Onze Eeuw. Jaargang 7
(1907)– [tijdschrift] Onze Eeuw– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermdOnze Eeuw. Jaargang 7. De erven F. Bohn, Haarlem 1907
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Onze Eeuw. Jaargang 7 uit 1907.
redactionele ingrepen
Om aan te geven waar een nieuw nummer begint is er voor iedere aflevering een kop tussen vierkante haken toegevoegd.
Deel 2, p. 415: het nootteken bij noot 1 ontbrak in de lopende tekst, wij hebben deze alsnog geplaatst.
p. 443: omgekoeht → omgekocht: ‘door de Engelschen voor 2 zilveren patientjes was omgekocht’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (deel 1, p. II; deel 2, p. II; deel 3, p. II; deel 4, p. II) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ Deel 1, voorplat]
[pagina I]
ONZE EEUW
MAANDSCHRIFT VOOR STAATKUNDE, LETTEREN, WETENSCHAP EN KUNST
ONDER REDACTIE VAN
P.J. BLOK * P.D. CHANTEPIE DE LA SAUSSAYE * G.F. HASPELS E.B. KIELSTRA * K. KUIPER * Jhr. H. SMISSAERT W. VAN DER VLUGT en Jhr. B.H.C.K. VAN DER WIJCK
7e JAARGANG
EERSTE DEEL
HAARLEM - DE ERVEN F. BOHN
[pagina III]
Inhoud.
Blz. | ||
---|---|---|
Boete, I, door G.F. Haspels | 1 | |
Ziekte- en Ongevallenverzekering volgens de jongste ontwerpen, door Jhr. Mr. H. Smissaert | 27 | |
Een Indische Regeeringscommissaris in 1816, I, door S. Kalff. | 61 | |
‘Christelijke’ kunst?, I, door Gerard van Eckeren | 81 | |
Briefwisseling van Bakhuizen van den Brink met zijne vrienden gedurende zijne ballingschap (1844-1851), uitgegeven door Mr. S. Muller Fzn. | 105 | |
Onze Leestafel | 134 | |
Serie van keurwerken II. Eça de Queiroz. Briefwisseling van Fradique Mendes. Herinneringen en aanteekeningen. Uit het Portugeesch vertaald door M.J. Kollewijn, 134. - J.M.L. Keuller, Eene Katholieke Universiteit, 137. - Chr. G. Salzmann, Het Mierenboekje of aanleiding tot een verstandige opvoeding der opvoeders, 139. - Frederik van Eeden, Het Poortje of de duivel in Kruimelburg, 141. - W.G. van Nouhuys, Uit Noorden Zuid-Nederland; Van over de Grenzen, 142. - Dr. Tjeerd Hoekstra, Immanente Kritik zur Kantischen Religionsphilosophie, 146. - Jonas Lie, Ten Oosten van de Zon, ten Westen van de Maan en achter Babylon's Toren, 149. - C.A. van der Brugghen, Vijfmaal Domine en nog altijd een Sukkel, 150. - Bloemlezing uit de Werken van Stijn Streuvels, 151. - John Bunyan, De Pelgrimsreis van deze wereld naar de toekomende, 151. - Enka, Die Voorgaan en die Achteraan komen, 152. - Sophocles' Antigone. Metrisch vertaald door Dr. J.L. Chaillet, 153. - Dr. D. Plooij, Het boeddhisme geschetst en gewaardeerd, 155. - H.H. Barger, Een predikant uit den patriottentijd, 155. - H.Z. Zegers de Beyl, Door storm en duisternis, 156. - Ida de Wilde, Mijn Dagboek, 156. - L.E., Silhouetten, 157 - Sophie Elkan, In vogelvlucht, 158. - C. Spoelstra, Bouwstoffen voor de geschiedenis der Nederduitsch-Gereformeerde Kerken in Zuid-Afrika, Deel I, 159. - Lodewijk de Raet, Over Vlaamsche Volkskracht; I, 159. - Briefwisseling van Bakhuizen van den Brink, uitgegeven door Mr. S. Muller Fzn., 160. | ||
Boete, II, door G.F. Haspels | 161 | |
Het begrootingsdebat van 1906, door Mr. L.J. Plemp van Duiveland | 181 |
[pagina IV]
Blz. | ||
---|---|---|
Een sociaal tooneelspel in drie bedrijven, door H. Salomonson. | 212 | |
De Leidsche vertaling van het Oude Testament, door Prof. Dr. Is. van Dijk | 257 | |
Een Indische Regeeringscommissaris in 1816 (slot), door S. Kalff. | 282 | |
Onze Leestafel | 302 | |
Prof. Dr. L. Knappert, De ramp van Leiden, na honderd jaar herdacht, 302. - Rotterdam in den loop der Eeuwen, 302. - S.A. Naber, Karakterschetsen van vermaarde Nederlanders, 303.- Joh. W.A. Naber, Van de Revolutie tot de Restauratie, 304 - Alexis de Tocqueville, Mijn herinneringen aan de omwenteling van 1848, 305. - W. van Nieuwenhoff, Bruinsma, Cools en Roelandsz, 305. - Dr. P.J.M. van Gils, Een Lente in Italië en Hellas, 306. - Gustaf af Geyerstam, Gevaarlijke machten, 306. - Ingeborg Maria Sick, Jonkvrouw Else, 308.- Ernst Zahn, Albin Indergand, 309. - Dr. J.A.N. Knuttel, Het geestelijk Lied in de Nederlanden voor de Kerkhervorming, 310. - De Wonderen der Techniek, 312. - Frans Coenen, Het museum Willet-Holthuysen, 312. - C.P. Brandt van Doorne, Uit de Gis, 314. - Onze Letterkunde, 314. - Marcellus Emants, Loki, 315. - Th. van Ameide, Lof der Wijsheid, 316. - Dr. W.G. van der Weerd, Horatius' Satiren en Brieven in proza, 318. | ||
Boete, III, door G.F. Haspels | 321 | |
Staats-exploitatie van spoorwegen, door Jhr. Mr. H. Smissaert. | 378 | |
Natuur en geschiedenis, door Jhr. Prof. Dr. B.H.C.K. van der Wijck | 419 | |
Denkwürdigkeiten des Fürsten Chlodwich zu Hohenlohe-Schillingsfürst, door Prof. Dr. Th. Bussemaker | 446 | |
Verzen, door Wallis | 494 |
[ Deel 2, voorplat]
[pagina I]
ONZE EEUW
MAANDSCHRIFT VOOR STAATKUNDE, LETTEREN, WETENSCHAP EN KUNST
ONDER REDACTIE VAN
P.J. BLOK * P.D. CHANTEPIE DE LA SAUSSAYE * G.F. HASPEL E.B. KIELSTRA * K. KUIPER * Jhr.H. SMISSAERT W. VAN DER VLUGT en Jhr. B.H.C.K. VAN DER WIJCK
7e JAARGANG
TWEEDE DEEL
HAARLEM - DE ERVEN F. BOHN
[pagina III]
Inhoud.
Blz. | ||
---|---|---|
Michiel Adriaenszoon de Ruyter, door Prof. Dr. P.J. Blok. | 1 | |
Boete, IV, door G.F. Haspels | 15 | |
Verzen, door U.E.V. | 54 | |
Irrigatie en landbouw op Java, door J. Nuhout van der Veen. | 57 | |
De economische staatkunde der Democratie, door Ignotus. | 87 | |
Populaire Greschiedbeschrijving der Oudheid, door Prof. Dr. K. Kuiper | 119 | |
Onze Leestafel. | 131 | |
Mr. W.M.H. Boers, Staat en rechtsorde in Nederland, 131.- Dr. A.J.Th. Jonker, Voor de praktijk der Grodzaligheid, 131. - P. Biroekoff, Tolstoï's Leven, 132. - Elize Knuttel-Fabius, Der Ziele wonderland, 133. - J. Steynen, Verbijsterden, 134. - J.J. Duproix, Nicolas Beets et la littérature hollandaise, 135. - Dr. H.H. Meulenbelt, De prediking van D. Chantepie de la Saussaye, 136. - M.J. Brusse, Landlooperij, 136. - Vilma Lindhé, Door de branding, 138. - Laurids Bruun, De Kroon, 139. - Louise B.B., De bittere druppel, 140. - Marie Bregendahl, Een hongerende ziel, 141. - A. van Collem, Van stad en land, 142. - Jacobi Joannis Hartmani Batavi, Decennium Poeticum, 144. - Alex. Gutteling, Een jeugd van liefde, 146. - Dr. A. van Veldhuyzen, Het taaleigen des Nieuwen Testaments; J. de Zwaan, Syntaxis der wijzen en tijden in het Grieksche Nieuwe Testament, 147. - Jan van Nijlen, Verzen, 148. - Dr. P.I. Helwig, Het ontstaan der Daden, 149. - Frey Svenson, Via dolorosa, 151. - René Bazin, Donatienne, 152. - W.R. Boyce Gibson, Rudolf Eucken's Philosophy of Life, 153. - Dr. P. Smit, De Wereldbeschouwing van Charles Secrétan, 155. - Dr. J.A. dèr Mouw, Kritische studies over psychisch Monisme en Nieuw-Hegelianisme, 156. - Dr. G.J. Heering, Het zedelijk oordeel, 157. - Andreas Haakland, Ol-Jörgen, 159. | ||
Boete, V, door G.F. Haspels | 161 | |
Kerk en Staat in Frankrijk, I, door Jhr. Prof. Dr B.H.C.K. van der Wijck | 210 | |
Diederiks tocht naar Bertangaland, een kinderspel naar oude bronnen bewerkt, door Prof. R.C. Boer | 243 |
[pagina IV]
Blz. | ||
---|---|---|
Javanen en Bataks, door W. Meijer Ranneft | 275 | |
Verzen, door J. van der Pant Jr. | 290 | |
Verzen, door Laurens van der Waals | 292 | |
Onze Leestafel. | 296 | |
B. Harraden, Een Professor's dochter, 296. - Mrs. E. Neethling, Should we forget?, 296. - Johanna Breevoort, In den kerkstrijd, 297. - W.J. van Welderen baron Rengers, Schets eener parlementaire geschiedenis van Nederland, 297. - Joh.B. Been, De drie matrozen van Michiel de Ruyter; Uit het leven en bedrijf v.d. heer Michiel de Ruyter (G. Brandt); L. Penning, Het leven van M.A. de Ruyter, 298. - Cabl Smulders, Les feuilles d'or, 299. - H.E. Greve, Openbare leesmusea en volksbibliotheken, 300. - Dr. Wilhem Lermann, Altgriechische Plastik, 300. - Hél. Swarth, Poëzie, 302. - Willem Kloos, Heinrich Heine als dichter, 304. - Taceo Storno, Verzen en Liederen, 305. - J. Steketee, Mimosa, 307. - M. Reepmaker, Le gouffre de la liberté, 312. - V. Loveling, Het lot der kinderen, 314. - J. Reyneke van Stuwe, Het leege leven, 315. - E. Heimans, Met kijker en bus; J.P. Thijsse, Het intieme leven der vogels, 316. - J. Steketee, Van leed en liefde, 318. - F. de Sinclair, De ‘krach’ van Renswoud, 318. - Kerk en Secte (Prof. Dr. S.D. van Veen), 319. | ||
De Staal-crisis, door Prof. Mr. W. van der Vlugt | 321 | |
Boete, II. 1, door G.F. Haspels | 356 | |
Kerk en Staat in Frankrijk (slot), door Jhr. Prof. Dr. B.H.C.K. van der Wijck | 369 | |
De triptiek van Fogazzaro, door Prof. Dr. P.D. Chantepie de la Saussaye | 412 | |
Clara Viebig, door Geertruida carelsen | 453 | |
Over de plichten van den criticus, door Dr. J. de Jong | 474 | |
Onze Leestafel | 491 | |
F. von Duhn, Pompeji eine hellenistische Stadt in Italien, 491. - Dr. H.C. Muller, Sophocles' Antigone, 492. - Volker, Verzen, liederen en sonnetten, 495. |
[ Deel 3, voorplat]
[pagina I]
ONZE EEUW
MAANDSCHRIFT VOOR STAATKUNDE, LETTEREN, WETENSCHAP EN KUNST
ONDER REDACTIE VAN
P.J. BLOK * P.D. CHANTEPIE DE LA SAUSSAYE * G.F. HASPELS E.B. KIELSTRA * K. KUIPER * Jhr. H. SMISSAERT W. VAN DER VLUGT en Jhr. B.H.C.K. VAN DER WIJCK
7e JAARGANG
DERDE DEEL
HAARLEM - DE ERVEN F. BOHN
[pagina III]
Inhoud
Blz. | ||
---|---|---|
Boete, II. 2, door G.F. Haspels | 1 | |
De invloed der zending op de maatschappij der inlanders, door Alb. C. Kruijt | 45 | |
Een bondgenootschap tusschen Nederland en Marokko, door Dr. K. Heeringa | 81 | |
Den 10den Augustus 1792, door F. Smit Kleine | 120 | |
De Cathedraal van Chartres, door B. van Hasselt | 137 | |
Onze Leestafel | 152 | |
Dr. L.E.J. Brouwer, Over de grondslagen der Wiskunde, 152. | ||
Boete, II. 3, door G.F. Haspels | 153 | |
Caveant Consules! door Jhr. Mr. A.F. De Savornin Lohman | 215 | |
De Groninger Veenkoloniën, door Jhr. Mr. H. Smissaert | 235 | |
Verzen, door Laurens van der Waals | 258 | |
De jongste wijziging van het Regeeringsreglement voor Nederlandsch-Indië, door J.W. Gunning | 263 | |
Onze Leestafel | 288 | |
M.J. Hamaker, Jacob Geel, naar zijn brieven en geschriften geschetst, 288. - Annie Salomons, Een meisje-studentje, 289. - Fabricius, Met den handschoen getrouwd, 290. - Ed. Thorn Prikker, Renaissance, 290. - Rudolf Eucken, Hauptprobleme der Religionsphilosophie der Gegenwart, 291. - Dr. A.J. De Sopper, David Hume's Kenleer en Ethiek, 294. - Prof. Dr. A. Drews, De ontwikkeling der antieke philosophie en religie, in haren voortgang geschetst, 295. - Dr. Wijnaendts Francken, David Hume, 296. - Frans Mynssen, Tooneelspelen, 297. - Lord Byron, Caïn, Historiespel, 298. - De Nieuwe Taalgids, 300. - J. Reddingius, Johanneskind, 301. - DR. R. Jacobsen, Carel van Mander, 303. - G.H. Priem, De grootste zonde, 305. - Leo Meert, Van Jongere Geslachten, 307. - Jan Feith, Kostwinners, 307. - Stijn Streuvels, Reinaert de Vos, 308. |
[pagina IV]
Blz. | ||
---|---|---|
Henri Dekking, Winterkoninkje, 309. - Roeland van Ruyven, Van Groot en Klein Leed, 310. - T.J. Bezemer, Door Nederlandsch Oost-Indië, 311. | ||
‘Voor alles links’? door Mr. W. van der Vlugt | 313 | |
Boete (slot), door G.F. Haspels | 372 | |
Beschavingswerk in Indië, door Dr. E.B. Kielstra | 426 | |
Vrouwelijke studenten, door Prof. Dr. P.J. Blok | 447 | |
Onze Leestafel | 463 | |
Karel van dee Oever, Het drievuldig beeld, 463. - S. Bonn, Naar het dagen, 465. - Th.J. Fokkema, De godsdienstigwijsgeerige beginselen van Mr. G. Groen van Prinsterer, 467. - Dr. Hendrik P.N. Muller, Oude tijden in den Oranje-Vrijstaat, 468. - Joh. Dose, De zoon zijner moeder, 469. - Ina Boudier-Bakker, Grenzen, 470. - Prof. Dr. Is. van Dijk, Het wezen des Christendoms, 471. |
[ Deel 4, voorplat]
[pagina I]
ONZE EEUW
MAANDSCHRIFT VOOR STAATKUNDE, LETTEREN, WETENSCHAP EN KUNST
ONDER REDACTIE VAN
P.J. BLOK * P.D. CHANTEPIE DE LA SAUSSAYE * G.F. HASPELS E.B. KIELSTRA * K. KUIPER * Jhr. H. SMISSAERT W. VAN DER VLUGT en Jhr. B.H.C.K. VAN DER WIJCK
7e JAARGANG
VIERDE DEEL
HAARLEM - DE ERVEN F. BOHN
[pagina III]
Inhoud.
Blz. | ||
---|---|---|
‘Waarom Midden-Europeesche tijd?’ door Prof. Jhr. B.H.C.K. van der Wijck | 1 | |
Nog eens: ‘de Staat Spoorweg-Ondernemer?’ door Jhr. Mr. H. Smissaert | 16 | |
Het voorstel van een Hollandsch-Belgisch Verbond in het bijzonder uit een groot Nederlandsen oogpunt beschouwd, door Marten Rudelsheim | 41 | |
Sonnetten uit Dante's ‘Vita-Nuova’, door Dr. A.S. Kok | 77 | |
Balthasar Bekker, door W.W. van der Meulen | 103 | |
Iets over Australische Literatuur, door M.P. Rooseboom M.A. | 122 | |
Nieuwe Boeken, door G.F. Haspels | 134 | |
Onze Leestatel | 165 | |
Nederlandsen Oost- en West-Indië, geographisch, ethnographisch en economisch beschreven door Dr. H. Blink, 165. - Onze Indische Financiën. Nieuwe reeks aanteekeningen, door E. de Waal. VIII. West Borneo zonder de betrekkingen met de buren ten Noorden, 166. | ||
‘Une Demoiselle’ uit de 18e Eeuw (I), door Ignatia Lubeley | 169 | |
Uit de Folklore van Rome, door Dr. J.F.L. Orbaan | 205 | |
Curaçao in 1803-1804 (I), door P.A. Euwens, O.P. | 229 | |
Verzen door U.E.V | 263 | |
Joban de Witt in de eerste jaren van zijn staatkundige loopbaan, door Dr. N. Japikse | 269 | |
Onze Leestafel | 303 | |
Meelvergiftigingen enz., door E. van Dieren, 303. - Omong Troes, De positie van den Officier v. gezondheid bij het leger in N.-l., 303. - P.L. Muller, Geschiedenis van onzen tijd, 304. - B. de Gaay Fortman, G.K.v. Hogendorp enz., 305. - S. la Chapelle Roobol, Het Japansche Huis, 305 - Mr. J.H. Jonckers Nieboer, Geschiedenis der Nederl. Spoorwegen, 306. |
[pagina IV]
Blz. | ||
---|---|---|
J.E. van der Waals, Noortje Velt, 308. - Grazia Deledda, Verzoeking, 309. - F. Lelyvelt, Van Leverlede, 311. - A. Booleman, Sombere Levens, 313. - A.M. Toe Laer, 't Vagevuur, 314. - J.B. Meerkerk, De Starrenborg, 315. - Victor de la Montagne, Gedichten, 317. - A.B. Kleerekoper, Zionistisch Schetsboek, 320. | ||
‘Une Demoiselle’ uit de 18e Eeuw (slot), door Ignatia Lubeley. | 321 | |
De eerste jaren van Koning Willem II, door Prof. Dr. P.J. Blok. | 357 | |
Het doctoraat in de letteren, door J.S. Speyer | 392 | |
Curaçao in 1803-1804 (II), door P.A. Euwens, O.P. | 427 | |
Vers van Adel Anckersmith | 450 | |
Onze Leestafel | 451 | |
Dr. A. Kuyper, Om de Oude Wereldzee, 451. - H. Phil. Kelder, De Wilde Tuin, 455. - Dr. W. Koster, Kant's noumenale wereld en de zinnelijke waarnemingen, 456. - Prof. Dr. W. Vogelsang, Aesthetiek en Kunstgeschiedenis aan de Universiteit, 457. - Lode Baekelmans, Dwaze Tronies; Georges Eekhoud, Vertellingen, 459. - J.A. Raabe Jr., Sonnetten, 460. - Prof. Dr. Wilh. Bousset, Jezus, 462. - Dr. H.H. Barger, Ons kerkboek, 463. - Gerard Brom, Vondel's Bekering, 463. - A. Dolfers, De Macht van het Dode, 465. - Nannie J. van Wehl, Het moeielijke begin, 466. - Henri van Booven, Sproken, 467. - Jan van der Moer, Maria Vermeere, 468. - Rachel de Vries-Brandon, Om de kinderen, 470. - Dr. K. Kuiper, Grieksche landschappen, 470. - Marie Metz-Koning, Van de zonnebloem die zon wou zijn, 471. |