Onze Stam. Jaargang 1910(1910)– [tijdschrift] Onze Stam– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Het Studentenvolk. Aan de Van Maerlant's zonen te Brugge. ‘Herleving! herboorte!’ is de kreet van de jongen, Zij smachten er naar als de bloem naar de zon: Hun schatert dat lied van de zingende tongen Als 't gonzen van snaren of 't bruisen der bron Zij willen de Coninck en Breydel herdenken, Het hoofd van den krijg en den arm van den strijd; En boven hun schouder komt Gulik ook wenken, De priester en ridder, die meetrad in 't krijt. Zoo Clauwaerts en Kerels te samen nu wilden, Zij bouwden den Tempel der Kunde gewijd; Hoe bei Brugge's helden op 't voetstuk dan rilden, Hoe zwaaide van Gulik zijn zwaard wijd en zijd! En Maerlant verscheen met zijn klerkenkapoetse, Een fakkel ter hand, en omlaaide hun beeld; Gebroeders Van Eyck, met uw schildrende toetse, Hoe werd dan zoo 'n drieluik niet uitgepenseeld. Vorige Volgende