Opwaartsche Wegen. Jaargang 16(1938-1939)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 597] [p. 597] Theo van Baaren Danseres Wanneer het hart in felle hartstocht bloedt, vormt zij het leed tot lichte arabesken, verraadt slechts zelden in een wat groteske beweging het geheim van haar gemoed. Het droef verlangen, dat haar dansen doet, verbergt zij dapper achter een burleske gewaagde sprong en tekent arabesken van volkse vreugde met haar kleine voet, terwijl het regent om haar handen heen en door haar haren reeds de herfstwind woelt. Vaak is zij met haar spiegelbeeld alleen en ziet zichzelf, alsof 't een ander was, een kleine dans voltooien, pas na pas, en wil wat zeggen, maar ze is alleen. Vorige Volgende