ons deel worden, dan is dit omdat we het zó en niet beter verdienden of, meer in het algemeen, omdat de zonde, die ook onze zonde is, de volledige doorwerking van Gods goedheid belemmerde. Ook voor die zonde staat Christus, maar daar gaat het hier niet om. De vraag is hier: is Christus ook in het natuurlike leven zèlf?
‘Indien het tarwegraan in de aarde niet valt, en sterft -’. Zo heeft Christus Zelf tegenover enkele Grieken aan het natuurlike leven de Christelike levenswet gedemonstreerd. Was het een eenvoudig beeld, een vergelijking, die Hij hier gebruikte, of was het méér dan dat?
Ik voor mij geloof dat ook het natuurlike leven, met zijn onverbrekelik verband tussen ondergang en opgang, eerst ten volle aanvaard kan worden, wanneer we het in Christus geheiligd weten. Ook over dit natuurlike leven valt de slagschaduw van het Kruis.
Christus en het gehele leven.
‘De kruisboom’ is een huweliksroman. Wilma heeft het aangedurfd het versleten motief van hij, zij en een ander, nog weer eens op te vatten. Maar wat versleten leek, kreeg onder haar handen weer glans. Het oude thema werd weer nieuw, omdat het op een nieuwe wijze werd aangevat.
Welmoet van Werven is getrouwd met Alfred van den Brandenborg. Maar hun huwelik is niet gelukkig. Welmoet heeft zich éénmaal aan haar man gegeven, geheel gegeven, en kan nu niets meer dan ontvangen, maar Alfred begrijpt dat niet en wil dat zijn vrouw zich telkens weer zal geven, zich telkens weer zal laten veroveren. Na de geboorte van het eerste kind drijven de twee echtgenoten steeds verder uit elkaar. Zo komt er plaats voor de ander, voor Nina, het pianoleraresje. Welmoet en Alfred scheiden; Welmoet gaat met haar twee kinderen wonen op Meiland, het buiten van haar vader; Alfred trouwt met Nina.
Welmoet stemde toe in de scheiding alléén terwille van de kinderen; persoonlik beschouwt zij zich ook na de scheiding nog steeds als gebonden. Een huweliksaanzoek, dat haar overigens zeer welkom zou zijn geweest, slaat ze hierom af. In haar eenzaamheid, onder de kruisboom, leert ze verstaan waarom haar huwelik met Alfred onder de gegeven omstandigheden mislukken moest: het Kruis stond niet aan het begin van hun samenleven.
Maar ook het huwelik van Alfred met Nina is niet gelukkig. Alfred kan maar niet volkomen loskomen van zijn eerste vrouw, van zijn kinderen. Dan vlucht Nina weg; ze geeft haar man zijn vrijheid terug.
Alfred gaat naar Welmoet. Is ze bereid het nog eens met hem te wagen? Welmoet weigert, in ieder geval voor de naaste toekomst. Ze blijft ook nu Alfred's vrouw, maar de ander, Nina, is weggegaan, niet uit welbewuste vrije wil, maar uit wanhoop. Zolang Nina haar besluit nog niet met haar eigen persoonlike overtuiging bekrachtigd heeft, is Alfred niet vrij. Misschien dat hij dit nog eens worden zal - ze hoopte