Opwaartsche Wegen. Jaargang 3(1925-1926)– [tijdschrift] Opwaartsche Wegen– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De Rozen. Door Willem de Merode. Zij hebben 't niet geweten, die het zagen: Ons wederstreven en vergeefs vermoeien, En dat wij in den avond mòesten bloeien En als verwelkte bloemen nederlagen. God had in onze weerloosheid behagen En deed zijn koele dauw zóó rijklijk vloeien, Dat wij de weelde van het donker gloeien Nog vlammend boven ons bezwijken dragen. Hij heeft, wij voelden fel zijn teedre handen, Die plukten en aan de open stelen brandden, Ons weggeschonken, was het straf of loon? Maar al verbladert snel ons korte leven, Wat nood, wij hebben onzen bloei gegeven, En aan ons bloeien blijft d' herinring schoon Vorige Volgende