onderwerp, (toevallig ook in het Rijks-Museum) geeft deze artiest het Bijbelsch verhaal weer als een vizioen dat de beide wandelaars hadden, terwijl zij vermoeid van de tocht aan de tafel ingeslapen waren.
JOANNES CORDUA: Twee boeren in een herberg.
(Weenen, verzameling Harrach).
Doet de poëzie welke van dit schilderij uitgaat voor een oogenblik aan een kunstenaar van beteekenis denken, zoo valt het bij een gedetailleerde bestudeering op, dat zijn techniesch kunnen zeer middelmatig was. Zijn teekenen en modeleeren der figuren is slap, zijn penseelstreek aarzelend. Deze zelfde eigenschappen troffen me in de aan Juan de Cordua gegeven boerenstukken in de verzameling Harrach te Weenen. Ook het bruinachtig, weinig kleurige koloriet van deze werken stemt met dat van het Amsterdamsche stuk overeen. Opvallend van overeenstemming is ook de groote mond, waarvan alleen de onderlip zichtbaar is daar de bovenlip door den snor bedekt wordt, de overhangende neustop, de vlokkige toets der haren en de overeenkomst van type. Zelfs schijnt het alsof voor de rechtszittende man op de Emmausgangers en de man rechts op de Twee boeren in de kerk bij Harrach, hetzelfde model gediend heeft. In het oog loopend is het met hoeveel meer vastheid