meer dan een concept maar dat dit op deze wijze is opgesteld, belooft veel, meer dan men verwachten kon. Doch... respice finem! Men spreekt zelfs van de mogelijke aansluiting van Frankrijk, ja van Duitschland, bij deze overeenkomsten, wat nog mooier zou zijn... als het niet zoo onwaarschijnlijk was. Maar leve de vrede!
In Frankrijk ‘la démocratie bat son plein’. De desorganisatie is op elk gebied, gelijk in de dagen der Combes, André's, Pelletan's, die te zamen met Jaurès nu nog ophitsen en den toestand beheerschen (behalve André, die van 't tooneel verdween). Alleen bij de marine schijnt Delcassé zich ernstig tot taak te stellen den ontredderden toestand te herstellen.
Overigens: waarheen men ook zijn blik richt, allerwege verwarring. In Champagne, waar schrale oogsten reeds eenige jaren de bevolking drukten, had reeds de vorige regeering het waagstuk bestaan in den economischen toestand in te grijpen. En wel door een extreme toepassing van protectie, ditmaal niet tegenover 't buitenland, maar door tusschen de departementen grensmuren op te trekken. Alleen Marne zou 't monopool hebben van Champagne, de wijnbouwers van Aube zouden uitgesloten blijven. Dat de ontevredenheid en verbittering in den laaien vlam van oproer uitbrak was mede onder planmatige leiding van vreemde anarchisten en van de C.G.T., die georganiseerde revolutie, welke geen Fransch ministerie aandurft. Ook deze regeering had niets voorzien noch voorkomen, schoon zij met nadruk gewaarschuwd was; achterna zond zij troepen om repressie te oefenen. Maar 't gewest blijft voorloopig verarmd: wijngaarden verwoest, magazijnen met groote voorraden, fabrieken en woningen geplunderd en verbrand. De houding van Monis, vroeger in Cognac, en zeker blij, dat het in zijn eigen streek, die van Bordeaux, niet tot zulke uitersten kwam, is weer allerbelachelijkst geweest. Hij schoof in den Senaat alle verantwoordelijkheid op den Conseil d'Etat die als scheidgerecht zou moeten optreden; eerst het algemeen rumoer dwong hem tot de merkwaardige erkentenis, dat de Regeering dan toch wel in geval van oproer beslissingen nemen en gezag oefenen moet.
De eerste Meidag schijnt den minister een triumf bereid te hebben; althans daags daarna trad hij als triomfeerend held in de Kamer op. De C.G.T. had een monsterdemonstratie, misschien wel meer, voor dien dag beraamd; doch aanzienlijke afdeelingen cavalerie, te Parijs samengetrokken, herstelden de orde. Immers er was werkelijk van herstel meer sprake dan van handhaving. Want