der Christenen tegen de woede der verbitterde Mohamedanen of wel... ter bescherming der oude Turksche hoofdstad in het uiterste geval tegen de Bulgaren, wien in alle toonaarden werd ‘afgeraden’ hunne zegepralen voort te zetten of te bekronen met de verovering der oude hoofdstad, waar zij zich reeds voorstelden tsaar Ferdinand tot Balkan-keizer te kronen in de weder aan het Christendom teruggegeven Aya Sophia, het ideaal der Slavische geluksdroomen. Zoo was eindelijk de Porte wel genoodzaakt zich tot de verbondenen te wenden en te vragen naar hunne voorwaarden voor een wapenstilstand, inleiding op vredesonderhandeling. Gelukkig voor haar bleek de laatste verdedigingslinie solieder dan na alle tegenslagen verwacht werd en konden ook de overblijfselen van het hoofdleger, door versche Aziatische benden versterkt, daarachter nog stand houden, terwijl Adrianopel, Janina en Skoetari de scherpe belegering onder allerlei ellende nog volhielden en ofschoon de vreeselijke cholera de nauwelijks herstelde gelederen aanhoudend dunde maar ook de Bulgaren niet ongerept liet.
Wat zal het einde zijn? Het laat zich aanzien, dat Europeesch Turkije van de kaart zal verdwijnen, dat hoogstens Constantinopel met zijne onmiddellijke omgeving nog Turksch zal blijven voor eenigen tijd, omdat Rusland tsaar Ferdinand niet gaarne zou zien als beheerscher van Bosporus en Dardanellen, omdat niemand Rusland daar gaarne zien zou, omdat Griekenland zelf eenige aanspraak maakt op de oude hoofdstad van het ‘Grieksche’ keizerrijk; om vele redenen dus.
Ook om den Turk zelf? Het is volkomen waar, dat de Turk, hoe weinig aannemelijk ook als bestuurder van een modernen staat, verdienste bezat als hardhandig rustbewaarder tusschen de heterogene elementen van den Balkan; maar die verdienste is in de laatste halve eeuw zeer problematiek geworden. Het is volgens de kenners der Balkanzaken even waar, dat de Turk in het algemeen, zoo niet de zorgvuldige huisvader van de Balkankinderen, toch een naar Oostersche begrippen beschaafd en welwillend mensch is, intelligent en vertrouwbaar, vormelijk in den goeden zin, gastvrij, braaf en eerlijk. En er zijn tal van diezelfde kenners, die over Serviërs en Grieken lang niet zoo gunstig denken in verschillende opzichten, die ook in het woeste Montenegrijnen volkje, zelfs en in de pas getemde Bulgaren als ‘moderne natiën’ weinig vertrouwen hebben. Maar de verbonden staten hebben in den jongsten tijd, afgezien van hun succès, zooveel goede hoedanigheden getoond en de eertijds evenmin bijzonder hoog geachte Roemenen zijn onder de goede