Opwaartsche Wegen. Jaargang 13

Maria-Boodschap
W.E. den Hertog

In de kleinheid van haar jonge leven
barst los de jubel van het hemellicht.
Schichtig verbergt zij het ontsteld gezicht.
De engel spreekt, zijn zegenende handen beven

van 't wonder, dat zijn lippen simpel spreken
en dat als bliksemflits Maria's ziel verschroeit.
Maar uit God's overweldiging de overgave ontbloeit:
De vrees is voor de troost van 's Heren wil geweken.

God spreekt, Zijn machtig woord slaat neer op de aarde,
waar 't de bereidheid van een stille ziel ontmoet.
Maria brengt een engel zijn genadegroet.
Het Woord is vlees voor allen, die Godswil aanvaarden.