Onze Stam. Jaargang 1908

Briefwisseling.

Over het Algemeen Nederlandsch Verbond (Tak Oostende) ontvangen wij van een zich bedoeld voelend bestuurlid het volgend schrijven:

‘Ik was niet aftredend en moest dus niet herkozen worden. De heer Vande Weghe (sic) werd als tweede afgevaardigde aangeduid, maar een schrijven van den Groeps-secretaris deed

[p. 179]

opmerken, dat we daarvoor nog het getal leden niet bereikten, vereischt door Art. 6 der Standregelen.....
Met alle achting.’

Ziehier ons antwoord:

Volgens onze standregelen, moeten de afgevaardigden om het jaar door den Tak worden herkozen. Indien ze 't niet moeten, waarom werd dan door 't Secretariaat (!) tot verkiezing overgegaan? Waarom bekwam dan de heer Vanden Weghe drie stemmen meer dan zijn mededinger? Wie is dus, als er maar één afgevaardigde moet worden aangeduid, de gekozene? Dit is het kalme antwoord van den stichter der Vlaamsche Beweging te Oostende, met wien de heer in kwestie niets deelen wil, alhoewel sedert een jaar, de heer Vanden Weghe op gelijken voet met bedoelden heer was aangeduid, de eene voor de algemeene vergaderingen, waar het woord moest worden gevoerd in 't openbaar, de andere voor de vergaderingen in klein komiteit, waar de bestuurzaakjes worden afgehaspeld. Dit kunnen de hh. Everaerts, Van Mullem⁽¹⁾ en meer anderen getuigen. Dat nu al de leden, die aan de laatste verkiezing deel namen, zullen beweren, dat ik maar voor de tweede plaats in aanmerking kom, valt zeer te betwijfelen. Er is overigens geen zitting geweest, dus kan niemand zulke stoute bewering uiten. Aan mandaatjes hecht ik geen belang, maar wie zich op mijn plaats wil schuiven, zal mij op zijn weg vinden. Met scheldnamen is ondergeteekende niet begonnen. De aap is maar gekomen na den ezel.⁽²⁾

F.V.

(1) Op de Heyermans-zitting.

(2) De verkiezing van den heer Dr. M. Rudelsheim is thans in orde en het bestuurlijk verzuim blijkt nu hersteld.