Onze Eeuw. Jaargang 10(1910)– [tijdschrift] Onze Eeuw– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 139] [p. 139] Het oude huis. In druiligen regen het oude huis, dat ik jaren geleden verlaten. Het stond onbewoond, met de luiken áan. 't Leek een doodkist met donkere gaten. Een lekkende dakgoot liep têkklend uit; langs 't ontverfde balkon had de wingerd, ontbladerd, gehavend als 't oude huis, zijne stervende stengels geslingerd. Het tuinhek dat scheef aan een hengsel hing werd door iedere windvlaag geslagen en kermde 't dan uit met een huilgeluid. In de straat stond een orgel te klagen... 'k Moest éven de oogen in felle pijn voor een blik van herinnering sluiten;... dan doolde ik schichtig om 't doode huis, zag naar binnen door 't vuil van de ruiten: En dáár, in de gapende leegte van 't huis, zooveel jaren geleden verlaten... verscheen mij 't visioen van het stralend geluk, dat 'k er weenend eens achter moest laten. D. Mollinger - Hooijer. Vorige Volgende