Onze Eeuw. Jaargang 4(1904)– [tijdschrift] Onze Eeuw– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 289] [p. 289] Verzen Van Edward B. Koster. Spookwoud. De bosschen donk'ren, de kraaien vliegen rond, Verdoemde zielen, doelloos dolend, Eentonig krijschend hun jammerklacht, Donker dreigend op ijl-grijze lucht. Killig ritselt wind door karig-loov'rige kruinen, Heffend zich met zwak getril in den dalenden avond. Tot dichte plekken klompt zich het hout, Angst-zwarte krochten zich oop'nen alom, Spouwend verderf in de zwijging des nachts: - Vaag reutelt van ver een fantoom, Ritsel-krakend schuiven stappen door 't woud, Een vogel gilt met trillende stem Zijn angst onzichtbaar op. Vorige Volgende