Onze Stam. Jaargang 1911

[p. 228]

Onze Vrouw van Thuyne⁽¹⁾

Hulde aan Onze Vrouw van Thuyne,
Die gul de arme liên beschermt;
De kerkabdije van ter Duinen
Bezoekt men, daar ge er u ontfermt
Om christen zielen, o Madone!
Iepren steê hebt gij gered.
Daarom is 't, dat ieder zone
U aanroept, in vroom gebed.
Uwe hal, met forsche tinne
Schiet hoog in de wolk haar beê,
Of ze zeggen wou ‘godinne,
Wees uw kindren steeds te meê’.
Elk jaar komt het volk u vieren,
‘Thuyndag’ galmt in ieder hart,
Ieder wil uw beeld versieren,
Daar gij bandet pijn en smart.
Den Ieperling blijft Thuyntje zeegnen,
Hij ziet in haar den Heiland schoon,
Die goedheid over hem doet reegnen,
Den zegen van haar grooten Zoon.
De Ieperlingen als goede kindren
(Met) het hoofd gebukt onder leed,
Weenen om hun smart te mindren,
U te danken voor wat gij deedt.

R. de Beaucourt de Noortvelde.
Ghistel, November 1911.

(1) Het is moeilijk de Fransche maat na te volgen; des te meer er muziek opgemaakt werd, door R. de Beaucourt de Noortvelde moest er soms geweld gedaan worden aan den Rythmus. F.V.