stelling te Turijn; een ziek Aapje gekocht door Dr Deneken, Krefeld; het is in ivoor, benevens een sneeuwuiltje door Bruckmann in München gekocht - eveneens in ivoor.
Hij exposeert in Turijn en krijgt een zilveren medaille.
In het jaar 1903:
een Hagedis gesneden op de greep van een ivoren vouwbeen; een Kerk-uil, ivoor (eigend. Prikker), een handgreep voor een cachet (3 keer in ivoor, eens in letterhout), een Sneeuwuiltje in ivoor (eigendom J. Jongkindt, Amsterdam); een Aap, zittend breed-uit, ivoor, hoog 11 cm, en z'n Olifant. De Elephant is in Italiaansch-noten. De slagtanden en blokken aan de pooten zijn van ivoor. Het is hoog 48 cm en gedateerd J.C. Altorf, 1903, Mei.
Hij exposeert eenig werk, meen ik, in een binnen-huis in den Haag.
Van dit jaar zijn:
de Vechtende Kerels, in eikenhout. Hoog 22 cm. voetstuk lang 26 en breed 13 cm. Het is gesigneerd boven, op het voetstuk, Altorf, Jan '04. Verder een doosje in satijnhout waarop van boven 4 paradijseksters staan; de lange zijden zijn met diamantfasanten versierd, de korte met een ornament uit vleugels. De hoeken met geel koper; de sleutel vindt z'n opening midden in het deksel. Nog komen hierbij een Aap met jong in eikenhout (haast een duplicaat van die van 1902, eigendom van Mej. Van Stolk); een ziek Aapje; en, als greep voor een cachet, een Neushoornvogel (eigendom Mej. R.J., te Dordrecht).
J.C. ALTORF: Olifant, (hout en ivoor).