beprijpen, dat het niet mogelijk is ze door te zetten en dat ook zij water in den wijn zal moeten doen en ‘redelijke’ voorwaarden moeten aannemen.
Er zijn teekenen te over, dat het bij de Entente aan materieele en financieele krachten gaat ontbreken. Rusland doet wanhopige pogingen om geld en munitie te krijgen tegen het volgende voorjaar - niet eerder - en om de toenemende ontevredenheid der bevolking te stuiten; Engeland ziet zich genoodzaakt in dezelfde richting zijn uiterste krachten in te spannen, spreekt zelfs ernstig van conscriptie of algemeenen dienstplicht, beiden geheel indruischend tegen den Engelschen geest, en verdriedubbelt de reeds hooge belastingen; Frankrijk zwijgt in diepe teleurstelling, steeds hopend maar met afnemende hoop, alle krachten inspannend en wachtend, wachtend....; het ontmoedigde België trekt zijn zwaar getroffen leger met toestemming zijner bondgenooten uit den strijd terug om het te bewaren voor algeheele versmelting, voor den totalen ondergang; Italië zucht en steunt over den geringen voortgang zijner wapenen in de Alpen en begint weder te spreken van Giolitti en de zijnen, die de onzijdigheid aanprezen. Het is het oude lied der groote coalities, sterk zoolang het militaire voordeel duurt, zwak zoodra de nederlagen komen.
En Amerika? Het doet zijn uiterste best om, al dreigend en protesteerend, Duitschland te vermurwen en aan den anderen kant op de Entente te werken. Het moet dit wel blijven doen, ondanks duikbooten-stoutigheden, ondanks Duitsch-Oostenrijksche intriges in het land zelf. De terugroeping van den door de ontdekking zijner bedenkelijke praktijken onmogelijk geworden Oostenrijkschen gezant Dumba, dergelijke bezwaren tegen zijn Duitschen ambtgenoot Bernstorff gaven eenige voldoening aan de Engelschgezinden, maar de Duitschgezinden zijn er zeer talrijk. Een oorlog met Duitschland is in de Vereenigde Staten even onmogelijk als een met Engeland. Vrede is dus de eenige oplossing van de moeielijkheden voor de Vereenigde Staten. Moge het den zelf vredelievend gezinden president Wilson gelukken dien tot stand te brengen! Van hem, nog meer dan van den Paus, wiens invloed op de volkeren intusschen ook niet valt te onderschatten, verwachten de natiën van Europa het vredeswoord. Wat Nederland en de overige onzijdigen in dezen kunnen doen, zullen zij niet ongedaan laten. Maar welke vrede? Op welke voorwaarden? Ziedaar de groote vraag, die niemand thans kan beantwoorden, die alleen beantwoord worden kan na bemiddeling en overleg tusschen de oorlog-