Opwaartsche Wegen. Jaargang 4(1926-1927)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 2] [p. 2] [Gedichten van E.L.S] Verborgenheid door E.L.S. Naar Ed. Mörike Laat, o wereld, laat dit hart Al uw lokkend schoon niet jagen. Laat 't in rust, alleen verdragen Al zijn vreugde, al zijn smart! Wat mijn smart is, weet ik niet, Onverklaard blijft mij mijn weenen, Dat ik slechts door tranen henen 't Zuivre licht der zon geniet. Zwaarte, die mijn denken drukt, Waar geen lichte vonk in gloorde Onverwacht geheven, door de Helle vreugde weggerukt. Wereld, laat, o laat dit hart Al uw lokkend schoon niet jagen, Laat 't in rust, alleen, verdragen Al zijn vreugde, al zijn smart. [pagina 3] [p. 3] Nachtlied door E.L.S. Naar Fr. Hebbel. Zingende, dringende nacht, Waar de sterren in branden; Is uit die lichtende landen Eenige tijding gebracht? Hart, dat al luider slaat, Zwellend, ontstellend vervoeren, Voel ik geweldig roeren, Leven, waar 't mijne in vergaat. Slaap, gij nadert mij zacht, Moeder, die 't kindje komt voeden, En om de vlam te behoeden, Houdt ge uw zorgende wacht. Vorige Volgende