Boeken & tijdschriften
The Dowdeswell charts chart I. - the Flemish, French, German, Dutch, Spanish and British schools of painting price £1-1 s. published by Messrs Dowdeswell & Dowdeswells ltd., 160 New Bond Street, London
Wanneer ik zeg, dat deze kaart, of liever deze tabel, aan een ware behoefte voldoet, is dit geen ijdele formule. Menigeen, die kunstgeschiedenis bestudeert, zal al wel, zooals ik zelf, een dergelijke tabel voor eigen gebruik ontworpen hebben. En met genoegen zal men dan deze meer uitgebreide, meer compleete bewerking ter hand nemen, en in vele gevallen met vrucht kunnen raadplegen.
Zij geeft een overzichtelijk beeld der bekende kunstenaars, in hun chronologische rangschikking en onderling verband. Met een oogopslag kan men nagaan, welke meesters gelijktijdig hebben geleefd, tot welke school zij behooren, welke hunne leerlingen of navolgers geweest zijn. Men begrijpt dat zoo'n overzicht in vele gevallen het geheugen helpen kan, soms lastige opzoekingen bespaart, en er, in het algemeen veel kan toe bijdragen om orde en klaarheid in de zoo overvloedige menigte namen en data te brengen, welke den grondslag der kunsthistorie zijn.
In het algemeen mag men zeggen dat in deze kaart het doel bereikt is. Maar eenige opmerkingen willen wij de uitgevers hier in overweging geven, in de meening dat hun werk, bij een volgende uitgave, daarmede verbeterd zou kunnen worden.
De Hollandsche en Vlaamsche scholen zijn in éen groep vereenigd. Best. Maar waarom wordt dan de toch veel minder belangrijke Duitsche school onderverdeeld in Hamburgsche, Keulsche, Nurenbergsche, Colmarsche, Ulmsche, Augsburgsche en Westfaalsche scholen?
Waar invloeden aangeduid zijn van b.v. Italiaansche op Fransche, Duitsche op Fransche, Vlaamsche op Engelsche meesters enz., vinden wij geen spoor van Nederlandsche invloeden op de Fransche of Duitsche primitieven. Volgens deze kaart hebben de gebroeders van Eyck alléén maar invloed gehad op... Petrus Christus. Dat is toch wel wat heel erg!
De invloedenkwestie schijnt ons trouwens de zwakke zijde van deze kaart. Er wordt tevens te véél en te weinig gegeven. Het verband tusschen Bosch en Bruegel wordt niet aangegeven; tusschen Quinten Massijs en Joos van der Beke evenmin. De gebroeders van Limburg en Jan Maelweel zijn geheel tot Franschen genaturaliseerd terwijl andere Nederlanders, die in Frankrijk gewerkt hebben genadiglijk worden aangeduid als tot beide scholen behoorende.
Adrien Beauneveu is in de Spaansch-Britsche school verzeild (!!); daarentegen is de primitieve Spaansche school uiterst gebrekkig aangegeven; Luis Dalmau zoekt men b.v. te vergeefs. Ook ontbreken namen als Jan Bandol (Jan van Brugge), Joachim Beuckelaer, Henri Bellechose, Daniel Segers, Siebrechts, enz., terwijl tot nog toe twijfelachtige namen als Zanetto Bugatto, Jacques Daret enz. worden vooruitgezet.
In een hoek der kaart vermeldt de samensteller zijne ‘Authorities’. Deze zijn: Berenson, Bode, Bouchot, Bryan, Dimier, Friedländer, Justi, Stirling-Maxwell, Weale