De Persen moeten toch draaien.
Een uitgever schreef aan de redactie, naar aanleiding van de vraag van v. H., in een recensie van Runa's boek De familie Ekekrona, waarom derg. boeken vertaald worden:
‘Uitgeven is een vak. Een uitgever geeft boeken uit om zijn brood te verdienen. En met de meeste uitgevers is het gesteld, als ik den Heer van Dijk van iemand hoorde vertellen: ‘mijn kunst zit me hier’ (hij sloeg op zijn buikje).
Ik.... weet hoe onmogelijk het bijna is aan goede manuscripten te komen. Maar lieve menschen, de persen moeten toch draaien! Is het onze schuld, dat de schrijvers zoo onproductief zijn? En als het groote publiek niet vraagt naar kunst, maar naar boeken die het aangenaam bezighouden, het liefst boeien, is het dan een misdaad van de uitgevers, dat zij boeken als van Runa uitgeven? Het eenigste wat ik de uitgevers verwijt, is hun domheid, dat zij O.W. boeken ter recensie zenden en niet tevoren kunnen uitrekenen welke uit elkaar getrokken worden! Begrijp mij goed: ik juich het streven van O.W. toe omdat het als louterkroes fungeert en het publiek ware kunst als goud onder de oogen houdt. Ik vind het altijd komisch als een boek door één Uwer medewerkers als het ware in een gehaktmolen gestopt wordt en er als een klomp draadjes uitkomt. Dat de uitgevers boeken als van Runa, Lantermans en Penning uitgeven, vind ik heel gewoon, maar dat zij recensie-exemplaren naar O.W. zenden, vind ik buitengewoon kluchtig; zij leveren het bewijs dat zij in de letterkunde geen nachtegaal van een kanarie kunnen onderscheiden. Ik schrijf kanarie, omdat zoo'n beestje toch zingt, algemeen gekocht wordt en zeer populair is. En ik vind dat men een uitgever van boeken van Runa c.s. evenmin een verwijt kan maken dat hij deze boeken uitgeeft als een vogeltjeskoopman dat die kanaries aanprijst.
Onverdedigbaar is m.i. het opdiepen van zoowel ethisch als aesthetisch minderwaardige ‘boeken’ door een uitgever, die met alle geweld vier keer per jaar tegen abonnementsgeld zijn bibliotheekklanten een onsamenhangend, stijlloos ‘boek’ in de handen wil stoppen, ‘omdat zijn bibliotheek zoo goedkoop is’.
Tot zover het bedoelde schrijven. Een vriendelik schrijven, goedbedoeld, logies, prakties en toch mis.
We ontkennen niet de behoefte aan volkslektuur, we minachten goede volkslektuur evenmin. Maar waarschuwen tegen de laffe, zouteloze, dikwels gevaarlike kost, die voor goede volkslektuur de goegemeente in de handen wordt gestopt. Ja maar, er is geen goede kopie en de persen moeten toch draaien? Dwaasheid; de persen kunnen nog jaren draaien, als de uitgevers maar zorgen op de hoogte te zijn. Zouden er per jaar geen 20 of 25 romans in onze Westerse wereld geschreven worden, beter dan die van Runa of van Maltzahn? Het dubbele zal niet moeilik te vinden zijn, maar daarvoor moet men lezen, of mensen aan het lezen zetten. En al is het uitgeven van minderwaardig goed niet dadelik ‘misdadig’, men moet toch niet vergeten, dat voor elk slecht boek dat gekocht wordt, een goed boek onverkocht blijft.
Laat de persen draaien; als er geen goede Hollandse kopie te krijgen is, vertaal dan liever goed buitenlands werk. Maar heb met ons een afschuw van prullewerk. En wees dan niet bang, dat eenvoudige lektuur in de gehaktmolen gaat. Als U Uw uitgaven niet naar Opw. Wegen durft te zenden, dan is het ook niet goed voor ons Chr. publiek. Verkoop ze geen kikker voor een kanarie. Want een kikker in een kooitje - hoe heb je er liefhebberij in!