Onze Kunst. Jaargang 12
(1913)– [tijdschrift] Onze Kunst. Geïllustreerd maandschrift voor beeldende en decoratieve kunsten– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 62]
| |
De vreemde afdeelingen op de tentoonstelling van modern-godsdienstige kunst
| |
[pagina 63]
| |
De Gouve en een Delaunois onder de Belgen, - voor de Apostelen van Toorop en het drijfwerk van Brom onder de Hollanders, - voor de cartons van Puvis, voor de schilderijen en cartons van Maurice Denis, en voor de meeste werken der leden van de Société de St Jean. Nu we dit gezegd hebben, om, door een bloote vermelding van enkele werken, het belang der Brusselsche tentoonstelling te doen uitschijnen, en, om anderzijds aan te toonen, dat onze voorkeur voor de Engelsche kunst ons de verdiensten der andere afdeelingen niet doet vergeten - zij het ons vergund om te wijzen op de superioriteit der Engelsche afdeeling - vooral wegens de zoo heilzame leering welke wij er vinden.
***
Dit overwicht heeft mij niet verbaasd. De echt-godsdienstige kunst, welke, volgens het programma ‘devait servir à la décoration des églises et des édifices réligieux’ is inderdaad slechts een zijtak van de versieringskunst en zooals ik lang geleden bij mijn terugkeer van een bezoek aan een der jaarlijksche tentoonstellingen van Arts and Crafts te Londen reeds schreef: ‘Pour celui à qui il a été donné d'étudier avec soin, et de comparer le mouvement artistique de ces dernières années, en Angleterre, en France, en Belgique, en Hollande, dans certaines parties de l'Allemagne et notamment en Bavière, la supériorité de l'Angleterre ne peut être mise en doute. En aucun autre pays nous ne voyons un renouveau aussi artistique, des innovations aussi heureuses répondant aussi bien aux besoins de la vie moderne, d'aussi parfaits chefs-d'oeuvre dans les différentes branches des arts industriels’. En bij het zoeken naar de oorzaak van dit overwicht der Engelsche sierkunst, vonden we die in het feit dat: ‘Les arts décoratifs n'avaient pas été séparés en Angleterre de l'art proprement dit, mais qu'au contraire les premiers peintres de ce pays, les Madox-Brown, les Rossetti, et les Burne-Jones en avaient été aussi les premiers artistes décorateurs’.Ga naar voetnoot(1) In 1857Ga naar voetnoot(2) had Ruskin reeds gezegd: ‘The sole distinction between decorative and any other form of art, lies in the fact that the former has heen executed for a certain spot, in connection with other works of art, which it dominates or by which it is dominated, and the greated art, that the world ever knew, was made for a certain spot and made subject to a certain determined destination. There has never existed any really elevated art, which was not at the same time decorative. The best sculpture, hitherto produced, has been the decoration of a temple, the best picture, that of | |
[pagina 64]
| |
a room. Raphael's masterpiece is nothing but a wall-painting for a suite of apartments in the vatican and his best cartoons were made for same pieces of tapestry. Correggio's greatest work was the decoration for a ceiling in the pope's private chapel, that of Tintorette for the ceiling and walls for the hall of a Humane Society at Venice, while Titian and Veronese put their most beautiful thoughts, not only in but also outside the walls of Venise, built in common brick and plaster.’ REGINALD FRAMPTON: De Kindsheid van de Maagd van Orleans.
***
Bij de overtuigende voorbeelden, door Ruskin genoemd, voegen we nog andere aan de hedendaagsche kunst ontleend, waaronder, als de meest treffende in Frankrijk, de decoraties van Puvis de Chavannes in het Panthéon, in de Sorbonne en in de groote hal van het Museum te Amiens en, bij ons, de Leys-schilderingen in het Stadhuis te Antwerpen. Maar indien deze voorbeelden ook al kunnen worden genoemd, bleven ze op het vasteland, door het misverstaan van hun zending van publiek en kunstenaar beide, toch lang in een toestand van minderwaardigheid. In Engeland daarentegen, hadden onder Ruskin's invloed, de meest begaafde kunstenaars als Madox-Brown, Watts, Rosetti, Burne-Jones, William Morris en Walter Crane, nooit van de scheiding tusschen de groote kunst en de toegepaste kunsten willen hooren en al naarmate de omstandigheden en hun inspiratie, gingen zij met dezelfde liefde van het schilderij op het fresco, - van de peinture de chevalet op carlons voor kerkramen en schilderijen over. En zoowel in bevestiging van Ruskin's theorieën en als antwoord aan zekere critici, onkundig naar het schijnt van de godsdienstige kunst van onzen tijd, zij 't mij vergund hier op te merken, dat, nadat ik nog héel onlangs de feeënachtige verzameling wandtapijten van South Kensington | |
[pagina 65]
| |
en het heerlijk mozaïek der geschilderde kerkramen te Straatsburg heb weergezien mij onder de meesterwerken van glasschilder en tapijtweefkunst van de Middeleeuwen en de Renaissance, niets bekend is, waarvan de verdienste in mijn oogen, dat van het heerlijk kerkraam met de Ongetrouwe Wijngaardeniers door Rosetti voor het kleine kerkje van St. Martin on the Hill te Scarborough uitgevoerd, de figuren der H. Cecilia, van de Matigheid, de Hoop en de Liefdadigheid die Burne-Jones voor de kerkramen van Christ Church te Oxford teekende, of het poëtisch tapijtwerk van de Aanbidding der Koningen door Burne-Jones en Morris te samen voor Exeter-College der zelfde stad uitgevoerd, overtreft. WALTER CRANE: Ontwerp voor een Kerkraam.
***
Om een juist denkbeeld van het productie-vermogen der godsdienstige kunst in Engeland te geven, had men een toover middel moeten vinden om al deze wonderen, mét de serie wandtapijten van den H. Graal, mede door Morris en Burne-Jones samen voor Stanmore-Hall uitgevoerd, zoowel als de nog veel schoonere reeks van 300 glasramen als versiering voor Engelsche, Amerikaansche en Australische kerken vervaardigd, naar hier te doen overkomen; maar aangezien dit toovermiddel ontbrak, hebben we toch ons best gedaan om de hoofden der Preraphaelitische school hier te doen vertegenwoordigen. En dank aan de uitnemende welwillendheid der Engelsche artisten en verzamelaars, die we hierbij onzen dank betuigen, waren we in staat om meer dan één bekoorlijk wandtapijt de haute lisse van William Morris, o.a. de Verkondiging, een gekleurde teekening van Madox-Brown voor het beroemde St-Michaël's klooster te Brighton te toonen, dat de heer | |
[pagina 66]
| |
Selwyn Image, Ruskin's opvolger op den leerstoel der esthetica aan de Universiteit van Oxford, ons onlangs als het schoonste hem bekende, moderne kerkraam aanduidde. De Engelsche afdeeling behelsde bovendien Rosetti's mooie kerkramen-serie, ter verluchting der St-Joris-Legende, waarin men de vruchtbare en poëtische verbeelding van het Hoofd der Preraphaëlische school, zoowel als zijn volkomen begrip van al de eischen der glasschilderkunst kan bewonderen.
***
Naast deze gestorven Meesters toonde heel een reeks van levende kunstenaars, hoezeer ze zich bij voortduring tot godsdienstige kunst en godsdienstige onderwerpen voelden aangetrokken. Onder hen vermelden we vooral Walter Crane, de vernuftige en vruchtbare schepper van die mooie prentenboeken die hem alom bekend hebben gemaakt, die tevens voorzitter is van het kunstgenootschap Arts and Crafts, waarvan de jaarlijksche tentoonstellingen in Engeland zooveel tot de herleving der sierkunst hebben bijgedragen. Hij had ons een groot, gekleurd carton toegezonden voor een kerkvenster in de Cathedraal te Hull, en het Belgische gouvernement is op den goeden inval gekomen van het aan te koopen voor het Museum van decoratieve kunst. Dezelfde eer werd door het Ministerie van Schoone Kunsten bewezen aan het tapijt met de Aanbidding, van H. Dearle en aan de venstercartons van Christopher Whall en Selwyn Image. We voegen er bij: tot onze vreugd, want we rekenen hen tot de beste technici van de tapijt-, weef- en glasschilderkunst en naar onze bescheiden meening zouden al de bezoekers van den Cinquantenaire, die hun smaak wenschen te vormen of te louteren, er wél aan doen, om de teedere kleurenharmoniëen in het tapijt van H. Dearle en de knappe composities vol oorspronkelijkheid en dichterlijk gevoel van Selwyn Image en C. Whall te raadplegen en te bestudeeren.
***
Henry Holiday zijnerzijds, had een serie cartons afgestaan, betrekking hebbend op de Passie en andere episoden uit den Bijbel en toonde in zijn geheele zending, tegelijk met die kennis van teekening en compositie, welke we bij bijna alle Engelsche kunstenaars bewonderden, een eenig aanpassings-vermogen aan die, in onze dagen te zelden beoefende zijtakken der kunst: het Email en het Mozaiek, die, zooals hij in zijn werk toonde, evenwel tot belangrijke decoratieve hulpbronnen zouden kunnen worden. Nog buitengemeener, uit het opzicht eener gemakkelijke aanpassing aan | |
[pagina 67]
| |
zeer verscheiden takken van kunst, is de vóór alles architect schijnende Henry Wilson, die echter tevens decoratieschilder, goudsmid en beeldhouwer is - een groote verscheidenheid van gaven, die men eertijds weliswaar hij de groote bouwmeesters der Italiaansche Renaissance vond vereenigd, doch die men heden nog maar zelden aantreft. Buiten twee zeldzaam oorspronkelijke luchters, had Henry Wilson nog half verheven werk en waterverf schilderingen ingezonden, uitgevoerd voor het altaar van de Maagd en het doksaal in de St-Bartholomeus te Brighton. De inrichting onzer lokalen gedoogde helaas niet, om al het werk van dezen zéer interessanten kunstenaar in éen zaal te vereenigen en ik uit den wensch dat, bij gelegenheid eener volgende ten toonstelling, de zeldzame verscheidenheid zijner talenten door een gelukkige groepeering, die buiten het te Brussel tentoongestelde ook het goudsmeedwerk, dat hem naam heeft doen maken onder de Engelsche artisten en waarover ik slechts volgens een prachtig heiligenschrijn, dit jaar in het Artificer's Guild te Londen geëxposeerd, heb kunnen oordeelen, beter tot haar recht zal komen. HENRI HOLIDAY: De Engel van het Jongste Gericht.
***
Indien we dan nog, bij deze reeds lange lijst, de vermelding voegen van belangrijke voorwerpen, bij den R.K. en Anglikaanschen eeredienst in gebruik, als een prachtig Ciborium van Charles Spooner, een bisschopkruis en een monstrans uit de Cathedraal van Westminster van Carr en Ramsden, half-verheven werk van Gill, met de Doves Press gedrukte boeken van Cobden Saunderson en miniaturen van Graily Hewit, en ten slotte opmerken dat dit geheel van oorspronkelijk werk gecompleteerd werd door allerbekoorlijkste lithografieën in kleur, door de Fitzroy Society uitgegeven als versiering voor de Engelsche volksscholen en een reeks prachtige fotografieën, door Fred Hollyer naar het godsdienstig schilderwerk van de Prerafaeliten vervaardigd, zal men zich een oppervlakkig denkbeeld van het belangrijke dezer Engelsche | |
[pagina 68]
| |
afdeeling kunnen vormen. Moge ze later op nieuw worden saamgevoegd, en dan met bijdragen van Burne-Jones en andere belangrijke inzendingen, die het ons ditmaal onmogelijk was bijeen te krijgen (de heele tentoonstelling werd binnen drie maanden ineengezet!) en mogen al die goede hoedanigheden, welke we bij de Engelsche kunstenaars hebben leeren waardeeren, meer en meer op prijs worden gesteld en op het vasteland, als in Engeland, dienstbaar gemaakt worden tot de wederopheffing en den opbloei van elken vorm onzer godsdienstige kunst! Dom Bruno Destrée, O.S.B. |
|