Opwaartsche Wegen. Jaargang 7(1929-1930)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Schaatsenrijders door H. de Bruin. Ze spieglen hun verlangen aan 't gelaat van avondhemel en bleekgrijze dagen, omzwerven heel de buurt in een gestaâg en ongeduldig hunkeren naar de daad. De witte slaap der sneeuwen dorpen laat ze langs de wegen wikken wat ze wagen; ze vinden een, nog weifelend, behagen in 't fijn klik-klak der schaatsen door de straat. Hun reeds gelaten tijgen breekt 't versneld cadansen van een licht refrein, het zwieren van een gedragen landelijke wijs: Luchthartig in de openheid van veld en hooggestolpt' opalen hemel vieren z' hun eindelijke vreugden van het ijs. Vorige Volgende