onze onzijdigheid of onze beweerde Duitschgezindheid, ja ons misschien willen dwingen tot aansluiting aan de een of andere partij?
In ieder geval, de onrust werd volstrekt niet geheel weggenomen, de beginnende paniek ging wel weder liggen maar de scheepvaart, overtuigd, dat een dergelijke maatregel van Engelsche zijde onze onzijdigheid ernstig zou aantasten en Duitschland gereede aanleiding zou kunnen geven om onze schepen, op grond van diensten aan Engeland, zonder eenig onderscheid te torpedeeren, begon zich terug te trekken. De duikbooten-oorlog op zichzelf bedreigde haar reeds zoo ernstig, dat de groote maatschappijen hare grootste en beste schepen besloten op te leggen om ze te vrijwaren voor het droevig lot der Tubantia, wier ondergang nog steeds het voorwerp van ernstig onderzoek is, en van zooveel andere schepen. Ons verkeer met Indië leed er reeds dadelijk duchtig onder, al worden maatregelen overwogen om door de vaart om Schotland heen - in dit jaargetijde reeds minder bezwaarlijk - en door het varen in gemeenschappelijk convooi door de Noordzee, onder geleide van naar mijnen en torpedo's uitziende sleepbooten, dat verkeer ten minste gedeeltelijk te herstellen. Nog is dit overwegen niet geëindigd.
Een en ander toont duidelijk aan, dat de laatste weken ook voor ons het oorlogsgevaar ernstiger maakten dan ooit. De aanvoer van tarwe, van soda, van chilisalpeter voor bemesting, van tal van andere hoognoodige verbruiksartikelen werd belemmerd en met bekommering vraagt men zich af, hoe het moet gaan, als de oorlog nog een jaar zou worden gerekt. Wij zouden allengs en als van zelf tot zelfverdediging in den oorlog worden getrokken door de mogendheden, die de eene na de andere zoo luide hadden betuigd, dat zij ‘geen oogenblik’ dachten of gedacht hadden of wilden denken aan schending onzer onzijdigheid, aan dwang om zich aan de eene of aan de andere zijde te scharen. Zooveel is zeker, hoe langer de oorlog duurt, hoe talrijker worden de kansen, dat ook wij nog zullen moeten mededoen aan den onzinnigen moord op groote schaal van de volkeren, die de beschaving, het geluk der wereld zeggen te willen bevorderen door wat zij thans doen, om niet te zeggen misdoen.
En het einde van den oorlog is nog heel ver af. Het conflict tusschen Amerika en Duitschland dreigt naar aanleiding van den niets en niemand ontzienden Duitschen duikbooten-oorlog verscherpt te worden. De laatste nota van president Wilson, plechtig aan het Congres medegedeeld, dreigt met afbreking der diplomatieke be-