| |
| |
| |
Boekbeoordeeling.
The English Scholar,
special edition of the English Student, for Beginners in the Higher Forms. - Lehrbuch zur Einführung in die englishe Sprache, Landeskunde und Geisteswelt für die oberen Klassen höherer Lehranstalten unter Mitwirkung von Prof. Dr. Alfr. Rohs in Crefeld, herausgegeben von Prof. Dr. Emil Hausknecht, Verlag von Wiegandt & Grieben, G.K. Sarasin, in Berlin S.W. Luckenwalder Strasse, 1.
In onze vorige aflevering, hebben we reeds gewezen op twee uitstekende werken van Dr. Hausknecht en met klem zijn ‘Choice Passages’ onvoorwaardelijk ook voor Belgische scholen aanbevolen.
Dit werk nu onderscheidt zich van ‘The English Student’, daar het hiervan eene omwerking is voor hoogere afdeelingen. Het wil zijn een leerboek dienend als inleiding in de Engelsche taal, de volkskunde en de geesteswereld van de Engelsche natie. Het boek is ingedeeld in elf hoofdstukken: het eerste kapittel behandelt de uitspraak van een klankleer- en spraakleerstandpunt. Vervolgens wordt de leerling binnengeleid in de levende taal en krijgt hij bescheid over het opstaan, het bureel, het ontbijt, een uitstapje naar de stad, het uitzicht van Hyde Park en Sonth Kensington Museum. Dan worden bijzonderheden medegedeeld over verscheidene onderwerpen als het station, het briefschrijven, over Portsmouth, enz. In het derde hoofdstuk geraakt de jonge student vertrouwd met de geschreven taal. Een aanhangsel geeft bijzonderheden over de leidende data van de Engelsche geschiedenis. Hier komen eenige nieuwsjes, wel niet onbelangrijk, doch nog al aristocratisch van klank, over de betrekkingen tusschen Duitschland en Engeland. Een bijvoegsel behelst het noodzakelijke uit den woordenschat van het dagelijksch leven, verder wenken over zaken in verband met de Engelsche kultuurwereld en het verkeerwezen. Het zesde hoofdstuk is gewijd aan de Engelsche Poëzie, waarvan enkele goede stalen worden medegedeeld. In het zevende hoofdstuk, worden de leerlingen vertrouwd gemaakt met het Engelsch proza. Eene chronologische tabel van de meest wetenswaardige feiten uit de Engelsche letterkunde,
| |
| |
wijst op inlichtingen over Addison, King Alfred, Bacon, Bancroft, Bede, Bentham, Beowulf, Bright, Browning, Bunyan, enz. In hoofdstuk 8 worden uittreksels in proza medegedeeld uit het Oude Testament, de Tien Geboden Gods, het Nieuw Testament, uit de gebeden, uit spreekwoorden, aphorismen, raadsels en strikvragen. Hoofdstuk 9 behelst het meest wetenswaardige uit de spraakleer en behandelt namelijk het lidwoord, het zelfstandig naamwoord, de voornaamwoorden, de hoedanigheidswoorden, de telwoorden, het werkwoord (zeer uitgebreid). De tiende afdeeling behelst oefeningen ter vertaling. In hoofdstuk elf, worden bijzonderheden medegedeeld over den dood van koning Eduard VII en de troonsbeklimming van koning Joris. Er komen ook vele platen in het boek voor, waaronder een plan van Londen en een van New-York.
Het werk is in September 1910 van de pers gekomen; vijftig gestichten van het middelbaar onderwijs hebben het reeds ingevoerd. Lofrijk werd het besproken door Prof. Dr. Hartmann (Leipzig), door Prof. Dr. G. Hanauer en door den hoofdleeraar Anspach van het realgymnasium te Remscheid. Prof. D.G. Binz, bestuurder van de stadsbibliotheek te Mainz, roemde in zijne recensie de veelzijdigheid en de aantrekkelijkheid der stof en vond het boek zelfs geschikt voor hen, die reeds op de hoogeschool zijn aangeland. Het is, mijns inziens, een wonder handboek, dat schier alles aanraakt en uitmuntend is geschikt voor persoonlijk werk en noopt tot diepere inzage van de vele erin verhandelde punten.
Professor Charles Thudichum, Bestuurder van het Collège International ‘La Châteleine’ bij Genf, oordeelde op 4 November 1910 over den ‘English Scholar’:
‘Das Buch ist, wie sein Vorgänger, meisterhaft gearbeitet und bietet eine solche Fülle vortrefflichen methodisch geordneten Stoffes, dass man die Lehrer glücklich schätzt, die ihn zu lehren haben, und dass man die Schüier beneiden kann, die in so interessanter, wunderbar praktischer Weise unterrichtet werden. Der grösste Erfolg ist dem Buche zum voraus gesichert.’
| |
| |
Herr Professor Dr G. Binz, Direktor der Stadtbibliothek in Mainz, liet zich volgender wijze uit (13 September 1910):
‘Wenn ich es auch nach einer notgedrungen raschen Durchsicht des Buches kaum wagen darf, ein Urteil darüber abzugeben, so darf ich doch nicht versäumen, zu sagen, wie sehr mir diese “special edition of The English Student for beginners in the Higher Forms” gefallen hat. Nach meinen Erfahrungen als Mitglied der Inspektion des Gymnasiums in Basel und nach meinen Beobachtungen an Schülern der dortigen Oberen Realschule, wo unter meiner Mitwirkung der English Student als Lehrmittel eingeführt worden ist, erfreute sich das Buch bei den Schülern wegen des vielseitigen und mannigfach anregenden Stoffes, den es ihnen bot, einer grossen Beliebtheit. Die neue Bearbeitung kann nur geeignet sein, die Anziehungskraft für solche Schulen, die den Unterricht im Englischen erst in späteren Klassen beginnen, zu erhöhen; selbst für den Anfangsunterricht auf der Universität scheint mir The English Scholar verlockend und lehrreich’.
‘Blätter für höheres Schulwesen’ (9 November 1910), schreven over dit werk als volgt:
The English Scholar. Unter diesem Titel ist neuerdings ein Buch erschienen, das zweifellos grosses Aufsehen erregen und gerechte Bewunderung hervorrufen wird. Der ‘English Scholar’ lehnt sich eng an des rühmlich bekannten Verfassers ‘English Student’ an, ein Werk, das bereits in der 10. Auflage erschienen, im Universitäts- und Schulbetrieb wohlbekannt und von massgebenden Persönlichkeiten glänzend beurteilt worden ist.
Der ‘English Scholar’ ist für die Oberklassen der Gymnasien bestimmt. Die geringe Stundenzahl machte natürlich eine Beschränkung des Stoffes notwendig, ohne dass die Verf, das im ‘English Student’ so meisterhaft erreichte Ziel, ein ‘Lehrbuch zur Einführung in die englische Sprache, Landeskunde und Geisteswelt’ zu schaffen, hierbei aus dem Auge verloren haben. Anderseits ist überall dem gereifteren Verständnis und der grösseren sprachlichen Schulung Rechnung getragen.
Der ‘English Poetry’ genannte Teil hat einige Aenderungen
| |
| |
erfahrensicherlich nicht zum Schaden des neuen Werkes. Dass z.B. von Shakespeare und Byron mehr Proben gegeben werden, dürfte eine willkommene Erweiterung sein.
Der ‘English Prose Writers’ betitelte Abschnitt ist eine glückliche, zweckentsprechende Neuerung.
Die ‘Lehrpläne’ fordern, dass im englischen Unterricht des Gymnasiums ein solcher Grund gelegt wird, ‘dass darauf mit Erfolg weiter gebaut werden kann’. Dieses Ziel zu erreichen, dürfte das uns vorliegende Werk ganz besonders berufen sein. Es scheint uns geeignet, das Interesse für die englische Sprache und Geisteswelt in hohem Masse zu erregen und festzuhalten, und weit eher als so manches andere Lehrbuch dürfte es auch dem der Schule Entwachsenen ein lieber Freund und treuer Ratgeber bleiben.
Remscheid (Realgymnasium)
Anspach (Oberlehrer)
Volgaarne onderschrijven wij het oordeel van hierboven sprekende opvoedkundigen. Niet, dat wij precies altijd onze toevlucht zouden nemen tot de phonetische bijzonderheden, maar wij vinden het boek uitstekend om zijne practische indeeling, zijn klaren druk, zijne goede en keurig gedane lezing van poëzie en proza en niet het minst zijn allernuttigste toonbeeld van woordenschat. Eene vernederlandsching van dit werk ware wenschelijk voor de bruikbaarheid, daar niet alle leerlingen onzer athenaea moeten Duitsch volgen; de anderen zullen zelden zulk een handboek hebben gezegend.
F.V.
| |
Auswahl Englischer Gedichte: Leipzig, Rengersche Buchhandlung, Gebhardt & Wilisch. - 1911. Dr. E. Hausknecht.
In deze bibliotheek voor Engelsche en Fransche schooluitgaven, is dit nette deeltje voorwaar geen misplaatste eenling. Dat de uitgever hiermeê geen ondankbaar werk verrichtte, blijkt uit het feit, dat reeds de vijftiende uitgave in 1908 van de pers kwam. Het boek behelst stof voor de lezing uit dichters en wel namelijk voor de derde, de tweede en de eerste. Enkele oudere schrijvers worden toegelaten, als Marlowe, Shakespeare, Ben
| |
| |
Johnson, John Milton, Samuel Butler, John Dryden, John Gay, Alexander Pope, James Thomson, Thomas Gray, Oliver Goldsmith, Thomas Percy, William Cowper, James Macpherson, Ch. Dibdin. Aan eigenlijke Angelsaksische schrijvers en Middelengelsche dichters en prosateurs wordt geen gastvrijheid verleend; zelfs is de rij schrijvers der negentiende eeuw ruim zoo aanzienlijk als die van al de vorige eeuwen saam.
Amerikaansche zangers klinken ons ook profetisch toe van over den Oceaan, en zelfs maakt men kennis met twee Australische barden: Charles Harpur (1812-1868) en Adam Lindsay Gordon (1833-1870). De keus uit de schrijvers werd gedaan met veel critischen zin; nemen wij ten bewijze, dat Dr. Hausknecht voor de Amerikaansche letteren b.v. het ‘Yankee Doodle’ van Sheckburg, ‘The Star Spangled Banner’ van Francis Key, ‘The American Flag’ van Drake niet heeft vergeten, daar ze kenschetsend zijn voor de ontwikkeling en de kultuurgeschiedenis van dien belangrijken Tak van het Engelschsprekende ras.
F.V.
| |
Groei. - Poëzie door Frans Vanden Weghe. - De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen.
Deze bundel, inderdaad eene voorstelling van groei, biedt heel wat verscheidenheid. Dat ook hier een prille- 16 jarige-dichter aanving met de snaar van levensleed en liefdesmart te tokkelen, is geen ongewoon verschijnsel. Wel treft reeds in vele dichtproeven van I Studentencyclus, eene op dien leeftijd ongewone frischheid van taal, vooral opmerkelijk in de verzen, ‘aan Julius de Geyter’.
In II Levenswarande, dat naast gelegenheidsgedichten menige keurig verzorgde vertaling uit Duitsch of Engelsch bevat, wordt de toon steeds krachtiger. Men leze 't schoon en oorspronkelijk ‘Heil den Zaaier!’ aan Julius Sabbe ‘en’ De Leeuwenstandaard. Eene andere snaar roert de lieve idylle ‘Mathilde’, indertijd door ‘Help U Zelf’ bekroond. Het middeleeuwsch ‘Jagerslied’ is een juweeltje in zijn soort.
In Volk en Land munten naast het schilderachtige ‘Lied van den Arbeid’, uit de gespierde verzen ‘Een Albumblad’ en
| |
| |
‘Een Toon maar’, meest werk van rijper jaren. ‘Verscheidenheden’ zijn gelegenheidsstukken, strijdgedichten, waaronder het striemende ‘Aan een Vleier’. Onder de zangen en kantaten verdient bijzondere vermelding: ‘Wereldzang’, getoonzet door E. Hullebroeck, waarvan wij voor enkele jaren eene welgeslaagde opvoering mochten bijwonen. Weer frisch en gespierd, door taal en inhoud het gedicht ‘11 Juli te Gent’, uitstekende stof om op een vlaamschvrij feest voor te dragen.
Het uittreksel (4e bedrijf) uit zijn historisch drama ‘De Nevelingen’ is wel 't beste deel van dit merkwaardig gewrocht, waarin eene bekende tragedie door den schrijver even kleurig als krachtig werd opgehaald.
Poëtisch proza biedt verschillende uitingen van des schrijvers omvattende letterkundige studie en zijne belangstelling in kunst op velerlei gebied. Wij lazen en herlazen ‘Van de Zee’, eene dichterlijke opwekking tot goed zijn, ‘In den Tower’ eene reisherinnering (van een veelbelezen denker) en ‘Bij Wazenaars Graf’, nog eene uiting van 's dichters warm gevoel voor kunst en moedertaal.
Zeggen wij ten slotte, dat wie gaarne de indrukken neergeschreven door een man van smaak en gevoel overdenkt, voorzeker menige bladzijde van dezen net uitgevoerden bundel zal willen herlezen.
J.C.K.
|
|