niet te spotten viel. Toen hij in Frankrijk de baas was, duldde hij niet, dat in Nederland de burgers nog iets te zeggen hadden. Daarom zond hij in 1806 zijn broeder Lodewijk om over ons landje te regeeren.
Deze nieuwbakken Koning werd door ons volk niet bijzonder vriendelijk ontvangen. Al spoedig zag men echter in, dat hij zoo kwaad niet was. Lodewijk was goedhartig van aard en kon geen lijden zien. Toen in 1807 te Leiden vele menschen door het springen van een kruitschip onder het neerstortende puin begraven werden, hielp hij zelf mee om de ongelukkigen te redden en te verzorgen.
Lodewijk Napoleon te Leiden.
Lodewijk was veel te goed voor ons volk naar den zin van den Keizer. Vooral kon Napoleon niet verdragen, dat zijn broer ons toeliet, handel met Engeland te drijven. Daarom dwong hij Lodewijk in 1810 ons land te verlaten. Toen werd ons vaderland bij het Fransche Keizerrijk ingelijfd en hadden we onze vrijheid geheel verloren. Ook onze handel ging teniet, want als onze kooplieden in stilte waagden, nog iets van de Engelschen te koopen, liet Napoleon de koopwaren op een hoop stapelen en verbranden.