andere over Nietzsche, zijn leermeester, en over Jacob Böhme, nog niets belangrijks gepubliceerd heeft.Ga naar voetnoot13 | |
[pagina 62]
| |
De met elkaar bevriende Landauer en Buber hebben Multatuli als een strijder voor de humaniteit erkend, hoewel hun aandacht voor hem na het eerste enthousiasme vrij snel is verflauwd.Ga naar voetnoot14 Wel heeft Multatuli's typering van Nederland in de Max Havelaar bij verschillende Duitsers als een sjablone gewerkt. Dat komt aan het licht bij een meningsverschil dat Van Eeden met enkele Duitse vrienden had over de rol van Nederland in de Eerste Wereldoorlog.Ga naar voetnoot15 In 1914 had zich een klein internationaal gezelschap gevormd, dat het plan opvatte een nieuwe wereldorde te stichten. Tot de eerste leden behoorden behalve Van Eeden, Landauer en Buber ook Henri Borel en Walter Rathenau. Deze religieus anarchistische elite, de zogenoemde Forte-Kreis, viel door de Eerste Wereldoorlog uiteen, nog voordat zij iets had kunnen uitrichten. Als Van Eeden de schending van de Nederlandse neutraliteit aan Duitse agressie toeschrijft, verdedigt Landauer, op één lijn met Buber, zich in 1915 met Multatuli's typering van Holland in de peroratie van de Max Havelaar. ‘Er ligt een roofstaat aan de zee tussen Oostfriesland en de Schelde!’Ga naar voetnoot16 In een andere repliek noemt Rathenau Holland een volk van renteniers.Ga naar voetnoot17 Bubers uitgever Wilhelm E. Oswalts, sinds 1903 directeur van de uitgeverij Rütten & Loening, trachtte bij het burgerlijk humanistische bevolkingsdeel van Duitsland interesse voor het internationale geestesleven te wekken. Tot de stortvloed van vertalingen die hij daarop liet volgen, behoorde Multatuli's kritiek op het kolonialisme en op de Hollandse burgerlijke huichelarij.Ga naar voetnoot18 Overigens reageerde Van Eeden, die Multatuli aanvankelijk bewonderde, zeer kribbig op Landauers verwijt. Multatuli was maar een beperkte Hollandse patriot geweest, die naar koninklijke gunsten dong en zelfs de hoop gekoesterd heeft door Willem III als onderkoning van Nederlands-Indië aangesteld te worden.Ga naar voetnoot19
Landauers waardering voor Multatuli is er niet minder om. Zijn eerste opstel Der | |
[pagina 63]
| |
deutsche Multatuli gaat vooral in op Spohrs bloemlezing. Hij vindt deze uitgave van 1899 juist in het herdenkingsjaar van Goethe, aan wie hij een nummer van ‘Der Sozialist’ had gewijd, gepast als het geschenk van een groot auteur aan het Duitse volk.Ga naar voetnoot20 Op grond van Spohrs biografische inleiding noemt hij Eduard Douwes Dekker met bewondering een grote ketter, een waardering die hij zelfs in Dekkers vrijwillige crematie projecteert: hij is in Gotha als een groot ketter verbrand. Gotha had al eerder socialistische geschiedenis geschreven, doordat de aanhangers van Lassalle en Marx zich daar in 1875 op een socialistisch congres verenigden.Ga naar voetnoot21 In Landauers anarchistische lijn ligt Dekkers verzet tegen de staat, de moraal en de zeden, tegen de dogma's van de Verlichting als ook van de theologen. Als vele andere recensenten van Multatuli's werk vergelijkt Landauer Multatuli met vooraanstaande auteurs. Hij wijst op Lessing, Fichte, Heine, Lassalle, Rabelais en Ibsen. Maar daarmee is volgens Landauer Multatuli's genie niet uitgeput. Het is ook buiten Holland uniek. De toespraak tot de islamitische hoofden van Lebak doet aan het optreden van de oudtestamentische profeten denkenGa naar voetnoot22 en de psychologische diepgang van de dialogische kunstenaar aan Dostojewski.Ga naar voetnoot23 Landauer noemt de in Duitsland bewonderde Dostojewski ‘Dialogkünstler’ om de fijnzinnige vervlechting van psychologische inzichten en ideeënassociaties in de dialogen van zijn romans. Als type lijkt Multatuli bovendien op Nietzsche, die de waarde van de kunst en de wetenschap tegen hun betekenis voor het leven afzette. Afgezien van het subjectieve element in deze vergelijking lijkt mij de faam van Multatuli als denker hier wel enigszins overschat, al afficheerde hij zichzelf door middel van zijn ideeën wel als denker. Hij heeft echter te veel schik in het platslaan van opvattingen, ook van filosofen, om als vooraanstaand denker te kunnen doorgaan. Illustratief hiervoor is de minachting waarmee Multatuli zich over de Duitse denkers met hun ‘onoverwinlijken afkeer van al wat is’ uitliet: het ‘Publiek wilde bedrogen zijn, en kauwde gretig op de distelen die Kant, Fichte, | |
[pagina 64]
| |
Hegel en dezulken hen voorzetten.’Ga naar voetnoot24 Op deze eenzijdige kritiek achtte De Hartog Hegels opmerking van toepassing, dat het beginnende denken negatief en kritisch is, maar dat de verlichte geest zelfs in het bijgeloof waarheid herkent.Ga naar voetnoot25 De vergelijking tussen Multatuli en Nietzsche is het eerst bij een bestrijder van Nietzsches ideeën te vinden, die hem in 1894 als een Duitse Multatuli introduceerde.Ga naar voetnoot26 Het heeft trouwens lang geduurd, voordat Nietzsche in Nederland enige waardering oogstte. Eén van de eerste bewonderaars was de vader van Frederik van Eeden. Maar Nietzsche, die blij was met de erkenning van zijn werk van joodse zijde, o.a. van Georg Brandes, zag in de bewondering van Van Eeden onbegrip voor zijn betekenis.Ga naar voetnoot27 Na de vertaling van Multatuli's werk door Spohr wordt hij door Duitse aanhangers ‘ein nationaler Nietzsche’ genoemd.Ga naar voetnoot28 Het komt mij voor dat Nietzsche, die zichzelf ‘der Nachfolger des toten Gottes’ genoemd heeft en ‘Der Gekreuzigte’ met ‘Dionysos’ wilde verenigen, het leven en het lijden veel grondiger doorlicht heeft dan Multatuli.Ga naar voetnoot29 Het voert echter te ver dit hier uit te werken. | |
[pagina 65]
| |
Multatuli's schrijverschap is volgens Landauer geen doel, maar middel om het onrecht aan de kaak te stellen. De dichterlijke gloed van zijn bijtende satire Max Havelaar vloeit voort uit de eenvoudige stelling, dat de Javaan een mens is. Eigenlijk is Multatuli een man van de daad, die gedwongen werd schrijvend te verwerkelijken, wat hij metterdaad, met geweld, wilde bereiken. Hij was echter meer beroemd dan hij werd begrepen. In de Minnebrieven ziet Landauer een protest van Dekker tegen de ontvangst van zijn Max Havelaar. De lezers hebben zijn boek wel geprezen, maar niets gedaan voor de arme Javaan en de hongerende Dekker. Daarom verachtte hij het publiek, dat toeschouwer blijft en als zodanig ook de kruisiging op Golgotha mooi zou vinden. Zijn boodschap zakte weg in het Hollandse moeras. Als armoedig zwerver in Europa lijdt hij in eigen ogen plaatsvervangend voor het Nederlandse volk. Slechts bij vrouwen vond hij liefde en begrip, hoewel zijn eigen vrouw Tine, die door Multatuli's muzische avonturen met andere vrouwen veel heeft moeten dragenGa naar voetnoot30, uiteindelijk naar Italië vluchtte.Ga naar voetnoot31 Spohrs karakteristiek laat naar Landauers oordeel geen andere conclusie toe dan dat Douwes Dekker tot de grootste geesten van de negentiende eeuw behoort. Landauer had wel liever gezien, dat Spohr voor de beschrijving van Dekkers leven ook op andere bronnen dan op Dekkers eigen ervaring was afgegaan. Niettemin ziet hij in zijn met leeuwemoed gevoerde strijd voor de eeuwige rechten van de menselijke ziel Dekkers belangrijkste bijdrage. Bij de literair geschoolde Landauer is het anders dan bij Multatuli niet bij schrijven gebleven. Zijn utopisch socialisme probeerde hij, even afkerig van het liberale vooruitgangsgeloof als van het dogmatische marxisme, in de vorming van kleine gemeenschappen gestalte te geven.Ga naar voetnoot32 Toen hij zijn ideaal van menselijkheid in de revolutie in Bayern wilde verwerkelijken, werd deze edele jood zoals Van Eeden hem in zijn necrologie typeerde, vermoord.Ga naar voetnoot33 Landauer stierf volgens zijn vriend Buber als martelaar voor zijn ‘Menschheitsideal’.
Bubers opstel Die Abenteuer des kleinen Walther is behalve door Landauer met opvallend grote interesse door de begaafde studente Paula Winkler, Bubers latere vrouw, gelezen.Ga naar voetnoot34 Theodor Herzl had Paula Winkler in 1901 een groot talent | |
[pagina 66]
| |
genoemd. Onder het pseudoniem Georg Munk schreef zij enkele romans; uit 1912 stamt Die unechte Kinder Adams.Ga naar voetnoot35 Herzl toonde zich bereid bijdragen van haar hand in de ‘Neue Freie Presse’ te publiceren, waarin Buber, evenals Herzl zionist, zijn opstel over Multatuli publiceerde.Ga naar voetnoot36 Landauer was weliswaar geen zionist maar wel bewust jood: hij beschouwde het bevorderen van een werkelijk menselijke gemeenschap als de Messiaanse opdracht van het jodendom.Ga naar voetnoot37 Aan dat jodendom mocht geen jood ontbreken. Zonder Mozes, Jezus en Spinoza is er geen joods volk.Ga naar voetnoot38 Jezus noemde hij een stuk van het joodse levenGa naar voetnoot39, die bovendien het Romeinse imperium had bestreden.Ga naar voetnoot40 De fantasieën van Woutertje Pieterse hebben de jonge Buber bekoord. In Spohr prijst hij de toewijding aan twee grote dingen: aan Multatuli en aan de psyche van het kind. In de vertaling van Woutertje Pieterse diende hij volgens Buber beide kwaliteiten tegelijk.Ga naar voetnoot41 Zijn belangstelling voor Multatuli is snel weggeëbd. Toch had Buber later nog uiteenlopende contacten met belangrijke schrijvers, bijvoorbeeld met Franz Kafka, Max Brod, Stefan George en tussen 1910 en 1924 met Frederik van Eeden. De dichters met hun ‘natürliche Art der Prophezeiung’ maakten hem namelijk alerter voor tijdvragen.Ga naar voetnoot42 De opvoedkunde heeft blijkens Bubers latere redevoeringen over de opvoeding een belangrijke plaats in zijn ideeënwereld behouden.Ga naar voetnoot43 Die voorkeur is terug te voeren tot Bubers jeugd: na de scheiding van zijn ouders bracht hij als driejarige zijn kindertijd bij zijn grootouders door. Zijn jeugdherinnering maakte Woutertje Pieterse belangwekkend. In Bubers waardering voor Multatuli's creatie van Fancy, de personificatie van de fantasie, voor wie het heelal een open boek is, weerspiegelt zich zijn bewondering voor Paula Winkler.Ga naar voetnoot44 Bubers bespreking van Woutertje Pieterse begint met een karakteristiek van Multatuli's schrijverschap. Evenals Landauer verzet hij zich tegen een scheiding van de mens Douwes Dekker en de schrijver Multatuli. Als schrijver personifieerde Multatuli de volksvijand, zoals Ibsen die had uitgebeeld. Als zodanig | |
[pagina 67]
| |
diende hij slechts één doel. Hij wilde uitdragen, dat de Javaan mishandeld werd. Buber kende maar een tijdgenoot die evenals Multatuli zijn schrijverschap zo geheel aan zijn leven dienstbaar gemaakt heeft: de Amerikaanse dichter Walt Whitman. Douwes Dekker zette alle zekerheid en vreugde aan de kant om de Javaan te helpen. Hij voelde volgens Buber de onzinnige begeerte om het leed van de wereld te dragen. Die smart koesterde hij als bron van zijn creativiteit. In zijn Liebesbriefe (Minnebrieven) noemt zijn muze Fancy Dekkers vrouw Tine ‘Kleinmüthige’, omdat zij te weinig oog zou hebben voor het leed, waarmee elke geboorte, elk worden, gepaard gaat. De juistheid van deze opvatting kan moeilijk ontkend worden. Buber zegt overigens wel dat Multatuli niet alleen zichzelf maar ook zijn echtgenote aan zijn hogere doel opofferde. Wat uit Multatuli's existentie in zijn werk tot expressie is gekomen, maakt in de ogen van Buber de essentie ervan uit. Niet het platvloerse nut en het effectbejag, maar de inzet van de gehele persoonlijkheid en het offer van al het zijne bepaalt de grootheid van Multatuli's werk. Daardoor geeft het de lezer een nieuw geloof in de mens. De gehele geschiedenis van Woutertje Pieterse is een aanklacht tegen het pragmatisme van zijn kleinburgerlijke omgeving.Ga naar voetnoot45 De strijd die de kleine Wouter voert, is die van de zieleadel tegen de gemeenheid. Daarbij laat zijn fantasie zich niet aan banden leggen. In de ontmoeting van Woutertje met de oudere Femke, die aan Fancy herinnert, ziet Buber de liefde tussen Eros en Psyche, die door smart wordt aangewakkerd en gelouterd. De ongekunstelde Femke neemt de plaats van Fancy in. Woutertje en Femke wisselen alles uit, wat zij weten. Maar Buber interpreteert onder verwijzing naar Gretchen uit Goethes Faust, dat het antwoord van het leven op de zucht naar kennis de liefde is, al is die liefde niet wat de meeste mensen eronder verstaan.Ga naar voetnoot46 Paula Winkler vond Bubers karakteristiek van Multatuli het overtuigendste deel van zijn opstel, maar zij miste in zijn bespreking aandacht voor de prachtige humor van Multatuli.Ga naar voetnoot47 Evenals Landauer had Buber oog voor het strijdbare humanisme van Multatuli, de inspiratie peilde hij dieper. |
|